3 november 2005
erbij gezegd dat het wel zo moet zijn, als we naar een ander regiem gaan, dat de veiligheid in de stad
gegarandeerd wordt. Dat is voor ons inderdaad de voorwaarde die echt vervuld moet zijn. Als dat niet
zo is, dan zouden misschien de principes moeten wijken voor de praktische uitvoerbaarheid, maar ik
ben er nog niet aan toe om op dit moment te zeggen: dan maar niets veranderen. Dan moeten we
toch nog zoeken naar het maximaal haalbare, dat dan een goed evenwicht geeft tussen een goed
leefbare en prettige, gezellige binnenstad en toch een maximale vrijheid. Voorzitter, ik denk dat het
punt evenementencomplex de Bavelse Berg een buitengewoon gevoelig thema blijft. De wethouder
heeft verwachtingen gewekt door te verwijzen naar 30 november waarop er meer duidelijkheid komt.
Ja, als er een besluit over het onderwerp genomen kan worden, hoe eerder hoe liever. Ik heb echter
het bange vermoeden dat de uiteindelijke besluitvorming toch wordt doorgeschoven naar de college
onderhandelingen na de verkiezingen. Er is nu wel een programmatische afspraak gemaakt die waar
schijnlijk een belemmering zal blijven voor het beschikbaar stellen van voldoende financiële middelen.
Dat is een negatieve afspraak die toen gemaakt is bij de programmaonderhandelingen. Dat is mis
schien niet zo gelukkig geweest. Deze vierjarige periode leert wel dat een al te gedetailleerd program
akkoord ook een keurslijf kan zijn dat nieuwe ontwikkelingen belemmert. En zo'n afspraak is er een
duidelijk bewijs van. De VVD zal voor de toekomst wel kiezen voor een wat globaler programakkoord,
door de ervaring wijs geworden.
De VOORZITTER
Dank u zeer, mijnheer Taks. Het woord is aan de heer Haarhuis, Partij van de Arbeid.
De heer HAARHUIS
Voorzitter, het armoedebeleid is van iedereen. Ik denk dat we ons als gemeenteraad erover mogen
verheugen dat we met elkaar dat beleid steeds raadsbreed hebben ondersteund. Dus laten we dat
nog een keer onderstrepen. Voorzitter, wat betreft de bijdrage van het CDA en het stuk dat het CDA
heeft geschreven over de cultuurdiscussie. Er is een aanzet gegeven voor de discussie in de commis
sie ECG. Ik denk dat het verstandig is om zowel zorgvuldig als voortvarend in die discussie voort te
gaan in lijn met de discussie zoals die in de commissie ECG tot nu toe is gevoerd. Wat betreft het
voorstel van het CDA voor de wijkveiligheidsplannen. Wij hebben daarop in de commissie AZ ook
even gereageerd. Natuurlijk is die wijktafel in de Haagse Beemden een heel interessant idee. Ik vind
wel dat we er voorzichtig mee moeten zijn om een idee dat op zichzelf in een bepaalde context goed
kan werken zomaar te kopiëren naar alle andere gebieden. Ik kan me voorstellen dat je in wijken als
Boeimeer en Ruitersbos, waar bijvoorbeeld woninginbraken veelvuldig voorkomen, met een plan voor
buurtpreventie in samenwerking tussen politie en bewoners heel interessante dingen zou kunnen
doen. Dus wijkveiligheidsplannen en zaken als wijktafels en dergelijke zijn prima initiatieven, maar kijk
of je dat over de hele stad gevarieerd kunt houden en of je de burgers kunt betrekken bij dat veilig
heidsbeleid.
De heer ÜQERLER
Voorzitter, als ik even mag reageren? In de commissie AZ hebben wij het initiatief voor de wijktafel in
de Haagse Beemden genomen. Het is geenszins de bedoeling geweest om dat plan te kopiëren naar
andere wijken. Iedere wijk heeft zijn eigen problematiek. Dus dan moet je ook maatwerk gaan leveren.
De heer HAARHUIS
Dan zijn we het op dat punt eens, dus dat is uitstekend, mijnheer Ügerler. Wat betreft de horecaslui-
tingstijden, voorzitter. De Partij van de Arbeid heeft in die discussie willen inzetten op twee hoofdlijnen.
Ten eerste moeten er substantieel meer mogelijkheden komen voor mensen in Breda om uit te gaan
na 02.00 uur 's nachts. Dat is een discussie die in de stad al jaren loopt. We zijn als Partij van de Ar
beid ook al jaren bij discussies op scholen in het debat met jongeren daarop gewezen. En dat is ook
een punt waarop we hebben ingezet. Het tweede probleem dat zich in de horeca voordeed, was on
voldoende diversiteit, vooral na 02.00 uur, voor groepen jongeren om te kunnen uitgaan. Dat zijn twee
basiselementen voor ons in de discussie over de horecasluitingstijden. Onze voorkeur gaat voor
alsnog uit naar verruiming tot 04.00 uur, zoals ook uit het onderzoek is gekomen dat we hebben ge
houden. Maar ik hoor bij het CDA ook de neiging om te zeggen: kunnen we met elkaar discussiëren
en debatteren? Ik denk dat we een debat met het CDA niet uit de weg gaan. Per slot van rekening zijn
er ook nog allerlei knelpunten zoals Mezz, en, zoals de heer Taks ook aanvoert, natuurlijk moet je ook
kijken naar de uitvoerbaarheid op het gebied van de veiligheid. Onze voorkeur is vooralsnog duidelijk
en ik denk dat we met elkaar in de discussie en in het debat moeten kijken waar je uit kunt komen.
Voorzitter, ik zit even wat ongemakkelijk met een motie die nog ingediend moet worden op het punt
van de Grote Kerk. De heer Dubbelman wees daar net ook al op. Ik hoop nog serieus de kans te heb-
398