3 FEBRUARI 2005 13 Wethouder HEERKENS Ik denk dat ik grofweg de informatie al gegeven heb. Grof. Die kan absoluut verfijnd worden, maar het financiële beeld zal er in ieder geval niet rooskleuriger van worden. Dat er in 2007 niets meer over is, bestrijd ik, want ik zie bij een aantal instellingen dat deze door alle eindjes aan elkaar te knopen toch ID-banen overeind houden. We zijn heel voortvarend aan het kijken of we een aantal ID-banen op de markt kunnen wegzetten. Dat mocht eerder niet, maar we zijn dat nu aan het doen via het reïntegra- tiebedrijf en via K.pabel. Dus wat dat betreft blijven we wat doen. U zegt dat het in breder verband in kaart moet worden gebracht. Ik ken de discussie binnen cultuur en natuurlijk ken ik ook de discussie die we met Vertizontaal hebben gevoerd. Dat is ook net wat uw raad heeft meegegeven. Als er binnen een bepaalde sector mogelijkheden zijn en u vindt dat van belang, dan zult u dat in die begroting moe ten zoeken. Ik geef u alleen maar mee, als u het debat in breder verband moet voeren en keuzes wilt maken, dat ze allemaal op kwetsbare terreinen zitten, op welzijn, in de veiligheid, de zorg en het on derwijs. Ik moet u er dan op wijzen dat u, als u die discussie aangaat, dus ook verwachtingen gaat wekken. Ik vind dat u de omvang van de financiële consequenties van tevoren moet beseffen, voor u weg gaat zetten, ook in de richting van deze mensen die het af en toe echt moeilijk hebben: het komt allemaal wel goed, want de gemeente gaat misschien de portemonnee trekken. De VOORZITTER Een korte reactie. Mevrouw REMIE-VERWEIJMEREN Moet ik daaruit nou de conclusie trekken dat u weigert om ons die verfijnde informatie te verschaffen? Wethouder HEERKENS Als u informatie wilt, dan krijgt u die natuurlijk. Ik zal nooit weigeren om informatie te verschaffen. Ik zeg alleen dat die er niet anders zal komen uit te zien. Maar u vraagt het ten behoeve van een kader stellend debat, en dat is een vraag die ik niet kan beantwoorden. Die vraag moet u aan de raad stel len. Als de raad er behoefte aan heeft om een kaderstellend debat te voeren, en ik moet de informatie daarvoor leveren, dan is mijn antwoord: maar natüürlijk krijgt u die informatie dan. De VOORZITTER Goed. Er is in twee termijnen gesproken. Ik denk dat het juist is, als u dat debat wilt, dat dat een vraag is die de raad zal mogen en kunnen beantwoorden. ONDERWERP: WONINGBOUWCIJFERS (NAAR AANLEIDING VAN EEN ARTIKEL IN BN/DESTEM OP 27 JANUARI 2005). (SP-fractie) De VOORZITTER Aan de orde is een vraag, gesteld door de fractie van de SP, over de woningbouwcijfers. De heer Meeusen. De heer MEEUSEN Voorzitter, BN/DeStem kopte in de krant van donderdag 27 januari jongstleden: '1.576 woningen op geleverd. Bouw ligt weer op schema.' Vervolgens gaat het artikel inhoudelijk verder. Zo wordt er aan gegeven dat in 1995 afgesproken is met de rijksoverheid dat er tot en met 2006 11 duizend woningen gebouwd zouden worden en dat de teller nu op 9 duizend woningen staat. Verder wordt de verwach ting uitgesproken dat in 2006 bij benadering de 11 duizend woningen wel gehaald zullen worden. Het artikel geeft verder aan dat van de in 2004 opgeleverde woningen 23 procent, oftewel 321 stuks, soci ale huurwoningen zijn. Opgemerkt moet worden dat 321 op 1.576 geen 23 procent is - maar dat ter zijde. Ook wordt aangegeven dat de wachtlijst voor huurwoningen op 17 duizend staat. Dat brengt ons tot de volgende vragen. De afspraak in 1995 over die 11 duizend woningen was, zo hadden wij be grepen, een netto toevoeging. Dat wil zeggen dat er in verband met een sloop- casu quo woonont- trekkingscompensatie bijgebouwd zou moeten worden. Wij hebben de volgende vragen. Is het aantal sloop- en woononttrekkingspanden afgetrokken van de vermelde 9 duizend woningen die erbij zijn gekomen? Om hoeveel panden gaat het? Wat is de netto toevoeging over de periode vanaf 1995 tot heden? Een vraag in het verlengde. In 2004 zijn 1.576 woningen opgeleverd, maar hoeveel woningen zijn er in 2004 gesloopt? In november 2004 heeft onze fractie informatie ingewonnen over hoeveel mensen er als woningzoekenden bij de corporaties stonden ingeschreven. De teller stond toen ruim boven de 20 duizend, werd ons medegedeeld. Reeds in 2003 stond de teller op 17.775 woningzoe kenden. Dat is al ruim meer dan de 17 duizend die nu vermeld worden. Kunt u ons aangeven hoe het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2005 | | pagina 7