7 JULI 2005
313
De heer KWISTHOUT
Voorzitter, wij vinden het heel belangrijk dat bijvoorbeeld huurdersorganisaties onafhankelijk zijn van
de verhuurder. Dat betekent dat zij de middelen moeten hebben en niet afhankelijk moeten zijn van de
verhuurder. Het oude gezegde gaat: wiens brood men eet, diens woord men spreekt. Wij vinden die
subsidie wel heel belangrijk. Daarnaast zijn wij met anderen van mening dat door de afbouw van de
subsidies de SWOB in de problemen komt, en wij vinden dat dat een organisatie is die in de lucht
moet worden gehouden, niet alleen met projectsubsidies, maar ook ter bestrijding van de normale
kosten met structurele subsidie. Vandaar dat wij niet akkoord gaan met dit voorstel.
De VOORZITTER
Mevrouw Overboom, D66.
Mevrouw OVERBOOM
D66, voorzitter, vindt dat er een woonconsumentenplatform in deze stad moet zijn. Wat ik aan het
voorstel zorgwekkend vind, ik heb het in de commissie al gezegd, is dat er nog geen alternatief is. We
trekken nu de woonconsumentenrichtlijn in en we weten nog niet wat het alternatief is. Er is in het
voorstel slechts sprake van een overgangsregeling. Om die reden wil ik nu niet instemmen met het
intrekken van deze richtlijn, want ik wil weten wat ervoor terugkomt. Een tweede punt daarbij is de
ontwikkeling rondom de SWOB. Ik heb dat eigenlijk ook al aangegeven in de commissie. De brief die
we nu van de SWOB hebben gekregen, vind ik zeer zorgwekkend, zeker als ik kijk naar het traject dat
we met de vrouwenadviescommissie hebben gehad waar ook sluipenderwijs een woonconsumenten
organisatie op een zijspoor is gezet. Het wordt misschien door het college weer omschreven, want dat
gebeurde in de commissie ook, dat zij zichzelf heeft opgeheven. Maar ik heb daar een andere inter
pretatie van. Nogmaals, ik maak me zeer grote zorgen om de SWOB. Ik sluit me aan bij de vraag van
de PvdA, maar het blijft, wat mij betreft, ook een onderwerp voor de begroting.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Andere leden van uw raad? Dan is het woord aan wethouder Arbouw.
Wethouder ARBOUW
Dank u wel, voorzitter. Een aantal aspecten. Dit voorstel van het college gaat over het intrekken van
structurele subsidies. Het gaat dus niet over de projectsubsidies, maar over het intrekken van de
structurele subsidies. De reden is, denk ik, goed onderbouwd in het voorstel. Er is nadrukkelijk een
onderzoek geweest met medewerking van alle organisaties die zo'n subsidie krijgen en die daar ook
hun eigen interpretatie en input aan hebben kunnen geven. De conclusie is heel helder, namelijk dat
de subsidie over het algemeen oneigenlijk is. Dus als je je aan een strikt subsidiebeleid wilt houden, is
het volkomen legitiem om te zeggen: dan moeten we dat dus niet doen. Het overgrote deel van de
organisaties is het daar ook mee eens. Dat wil niet zeggen dat er dan niks meer is. Want ook staat in
het voorstel dat er, zoals ook in de Wet uit 1998 staat beschreven, mogelijkheden zijn voor ondersteu
ning vanuit verhuurdersorganisaties en dergelijke. Het is dus niet zo dat die consumentenorganisaties
allemaal worden geschrapt of iets dergelijks. Voorzitter, dit voorstel gaat dus niet over de subsidie die
de SWOB krijgt. Ik snap dat in de commissie dat misverstand is ontstaan, omdat namelijk de SWOB
tijdens de commissievergadering heeft ingesproken toen dit punt werd behandeld. Maar zij kwam als
professionele organisatie daar waar wij graag de SWOB willen hebben, zij kwam namelijk op voor de
belangen van de verschillende organisaties en zij kwam niet voor zichzelf. Toen ontstond er verwar
ring in de commissie, want men dacht dat de SWOB voor eigen parochie preekte. Gaandeweg is die
discussie nog wat verder doorgegaan. Ik zal even aangeven hoe het met de subsidie van de SWOB
wel precies is gesteld. Ik heb overigens deze week met de bestuursleden van de SWOB daarover nog
een bestuurlijk overleg gehad. Wij hebben destijds een convenant met elkaar gesloten en dat conve
nant eindigt dit jaar, dus eind 2005. Wij hebben deze week in het bestuurlijk overleg nog eens een
keer herbevestigd naar elkaar dat de afspraken die we wat betreft het convenant met elkaar hebben
tot en met eind 2005 ook gewoon volledig door alle partijen worden nagekomen. De subsidie van de
SWOB bestaat uit een basissubsidie die vastligt in de begroting, die is dus niet ad hoc, van 50.000
euro. Daarnaast hebben we toen voor drie jaren een extra impuls voor de kwaliteitsslag, voor de pro
fessionalisering met elkaar afgesproken en die bedraagt 72.000 euro per jaar. Dat betekent dat de
SWOB per jaar rond de 120.000 euro te besteden heeft. Dat eindigt dus eind 2005. We hadden al
afgesproken dat we in het najaar van 2005 dat convenant met elkaar zouden evalueren en dan zou
den kijken wat er voor de periode 2006, 2007 en daarna aan de orde zal zijn. In het bestuurlijk overleg
met de SWOB heb ik daar even een voorschot op genomen. Die evaluatie is in het bestuurlijk overleg
van september gepland. Ik heb aangegeven dat ik ruimte zien om de basissubsidie van 50.000 euro