9 NOVEMBER 2004 508 Wethouder NIEDERER Punt 4: Breda-Noordoost. De heer Schoenmakers en anderen hebben er vragen over gesteld. Het is na tuurlijk niet zo dat alleen die negen ton euro besteed wordt aan de problematiek, de herstructurering van Noordoost. Die negen ton is gevoteerd vanuit het grotestedenbeleid, de fysieke pijler, maar daarnaast komen er nog andere bedragen vrij vanuit de sociale hoek, volkshuisvesting, vanuit de veiligheidspara graaf, vanuit de dienst Stadsbeheer voor het onderhoud, en natuurlijk van de opbrengsten van grondloca- ties, wanneer een en ander tot uitvoering komt. Ik kan op dit moment die andere zaken ten behoeve van Noordoost nog niet geldelijk kwantificeren, omdat wij daarmee nog volop bezig zijn en omdat wij medio december met VROM contracten willen gaan tekenen, zoals we dat hebben gedaan in de Heuvel. Dan en daar zullen de bedragen bekend zijn, maar ik kan u nu al zeggen dat het het veelvoudige is van de negen ton euro die nu als zodanig bekend is. Maar neemt u van mij aan, het geld voor Noordoost komt niet al leen daarvandaan. Dit is slechts het spaarmodel zoals we dat hebben bepaald, maar het is bepaald niet het enige. Dank u wel, voorzitter. De VOORZITTER Tot slot is het woord aan wethouder Heerkens. Wethouder HEERKENS Voorzitter, allereerst wil ik beginnen met het armoedebeleid. Er is waardering bij de verschillende fracties voor het feit, daar mogen we toch wel even bij stilstaan, dat we het armoedebeleid tot en met 2006 hand haven en dat ook financieel vertaald hebben. Dat is nu verzekerd. Ik denk dat wij een van de weinige ste den in het land zijn die dat nu realiseren. De SP vraagt, absoluut terecht, om aandacht voor het niet- gebruiken van bepaalde categorieën. We proberen zo goed mogelijk het geld bij de mensen te krijgen. Voorlichting is dan ook een kernpunt binnen het totale armoedebeleid. Het Rijk maakt het ons niet altijd makkelijk. Als je categoriale regelingen afschaft, dan wordt het weer moeilijk en dan zie je ook die onder- uitnutting weer komen. Wat mij betreft moeten we nog alerter zijn, met name voor de mensen die er lang durig gebruik van maken, en zeker ook risicogroepen zoals eenoudergezinnen en ouderen met AOW plus een klein pensioen. Dat gaat mij zeker aan het hart. Dus wij blijven dat proberen, maar je zult ook zien dat een bepaald niet-gebruik stijgt, bijvoorbeeld bij de duurzame gebruiksgoederen. We gaan er in ieder geval voor zorgen dat dat geld zo goed mogelijk bij de mensen komt. Naast rechten zijn er ook plichten en dat brengt mij meteen bij het terugvorderingsbeleid. De fractie van de WD stelt dat in het verleden nauwelijks iets gedaan is aan de terugvordering van de bijstandsschulden. Dat is echt onjuist, het tegendeel is waar. Breda heeft een strak beleid gevoerd en was bijvoorbeeld een van de eerste gemeentes die de deurwaar der inschakelde bij het terughalen van onterecht genoten uitkeringen. Breda scoort ook goed in alle lande lijke onderzoeken over de fraude. De nieuwe Wet werk en bijstand legt de verantwoordelijkheid voor het inkomensbeleid inclusief die terugvordering volledig bij de gemeente. Om een gericht terugvorderingsbe leid te kunnen voeren, is het schuldbedrag dat in de boeken stond in overleg met de accountant opge schoond. Er resteert nu, dat heeft u kunnen lezen, 4,3 miljoen euro aan werkelijk inbare gelden. Onder zocht is tevens wanneer die 4,3 miljoen te innen is en wij hebben gezegd dat in 2005 ongeveer 1 miljoen euro wordt geïnd en in 2006 ongeveer 5 ton euro. Die middelen komen ten goede van de gemeente en daarom zijn ze als inkomsten opgenomen in de Begroting. De stelling van de WD dat het hoogst onzeker is of de voor 2005 en 2006 geraamde middelen beschikbaar zullen komen, is niet juist. Wat betreft de benchmark voor de eerste helft van 2004 met betrekking tot het terugvorderingsbeleid heb ik net begre pen dat Breda weer boven het landelijk gemiddelde scoort met betrekking tot de terugvordering. En dat allemaal omdat wij vinden dat wij een goed armoedebeleid hebben, dat mensen recht hebben op voorzie ningen, maar dat wij het voor het draagvlak ook heel belangrijk vinden dat we de plichten inhoud geven. Dan zijn er vragen gesteld, met name door Breda '97, over de prestatieafspraken voor de grote instellin gen. Het CDA heeft eerder in een motie bij de Kadernota aandacht daarvoor gevraagd. We kunnen Breda '97 geruststellen. Ook wij zijn voorstander van het afrekenen van grote instellingen op grond van gereali seerde prestaties, maar het definiëren van te leveren prestaties van een welzijnsinstelling en het voorzien van prestaties van een reëel prijskaartje is verre van eenvoudig. Temeer omdat we niet alleen de kwanti teit maar ook de kwaliteit van die prestaties willen vastleggen en willen kunnen meten. Vele andere steden worstelen ook met dit probleem en samenwerking met die steden kan ons helpen. In de Begroting hebben we gezegd dat we willen aansluiten bij het WILL-project dat landelijk loopt. Wij vinden echter dat dit pro ject nog te weinig vaart heeft en zijn inmiddels samen met Tilburg aan het onderzoeken of we met de B5- steden, ondersteund door de Universiteit van Tilburg, een eigen aanpak kunnen ontwikkelen. U hoort daar in ieder geval meer van. Over de ID-banen is een aantal opmerkingen gemaakt door de fracties van GroenLinks, D66, Breda '97 en de SP. In uw vorige vergadering ben ik uitgebreid ingegaan op de gevol gen van de nieuwe regeling voor de gesubsidieerde arbeid. Het rijksbeleid heeft tot gevolg dat werkgevers lagere vergoedingen gaan krijgen. Zoals ook blijkt uit de informatie die u inmiddels heeft ontvangen, zullen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 27