82 10 MAART 2005 of zal aannemen. Ik beloof dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de rekenkamer naar eer en geweten zal vervullen. Wat is daarop uw antwoord? De heer ROEBROEK Dat verklaar en beloof ik. De heer DEGENHART Dat verklaar en beloof ik. De heer TERCIC Dat verklaar en beloof ik. De VOORZITTER Daarmee bent u benoemd. Proficiat. Ik denk dat u een grote en belangrijke taak wacht en dat de instelling van een rekenkamer aangeeft dat we op een volwassen wijze op weg zijn in ons dualistisch systeem. U krijgt nu een bloemetje aangereikt en na de vergadering zijn de leden van de gemeenteraad in de gelegenheid u te feliciteren. Ik ben ervan overtuigd dat velen u nog zullen ontmoeten. Veel succes met uw belangrijke werkzaamheden, (uitreiking bloemen, en applaus) De VOORZITTER U merkt het al, deze leden gaan daadwerkelijk doelmatig met hun attenties om. 3. BUITENRUIMTEVERORDENING BINNENSTAD BREDA 2005 (BRV 2005). Aan de orde is een nieuwe Buitenruimteverordening met ruimere regels ten aanzien van terrassen, uitstallingen, reclame en ambulante handel. Dit is terug te vinden in de ruimere vergunningsmogelijkheden voor bijvoorbeeld uitstallingen en minder gedetailleerde regels voor terrassen. De Buitenruimteverordening Binnenstad Breda 2005 is het resultaat van een evaluatie van de eerdere Verordening uit 1995. De VOORZITTER Aan de orde is agendapunt 3, de Buitenruimteverordening Binnenstad Breda 2005. Aan de orde is een nieuwe Buitenruimteverordening met ruimere regels ten aanzien van terrassen, uitstallingen, reclame en ambulante handel. Dit is terug te vinden in de ruimere vergunningsmogelijkheden voor bijvoorbeeld uitstallingen en minder gedetailleerde regels voor terrassen. De Buitenruimteverordening Binnenstad Breda 2005 mag het resultaat genoemd worden van een evaluatie van de eerdere Verordening uit 1995. Positief advies over dit voorstel: CDA, Breda '97, GroenLinks en de SP. Nog geen standpunt: VVD, Partij van de Arbeid, Leefbaar-Breda en D66. Wie van u wenst hierover het woord? Het woord is aan de heer Stubenitsky. Ga uw gang. De heer STUBENITSKY Dank u, voorzitter. In 1995 werden de ondernemers in Breda als een donderslag bij heldere hemel verrast door de Buitenruimteverordening. Eén winkelier deed spontaan een oproep tot burgerlijke ongehoorzaamheid en een andere winkelier hield een enquête onder de winkeliers met als uitslag dat 77% voorstander was van enige uitstalling. Tevergeefs, de besluiten waren reeds genomen. Negen jaar later, dus vorig jaar, zag het college na alarmerende signalen van de ondernemers en ook na enige aandrang vanuit de raad in dat een evaluatie noodzakelijk was. En zo geschiedde. En niet alleen een evaluatie, maar een geheel nieuwe verordening waaruit ook nog eens een hoop ballast die eigenlijk onder bouw- en woningtoezicht hoorde, was gehaald. Het is jammer dat het college niet op mijn suggestie van begin juli 2004 is ingegaan om de winkeliers tijdens de zomermaanden eens wat proefopstellingen te laten maken en daar eens met wat mensen langs te lopen om te bekijken wat wel en wat niet wenselijk is. Men vond het terecht een sympathiek voorstel, maar er was te weinig tijd. Nu kun je merken dat het voor ons liggende raadsvoorstel wat te theoretisch is. Tijdens de commissievergadering gaf de wethouder aan dat belanghebbenden het met het voorstel eens waren en dat dat te merken was aan het feit dat er geen insprekers waren. Een heel logische verklaring. Maar door communicatieproblemen bij het bestuur van de kersverse Ondernemersvereniging Binnenstad Breda waren zij geheel buiten de verantwoordelijkheid van de wethouder en de dienst om niet gekomen. Zij hadden tijdens voorgaande besprekingen, en er is heel goed overleg geweest, daar had de wethouder wel gelijk in, en na de commissievergadering schriftelijk te kennen gegeven dat ze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2005 | | pagina 13