26 MEI 2005 178 het college erop gericht zijn dat er vervolgens een positieve accountantsverklaring op dit onderdeel ligt. Onze inspanningen zullen we daar voor 100% op richten. De resultaatbestemming. Ik onderschrijf de conclusie dat het grootste deel van het resultaat direct toevloeit naar de reserves zonder dat deze middelen worden betrokken bij een integrale afwe ging in de raad. Maar ik mag uw raad er ook op wijzen, en ik dacht dat ik dat in de richting van de heer Schoenmakers ook in de Rekeningcommissie heb gezegd, dat aan de 20 miljoen die aan de middelen van de diensten wordt toegevoegd toch ook besluiten ten grondslag liggen die door uw raad zijn ge nomen. Ik mag er ook op wijzen dat een groot aantal miljoenen gelabelde miljoenen zijn. Denk bij voorbeeld aan de reserves die we tegenkomen bij de dienst SAW, denk aan het Parkeerbedrijf en denk bijvoorbeeld aan het bedrijf Afvalservice. Allemaal miljoenen die gelabeld zijn. Er is ook een aan tal miljoenen waarvoor uw raad in het verleden besluiten heeft genomen. De heer BOER Even een korte vraag ter verduidelijking. Een reserve die een doel heeft, heet toch een voorziening. Waarom is het dan geen voorziening? Wethouder OOMEN Voorzitter, het verschil tussen reserves en voorzieningen is een fenomeen dat onlangs in werking is getreden en u heeft ook gezien dat bij de Kadernota het college dat onderscheid uitdrukkelijk gaat maken. Een voorziening, mijnheer Boer, zou ik heel simpel kunnen omschrijven als een reserve met een vooropgesteld duidelijk doel. De heer BOER Dus is het in wezen gewoon gegaan naar de voorzieningen. Wethouder OOMEN We gaan nu op dit moment niet de theoretische discussie voeren over het verschil tussen de reserve en een voorziening. Nogmaals, bij de Kadernota komt u dat onderscheid nu al tegen. Ik ben blij met een hoge reserve, ik ben ook blij met een hoge voorziening, maar bij de voorziening is het doel vooraf bekend. De heer BOER Even nog één keer. De reserve, daar gaan wij over, en de voorziening, daar gaat u over. Wethouder OOMEN Ik heb het gevoel dat u overal over gaat. Ik moet zeggen dat ik daar niet treurig om ben, ik wil het graag zo laten. De heer BOER Dat hebben we nog niet gemerkt. Wethouder OOMEN Mijnheer de voorzitter, toch moet de raad ervan overtuigd zijn dat het college steeds zeer kritisch heeft gekeken naar de resultaatbestemming, maar wel tegen de achtergrond van datgene wat ik hier zojuist naar voren heb gebracht en wel tegen de achtergrond welk etiket op de bestemming is geplakt. Daar bij is de discussie in de Rekeningcommissie van vorig jaar mede in gedachte gehouden, en in de rich ting van de heer Schoenmakers zeg ik dat we ook deze keer hebben geprobeerd om daarin een aan tal stappen te zetten, en ik probeer, ook als wethouder Financiën, samen met het college om bij de volgende jaarrekening, ik weet niet of we die nog in deze raad behandelen, in positieve zin stappen ter voorbereiding te zetten. Dan is er nog gesproken over de interne opdrachten en grote projecten. De sturing en beheersing van de grote projecten heeft de volle aandacht van het college. De ingezette organisatieontwikkeling kunt u mede in dat licht bezien. Ik ben van mening dat de afgelopen periode al de eerste stappen zijn gezet om te komen tot beheersing van de grote projecten. Ik noem in dit ver band nieuwe heldere afspraken tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, het nagenoeg beslechten van de discussie over de onderlinge verrekeningen tussen de diensten en tot slot is voor het project De Nieuwe Mark expliciet gekozen voor één projectorganisatie om zo meer grip op de zaak te krijgen en te houden. Ik ben het met u eens dat nog de nodige stappen gezet moeten worden en, nogmaals, ik zeg u toe dit in de komende periode in gezamenlijkheid met het college verder te zullen oppakken. Voorzitter, ik heb gesproken over de toevoeging aan de reserves van de diensten. Ik heb ook iets gezegd over de aansturing van de grote projecten. De heer Schoenmakers heeft nog gesproken over

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2005 | | pagina 20