9 NOVEMBER 2004 516 De heer BOER Mijnheer de voorzitter, het is oneerlijk dat het college echt ver over zijn tijd is gegaan en dat wij strak aan onze tijd gehouden worden. Wij zijn wat dat betreft toch amateurs, maar we doen ons best. Wat betreft de begroting in één oogopslag (BIEO): nogmaals onze dank. Wij zijn blij dat die nu in de bibliotheken ligt en in ieder geval bereikbaar is voor de burgers. Wij hopen dat u er nog eens een keer een herdruk van zult moeten maken, want dan zou in ieder geval gebleken zijn dat er grote belangstelling voor is. De verhoging van de tarieven met 1,85 procent. Wij hebben hierover meer dan twintig brieven ontvangen van allerlei hooggeleerde heren die beweren dat het 1 a 1,5 procent is. U heeft ons er niet van overtuigd dat die 1,85 procent goed is. Wij hebben uitgerekend dat het in centen niet zoveel uitmaakt, op 500 euro was het 2,70 euro, maar het gaat hier om een principezaak: niet verhogen, alleen maar verhogen met de inflatiecorrec tie, en niet meer. Dus daar hebben wij problemen mee. Wij waren bezig dit op te zoeken bij het CBS, maar de pauze was helaas te kort om dit te doen. Een ander punt is de wijk- en dorpsraden. We hebben in eerste instantie niet zoveel daarover gezegd. U hebt van de wijk- en dorpsraden gehoord dat het over leg goed is, maar, dat is een vast punt van ons, wij stellen elke keer de vraag: wie zijn die wijk- en dorps raden? We kennen het Becom. Daar zit al dertig jaar iemand met wie u in gesprek gaat. Het is geen won der dat wij vanuit die buurten toch nog een heleboel vragen krijgen die niet bij u komen, want die wijk- en dorpsraden hebben geen achterban. Zij kunnen zich niet daarop beroepen. We hebben dus een conflict, want wij krijgen uit de wijken en dorpen andere berichten dan u uit de wijk- en dorpsraden, zeker bij de grote. Wij betreuren dat. Wij doen ons best en blijven ervoor vechten om een goede afvaardiging te krij gen van de burgers in de wijken en de dorpen. De voorzitter heeft in zijn bijdrage iets gezegd over een NRC/Handelsblad-artikel. Ik zou graag dat artikel willen krijgen, als dat kan. Tenminste, ik denk ook dat de hele raad dat wil hebben. Maar ik vind De VOORZITTER Ik ging ervan uit dat u dat al gelezen had, mijnheer Boer. De heer BOER Neen, ik lees een heleboel kranten, NRC/Handelsblad zit er niet altijd bij. De motie. U bent niet ingegaan op onze motie over de sluitingstijden. Wij horen dat dan in tweede instantie nog, denk ik. Het GSB-beleid. Wij blijven erbij dat dit eerder besproken had moeten worden. U kunt wel zeggen dat het bestaand beleid is, maar dat is natuurlijk niet zo want er zit wel degelijk een heleboel nieuw beleid bij. Anders krijg je daar geen 83 miljoen euro voor. Dat is echt vreselijk veel geld. Wij voelen ons nog steeds met de rug tegen de muur gezet. Terwijl we het in principe met zeer veel maatregelen eens zijn, dus we zullen straks niet te gen zijn, vinden wij dat dat besproken had moet worden. Wij zouden de voorzitter van de commissie willen vragen - maar daar beslissen we zelf over - om het in zijn totaal, het verband van het GSB en de Begro ting, in ieder geval toch nog een keer te bespreken. Wethouder Niederer zegt: laten we op de mer wach ten. Toen u dat zei, dacht ik: had dat dan meteen gedaan, dat had echt heel veel ellende gescheeld. Wij hadden voorgesteld om die weg langs Teteringen door te trekken, en dat zien wij er nu toch van komen. U had dan misschien veel minder problemen gehad. Wij hadden er een oplossing voor en de Oosterhoutse- weg zou dan al ontlast zijn geweest. Dat heet politieke moed. Mevrouw Heerkens en de ID-banen. Colle ga-fracties hebben ons behoorlijk zwaar aangesproken op het feit dat wij die profitorganisaties zo belang rijk vonden bij de opvang van ID-banen. We zijn echt heel blij dat er nu inderdaad een mogelijkheid is en dat het ook werkelijk gaat werken. Wij denken wel degelijk dat het gaat werken. Het volgende punt betreft het verwijt van de SP dat we zo weinig woorden aan de Begroting hebben besteed. In onze bijdrage bij de Kadernota hadden wij heel nadrukkelijk staan, en in de Begroting zijn wij daarin verdergegaan, ware het niet dat de GSB-III ertussendoor kwam, dat wij, net als Breda '97, vonden dat er op de grote werken be zuinigd moet worden en dat er meer gedaan moet worden aan de eisen en de vragen vanuit de wijken, waar wij op een gegeven moment op bezoek komen. We mogen er alleen maar luisteren, want van de heer Oomen mogen we niks meenemen, we moeten daar gewoon ja of neen zeggen. Dat is duidelijker, denk ik, maar dan verkopen we wel bijna altijd een neen aan alle plannen die men daar heeft opgezet. Ik noem bijvoorbeeld de rotonde in IJpelaar, de Zwijnsbergenstraat. En dan moet je gewoon zeggen: neen, mensen, dat kan niet, terwijl ze er zeer veel werk aan hebben gehad. Daarom hebben wij er steeds moei te mee om de wijk in te trekken. Je staat met lege handen, terwijl je eigenlijk toch een zak met geld moet meenemen als je ernaartoe gaat. De mensen verwachten iets van je, en als ze dan elke keer een neen krijgen, gaat dat natuurlijk vervelen. De Rith. Dat is, wat ons betreft, een Statenkwestie. Daar gaan Pro vinciale Staten over. Ik denk dat we misschien wat ruimte kunnen creëren. Ten slotte nog twee puntjes. De trek naar het westen. Vanaf het begin hebben wij gezegd dat wij u daarin zullen steunen. Wij vinden het oosten wel belangrijk, maar het westen is wat ons betreft toch aantrekkelijker. Het laatste punt. Wij vinden dat de heer Joosse heel duidelijk en steeds meer bij de PvdA gaat, dus waarom gaan ze niet lek ker helemaal samen?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 35