21 APRIL 2005
116
De heer BOER
Dank u, mijnheer de voorzitter. Goedenavond, vooral ook de kijkers. Het gaat om drie korte vragen.
We zijn in discussie over het vragenuur, maar ik denk dat ze in dit geval hier passen. De eerste vraag
betreft het ereburgerschap van Thijs Verwest, die bekender is als dj Tiësto. We hebben er al een paar
keer meer om gevraagd. Er is op een gegeven moment toegezegd dat er iets zou gebeuren. Helaas is
dat nog steeds niet het geval. We hebben gevraagd om het ereburgerschap. Helaas is het instituut
ereburgerschap afgeschaft. Wij vinden dat dit in Breda eigenlijk opnieuw moet worden ingesteld, niet
voor elke wethouder of elke burgemeester, maar voor echt heel grote Bredanaars. Als een Bredanaar
wordt uitgenodigd voor Disneyland om een nieuw project te promoten, dan ben je gewoon een heel
grote. Wij vinden dat daar iets bijzonders voor moet gebeuren. De vraag is dus: kan het ereburger
schap in ere worden hersteld? Dan NAC. Wij zijn altijd een groot voorstander geweest van een ruim
hartige benadering van NAC. Het is een belangrijk instituut in Breda. Daarom zijn wij er erg van ge
schrokken dat twee (waarschijnlijk) NAC-supporters een 14-jarige Feyenoordsupporter toegetakeld
hebben. Dat heeft niets meer met sport te maken. Wij hopen dat de daders snel worden gepakt. Aan
de andere kant is het natuurlijk wel zo dat NAC huurder is en dat Breda voor de veiligheid moet zor
gen. Wij vragen ons af in hoeverre over de veiligheid iets in het huurcontract is opgenomen. Het derde
punt gaat over de wegen en het vele zwerfvuil. Ik heb mijn auto bij de APK gezet waardoor ik veel heb
moeten fietsen. Dan kom je het eigenlijk nog harder tegen dan wanneer je met de auto rijdt. Na de
verkiezingen in 2002 heeft wethouder Oomen 20 miljoen euro gekregen om de stad schoon te krijgen.
We vroegen of de burgers dat al vanaf de lente 2003 zouden merken. Het was toen nog te vroeg,
maar nu we aan het eind van de periode zitten, vragen we het nogmaals, want wij zien nog steeds
veel zwerfvuil, bijvoorbeeld bij Oude Vest, Westeinde, Driesprong, Breda-Noord en Dr. Struycken-
straat. Ook zitten er in het noordelijk deel van de Ginnekenweg en in de Cartier van Disselstraat fikse
kuilen. Ik kan nog wel meer straten opnoemen waar dat zo is. De vragen zijn: heeft wethouder Oomen
een overzicht van de zaken die nog aangepakt moeten worden? Hoeveel is er nog over van de 20
miljoen om deze zaken aan te pakken?
De VOORZITTER
Dank u zeer, mijnheer Boer. Een compliment, wat mij betreft, voor uw puntige en bondige vragen. In
antwoord op uw vraag of het mogelijk is Tiësto voor te dragen voor het ereburgerschap van onze ge
meente Breda het volgende. In het verleden is bij de criteria rond het ereburgerschap opgenomen dat
iemand in aanmerking kan komen voor deze eervolle onderscheiding als de persoon uitzonderlijke en
grote verdiensten heeft op een breed terrein voor de stad en dat heeft weten te verwerven. Ik ben
overigens van mening dat, los van de enorme verdiensten die Tiësto heeft voor de ontwikkeling van
de moderne muziek in Nederland, Europa en de rest van de wereld en het grote respect dat hij hier
voor verdient, hij niet voorgedragen zou moeten worden voor een ereburgerschap van onze stad.
Tiësto is een grootheid van wereldformaat en Breda mag trots zijn op zo'n inwoner, maar het is ook
daarom dat de gemeente hem heeft voorgedragen voor een koninklijke onderscheiding daar waar dat
meestal gebeurt op initiatief vanuit de burgerij. Vorig jaar is hij onderscheiden en benoemd tot Officier
in de Orde van Oranje-Nassau. De uitreiking op Hemelvaartsdag was zonder meer een mediaspekta
kel zonder weerga. Landelijke journaals en dagbladen brachten dit bijzondere nieuws. Een Bredase
zoon werd terecht in het zonnetje gezet binnen de regels van het stelsel van koninklijke onderschei
dingen en beloond voor een bijzondere prestatie met een grootse uitstraling. Het ereburgerschap is
naar mijn mening echter van een andere orde. De uitreiking in het verleden, overigens gebeurde dit
voor het laatst in 1989, betrof allemaal personen die de stad en haar inwoners op een bijzondere ma
nier hadden verder geholpen. Hun verdiensten hadden rechtstreeks betrekking op Breda en zijn bur
gers. Ik denk dat dat bij Tiësto niet het geval is. Hij heeft, ik zei het al, grote verdiensten, maar de link
tussen zijn daden, zijn inzet en het welbevinden van Breda en de Bredanaars is niet van die orde dat
dit een ereburgerschap rechtvaardigt. Overigens in algemene zin: Breda kent een vrijwilligerprijs die
ieder jaar toegekend wordt, een sportpenning, en de Breda culturele penning. Bijzondere verdiensten
worden daarbij gememoreerd. Als er behoefte zou bestaan om het instituut ereburgerschap opnieuw
aandacht te geven, lijkt het mij goed dat op het niveau van de fractievoorzitters te bespreken en te
bezien op welke wijze dat mogelijk nuttig is en inrichting zou kunnen krijgen, rekening houdend met de
gevoelens en datgene wat tot nu toe daartoe tot stand is gebracht. Is er van uw zijde nog behoefte
aan een reactie?
De heer BOER
Neen, uw uitleg was duidelijk.
