9 NOVEMBER 2004 518 De heer SCHOENMAKERS Het gaat over kolonels en generaals die dan zouden moeten verdwijnen én de externe adviseurs moeten verdwijnen. Wie moeten ons dan adviseren? Want daar hebben we toch mensen met kwaliteit voor nodig? Mijnheer de voorzitter, het dualisme vraagt om een meer kritische houding, ook van coalitiepartijen. Ik mis die kritische houding met name bij het CDA. Bij de VVD, ik kom daar direct op terug, kan ik die veel beter terugvinden. De fractie is op het punt van deze Begroting gauw tevredengesteld. Dat komt natuurlijk om dat het CDA - al van zolang ik meedraai in de politiek, en dat is toch wel zowat van 1944 af - altijd in het centrum van de macht heeft gestaan. Als je maar lang genoeg in het centrum van de macht staat, dan sluipt daar toch ook een zekere arrogantie in van: wij zullen de dienst wel uitmaken. Mijnheer de voorzit ter, ik hoop dan ook dat bij de volgende verkiezingen de krachtsverhoudingen binnen de raad wat dichter bij elkaar kunnen komen te liggen, want ik denk dat dat ook van belang is voor het bestuur van deze stad. Zoveel decennia in het centrum van de macht staan, is ongewenst. De heer DUBBELMAN Mijnheer Schoenmakers, mag ik u het volgende vragen? U kunt een bijdrage daaraan geven door nu te zeggen dat Breda '97 met een geweer aan de volgende verkiezingen meedoet. De heer SCHOENMAKERS Mijnheer de voorzitter, dat is een opmerking waarop ik op dit ogenblik helemaal niet inga. Wat er bij de volgende verkiezingen gebeurt, zullen we te zijner tijd wel zien, maar voorlopig gaan wij dus gewoon door. Mijnheer de voorzitter, wat mij ook opvalt, is dat wij in 2002 zijn begonnen met het dualisme. We hebben het toen genoemd: het dualisme is de hefboom voor de lokale democratie. Ik moet constateren dat van het CDA als grootste fractie weinig impulsen zijn uitgegaan voor dat nieuwe elan. Ik hoop dat men daar aan in de opmaat naar de verkiezingen wat meer aandacht zal geven. Mijnheer de voorzitter, uit de bij drage van de VVD spreekt veel meer realiteitszin. Er wordt gesproken over een wankel evenwicht in de Begroting, en dat onderstrepen wij. Als ik vraag om politieke moed, en de heer Taks geeft een invulling hoe hij politieke moed ziet, dan blijken wij niet op eenzelfde lijn te zitten, maar dat mag ook. Er moet een uiterste krachtsinspanning worden geleverd, daarover zijn wij het met de VVD eens, om de instandhou ding van de subsidie voor de Grote Kerk overeind te houden. De Partij van de Arbeid stelt dat wij ons de luxe niet kunnen permitteren om nieuwe ambities uit te spreken, maar Breda '97 stelt daartegenover dat ook voorgenomen ambities niet zonder meer overeind gehouden kunnen worden. Dat hadden we bij de Begroting ook tegen het licht moeten houden. De Partij van de Arbeid geeft steun aan het Programak koord en ik moet zeggen dat ik daar begrip voor heb. Bij de fractie van Leefbaar-Breda/De Parel van het Zuiden komt eigenlijk een frustratie rond het dualisme naar voren. Wij delen die mening niet. Wel zal de raad zelf meer initiatieven moeten nemen om waar te maken wat van ons wordt verwacht. Als wij, zoals wordt opgemerkt, de speelballen zijn die alleen ja mogen zeggen, dan ligt dat aan onszelf. Er zijn toch diverse momenten aan te geven, en er zijn er gelukkig steeds meer, waarin de raad in ieder geval heeft aangegeven het initiatief naar zich toe te trekken. Met GroenLinks maken wij ons ook zorgen dat het te kort aan betaalbare woningen niet afneemt. Bij het streven om park pendel te realiseren, vindt Groen Links ons aan zijn zijde. Niet eens zijn wij het over de afbouw van de subsidie van het Chassé Theater. Juist door ons subsidiebeleid stellen wij het theater in staat om meer te investeren in de mogelijkheden om het theater voor een breder publiek aantrekkelijk te maken. De VOORZITTER Mag ik even vragen of u de tijd in de gaten wilt houden? De heer SCHOENMAKERS Ik ga heel snel door, voorzitter. Wij delen de mening van de SP over de gemeentelijke lasten met name voor de minderdraagkrachtigen en wij steunen haar visie op wat er met de Zalmsnip zal moeten gebeu ren. Ik ga nu terug naar mijn amendement. Als ik de heer Oomen goed heb begrepen, dan nodigt hij mij uit om een alternatief aan te geven als wij investeringsvolume willen vrijmaken voor het Ingenhouszplein. Mijnheer de voorzitter, dat kan ik niet. Daar moet ik eerlijk in zijn. Maar wij hebben van de heer Oomen in de commissie de toezegging gekregen dat hij zal komen met een opzet van de verhardingen en de manier waarop daarmee omgegaan moet worden. Ik zou van de heer Oomen willen weten of daar dan een bij zondere plaats voor komt voor het Ingenhouszplein. Met de fractie van de Partij van de Arbeid ben ik het namelijk eens dat die opwaardering met name gestalte moet krijgen voor de leefbaarheid en de veiligheid. Dat is voor ons het belangrijkste uitgangspunt. Wij roepen met een aantal andere fracties nu al enkele jaren dat er iets moet gebeuren met dat Ingenhouszplein. Ik wacht even de reactie van de heer Oomen af. Mijnheer de voorzitter, u hebt even de actieve informatieplicht aangehaald, daarop heb ik ingestoken, en de samenwerking met de gemeenteraden. Ik ben in de gelegenheid geweest om een aantal congressen in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 37