3 FEBRUARI 2005
12
Wethouder HEERKENS
Voorzitter, ik wil het toch weer even hebben over de achtergrond van de discussie die we met elkaar
over de ID-banen hebben gevoerd. De bezuiniging van het Rijk op de gesubsidieerde arbeid is zeer
fors geweest en had grote gevolgen voor ons arbeidsmarktbeleid. Binnen ons arbeidsmarktbeleid
stond, naast het doorstromen naar werk, ook altijd de zorg voor moeilijk bemiddelbaren centraal. De
Wet werk en bijstand houdt in dat de ID'ers nu moeten doorstromen naar werk. Bovendien, ik heb u
dat meerdere malen gezegd, mag vanuit het arbeidsmarktbeleid het feit dat mensen ook maatschap
pelijk nuttig werk doen - dat betwijfelt niemand - daarbij niet meer meetellen. Wrang is, dat wil ik hier
wel stellen, dat de nieuwe wet met zijn beperkingen van kracht werd in de huidige economische situa
tie waarin aandachtsgroepen als jongeren, ouderen en langdurig werklozen moeilijk te plaatsen zijn.
Maatschappelijk nuttige arbeid wordt door ons college van grote waarde geacht. Extra handjes bij
voorbeeld aan het bed, extra handjes in het onderwijs. Gisteren heb ik nog handtekeningen aangebo
den gekregen, en gelooft u me, steeds ben ik erg onder de indruk hoe graag mensen willen werken en
hoezeer ze het werk dat ze nu doen, waarderen. En hoe betrokken ze zich voelen en midden in de
maatschappij staan. Maar de Wet werk en bijstand staat niet toe dat dat maatschappelijk nuttig werk
meetelt. Het gaat dus om het zo snel mogelijk doorstromen naar regulier werk. Nu naar onze regeling.
Het nut van de ID-banen heeft uw raad voluit onderschreven door de reïntegratieverordening vast te
stellen. Van de ruwweg twintig miljoen die daarin omgaat, geven we ongeveer vijftien miljoen uit aan
gesubsidieerde arbeid. Het is ook niet zo, zoals GroenLinks stelt, mevrouw Remie, dat de subsidie
naar nul wordt afgebouwd. U heeft besloten om voor de nieuwe gesubsidieerde banen een vergoe
ding beschikbaar te stellen van honderd procent van het minimumloon. Voor de bestaande banen
heeft u een zeer acceptabele overgangsregeling vastgesteld die erop neerkomt dat in 2005 maximaal
120 procent van het minimumloon wordt vergoed en in 2006 110 procent van het minimumloon. Vanaf
2007 zou dat dan overgaan naar honderd procent. Daarnaast hebben we nog een aparte regeling
voor 60-plus. En zoals u weet, houden we de alleroudste regeling, de mensen die van de banenpool
gebruikmaken, overeind. U heeft als lijn ook bepaald dat, als in een bepaalde sector ID-banen dreigen
te verdwijnen die van groot inhoudelijk belang geacht worden, er binnen die sector moet worden be
zien of er middelen kunnen worden vrijgemaakt om die banen overeind te houden. Het gaat om om
streeks zeshonderd banen die allemaal op het terrein van welzijnszorg, onderwijs, veiligheid, en cul
tuur liggen. Het voorstel van GroenLinks komt er in feite op neer te bezien of de eerder door uw raad
gestelde kaders kunnen worden herzien, opdat alle ID-banen kunnen worden gehandhaafd. Het idee
erachter is natuurlijk heel sympathiek, maar ik moet u wijzen op het feit dat dit grote financiële gevol
gen gaat hebben. Ik heb vanmiddag snel laten uitrekenen dat de volledige vergoeding van de kosten
van de ongeveer zeshonderd ID'ers die we nu hebben de gemeente op jaarbasis in 2005 ongeveer
2,5 miljoen euro extra gaat kosten. En dit loopt in 2006 en 2007 op naar in totaal ongeveer vier miljoen
structureel per jaar. Ik wijs u toch even op ons meerjarenperspectief waarin wij met elkaar nog wel een
debat moeten voeren over een aantal onderwerpen die we nu ook niet naar de toekomst structureel
geregeld hebben. De suggestie in uw vraagstelling dat het niet veel uitmaakt, omdat tegenover het
vergoeden van de kosten van de ID'ers een besparing op de bijstandsuitgaven staat, is niet juist. We
proberen mensen elders geplaatst te krijgen. Als mensen werkloos worden, komen ze niet meteen in
de bijstand, en vrijkomende ID-banen worden weer gevuld met mensen die nu een bijstandsuitkering
ontvangen. Uiteraard is het aan uw raad om wel of niet een nieuw taakstellend debat over de gesub
sidieerde arbeid te gaan voeren, maar het leek ons college juist u erop te wijzen dat het effectueren
van het voorstel van GroenLinks kan leiden tot zeer forse uitgaven die we ons op dit moment in de
visie van het college niet kunnen permitteren.
De VOORZITTER
Dank u zeer, wethouder. Is er behoefte aan een reactie, mevrouw?
Mevrouw REMIE-VERWEIJMEREN
Ja. Ik heb helemaal niet willen sleutelen aan de overgangsregeling die er getroffen is. Ik zie alleen
aankomen dat er in 2007 gewoon helemaal niks meer over is. Daar hebben we iets aan willen doen.
In eerste instantie voor het platform van de kleine culturele initiatieven, maar in de commissie bleek
dat daar liever in breder verband over gesproken werd. Het enige wat ik aan u vraag is om dat voor
ons in kaart te brengen. Ik vind ook niet dat die financiën alleen door SAW of uw portefeuille moeten
worden opgehoest. Dat zou over alle begrotingen verdeeld moeten worden. Maar dan moeten wij,
willen we er überhaupt over kunnen praten, over die informatie beschikken. Dat is het enige wat ik aan
u heb gevraagd.