25 NOVEMBER 2004 568 De heer KWISTHOUT Voorzitter, even voor de orde. In het voorstel zelf spreken we over het kennisnemen van de Bestuurs- rapportage en op de agenda staat dat die hier wordt vastgesteld. Kunt u daar procedureel wat duide lijkheid over geven? De VOORZITTER Het gaat om kennisnemen. Ik had dat moeten zeggen, het is goed dat u die opmerking maakt. De Bestuursrapportage wordt voor kennisgeving aangenomen. Wie van u wenst het woord? De heer Schoenmakers namens Breda '97. Ga uw gang. De heer SCHOENMAKERS Het is inderdaad een stuk dat ter kennisneming aan de raad komt, maar het heeft toch wel een bijzon dere status. Het is in mijn opvatting en in de opvatting van mijn fractie een uitvoering van de controle rende taak van de raad, want daar gaat het om. Wij moeten nu gaan beoordelen en wij kunnen nu zien of het college wat betreft de Begroting 2004 binnen de vastgestelde kaders blijft zowel inhoudelijk als financieel. Het is ook een voorbeeld, en in andere bijeenkomsten heb ik al eens vaker de aandacht daarvoor gevraagd, van de informatieplicht die het college heeft naar de raad en daar zijn wij dus erg blij mee. Het tweede argument dat ik heb om daar verheugd over te zijn, is dat wij een aantal maan den geleden de voorjaarsrapportage hebben gehad. Die hebben we in de Rekeningscommissie be sproken en wij hebben in de Rekeningscommissie het proces uitgezet hoe wij met deze rapportages willen omgaan. We hebben toen gezegd: stuur die ineens naar de raad en laat de raad daarover be slissen. Mijnheer de voorzitter, de Bestuursrapportage is in feite de neerslag van de Marap's van de diensten. Het is van belang om de voortgang van het beleid van de Begroting 2004 op hoofdzaken te controleren en van cruciaal belang is, zeker in deze economisch moeilijke tijd, om te kijken of de fi nanciële aspecten binnen de goedgekeurde budgetten blijven. Bovendien wordt in de rapportage de prognose van het te verwachten resultaat 2004 gegeven. Dat gaf in het verleden, toen we nog met de Marap's werkten, nogal eens grote verschillen te zien bij de laatste Marap en uiteindelijk bij de reke ning. Nu wordt het in ieder geval mogelijk gemaakt dat die prognoses wat duidelijker en transparanter zijn. Mijnheer de voorzitter, deze rapportage, en niet zozeer deze rapportage maar wel de manier waarop het college rapporteert naar de raad toe - en de wethouder heeft ons daarvan op de hoogte gesteld - heeft toch een zekere beoordeling gekregen van buitenstaanders, namelijk de zogenaamde Kordes-Trofee. De jury van de Kordes-Trofee bekijkt de verslaggeving van gemeenten, en onze ge meente krijgt een tweetal 'bestpractices'. We hebben de Kordes-Trofee niet gewonnen, maar wel een tweetal 'bestpractices'. De ene is voor de RIEO, en ik moet zeggen dat die RIEO toch voor een heel belangrijk deel neerkomt op de collega's van de fractie van Leefbaar-Breda/De Parel van het Zuiden. In het verleden hebben we regelmatig gehoord: waar blijft die RIEO, waarom maak je geen RIEO? Wij hebben daar, ik moet dat eerlijk toegeven, toen wat lacherig over gedaan, maar nu blijkt dat het toch van groot belang is geweest, omdat burgers dan kunnen zien hoe de Begroting in elkaar zit. De ande re, en die vind ik ook bijzonder belangrijk, is voor het feit dat door de gemeente de prestatie-indicator wordt gebruikt en die geeft voor de verschillende gemeentelijke taken aan in welke fase van het be sluitvormingsmodel deze zich bevinden. En dat is ook van belang voor ons als gemeenteraad. Mijn heer de voorzitter, het is niet de bedoeling dat wij het financieel beleid van de gemeente op dit ogen blik hier verder gaan uitdiepen. Ik wil daarom eigenlijk maar een enkele opmerking maken. Wat is namelijk het geval? Het grootste financiële beeld, het college schetst dat, ziet er hoopvol uit. Aanvan kelijk werd er een tekort verwacht van 5,4 miljoen voor het jaar 2004 en het college schrijft nu dat zon der of met beperkte aanwending van de in de risicoreserve gestorte afroming van de bedrijfsmiddelen reserves men nu zal uitkomen op een tekort van ongeveer 371 duizend. Mijnheer de voorzitter, ik heb daar toch mijn bedenkingen bij. Ik ga die hier nu niet verder uitdiepen. Maar ook het college heeft nog zekere bedenkingen, want dat is daar ook niet zo zeker van. Want wat schrijft het college: deze tus sentijdse stand van zaken liep vooruit op de reguliere rapportage en maakt duidelijk dat de voorzichti ge verwachting is dat het jaar 2004 met een nagenoeg sluitend resultaat kan worden afgesloten. Ik hoop dat wij met een dergelijk resultaat kunnen afsluiten, want, mijnheer de voorzitter, hoewel mijn fractie bijzonder kritisch staat, opbouwend kritisch overigens, ten opzichte van het financieel beleid van de gemeente hopen wij toch dat wij dit kunnen halen. Mijnheer de voorzitter, van groot belang vinden wij ook dat er veel aandacht is besteed aan de grote projecten en dat is natuurlijk omdat dat projecten zijn waarmee we, zeker in een periode van economische teruggang, heel voorzichtig moe ten omgaan. De HSL laat zien dat de projecten van de inpassingszone globaal een jaar achterlopen. Ja, wat is globaal een jaar achterlopen, is dat misschien twee jaar? Dan krijgen we de grote projecten in de stad. Ze staan allemaal in het Programakkoord. U weet dat mijn fractie en andere fracties met mij met bijzondere belangstelling kijken naar het Grafisch Museum waarvan wij de noodzaak op dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 32