26 MEI 2005 166 De heer SCHOENMAKERS Maar in de beleving van de mensen zou het best kunnen zijn, en ik denk dat het dat ook is, dat zij daardoor toch een veiligheidsgevoel krijgen van kijk, er is in ieder geval iets waardoor je het een en ander zou kunnen voorkomen. Daarom zuilen wij het voorstel steunen. De VOORZITTER Ik dank u zeer. Het woord is aan de heer Kwisthout namens de SP. De heer KWISTHOUT Kort, voorzitter. Wij steunen dit voorstel ook. Helaas kunnen wij de bestaande gevallen hiermee niet oplossen, maar als er nieuwe bij komen, dan kunnen we in ieder geval maatregelen treffen. Dat is het hoogst haalbare wat we eruit hebben kunnen halen. Wij steunen het voorstel van harte. De VOORZITTER Dank u zeer. De heer Stubenitsky. De heer STUBENITSKY Voorzitter, het liefst hadden we gezien dat de bestelpunten voor vuurwerk op de bestaande verkoop punten waren gebleven en de opslag- en afhaalpunten op een veilige afstand van de bebouwde kom. Maar gezien de investeringen die de bestaande verkooppunten in het kader van de veiligheid hebben moeten doen, is dat geen reële optie. Wanneer een aangevraagde vergunning voor de opslag en ver koop van consumentenvuurwerk op grond van het Vuurwerkbesluit, de vergunning Wet milieubeheer en de gebruikersvergunning op grond van de Bouwverordening 1993 niet kan worden geweigerd maar toch niet wenselijk wordt geacht, gezien de onrust en overlast die de komst van dit verkooppunt te weegbrengt in bijvoorbeeld een woonwijk, biedt deze APV-regeling een handvat om deze aanvraag niet te honoreren. Ik ben ervan overtuigd dat als deze APV-regeling er eerder was geweest het ver- koop/opslagpunt voor vuurwerk in de wijk Zandberg had kunnen worden tegengehouden, want dat was er toen nog niet, De VOORZITTER Ik dank u zeer. Het woord is aan de heer Scheltens namens GroenLinks. Ga uw gang, mijnheer Schel- tens. De heer SCHELTENS Ondanks het bijzonder stellig inzetten van de heer Taks wil ik toch proberen hem te overtuigen, want ik heb begrepen dat hij tijdens de commissievergadering De heer TAKS U doet een laatste poging. Daar is het CDA niet in geslaagd. U misschien wel. Ga uw gang. De heer SCHELTENS Daarom. Dan krijg ik waarschijnlijk extra punten. Ik heb tijdens de commissievergadering al begrepen dat u dacht: dat is een teveel aan regels en dat moeten wij niet doen. Daar kunnen wij een heel eind in meegaan, alleen, er is ook in onze raad een ongeschreven regel: als een regel goed is, moet je die handhaven. Naar ons idee is dit een regel die we niet alleen moeten handhaven, dus het Vuurwerkbe sluit, maar we moeten er ook een regel aan toevoegen, omdat in het stuk, in het voorstel, nota bene van uw eigen portefeuillehouder, staat dat het wezenlijk andere zaken betreft. Het is niet een dubbel- uitvoering van hetzelfde, het zijn wezenlijk andere zaken. De vergunning Wet milieubeheer en het Vuurwerkbesluit, dat hebben we de afgelopen periode vaak genoeg gehoord, zijn een gedwongen beschikking. Als de gemeente Breda die niet afgeeft, krijgt de ondernemer via een juridische procedu re alsnog gelijk en kan hij alsnog doorgaan. Dat willen we dus in een aantal gevallen blijkbaar niet, want we zijn en, volgens mij, u ook niet echt gelukkig met de situatie in de Zandbergweg. U kent de situatie vast wel, want het is vlak bij uw woning. In de Zandbergweg is het gewoon een hoogst onge lukkige situatie, om geen zwaardere bewoordingen te gebruiken. Om nu het college een andere ma nier te geven, een ander handvat om alsnog te proberen een en ander tegen te gaan, maar dan wel via andere punten, en die zijn duidelijk genoemd in het voorstel, de openbare orde en het voorkomen en beperken van overlast, zal de vergunning op grond van de APV een ander doel moeten dienen dan de vergunning Wet milieubeheer. In het voorstel staat daarover een heel duidelijke uitleg en die ein digt onder andere met de benoeming: onder het belang van de openbare orde valt, gezien de juris prudentie, want dat is namelijk al gebeurd, onder meer het voorkomen en bewerken van brandgevaar-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2005 | | pagina 8