412
3 november 2005
De VOORZITTER
Ik dank u wel. De vergadering is geschorst tot 22.30 uur, zodat het college even de gelegenheid heeft
zich te beraden over de ingediende moties en amendementen.
De VOORZITTER schorst de vergadering.
SCHORSING.
De VOORZITTER heropent de vergadering.
REACTIE VAN HET COLLEGE (TWEEDE TERMIJN)
Het college van burgemeester en wethouders krijgt gelegenheid te reageren op de inbreng van frac
ties in tweede termijn en eventueel ingediende moties en amendementen.
De VOORZITTER
Ik open de beraadslagingen. Er is behoefte aan een korte reactie. In de richting van mevrouw Over-
boom over het stemmen in een willekeurig stemlokaal. Ik hecht eraan om u te melden dat het college
daarover nog geen uitgekristalliseerde opvatting heeft. Wel is er toch een aantal kanten aan verbon
den die per saldo niet alleen zonder meer gunstig zijn. U krijgt een totaalpakket aan opkomstbevorde
rende maatregelen en daarin vindt u de opvatting van het college. Wij kunnen dan met u spreken waar
uw voorkeuren naar uitgaan. Ik hecht er wel aan om te bemerken dat de opvatting zoals onder andere
verwoord door de heer Haarhuis ook tot mij is gekomen, dus wij moeten wel zorgvuldig kosten, relatie,
effect et cetera afwegen. Maar nogmaals, wij komen met u verder daarover te spreken in de commis
sie AZ, want het zal vanzelfsprekend publiekelijk besproken moeten worden. In de richting van de
heer Akinci. Graag wil ik met u nog eens verder spreken, en ik denk dat de commissie AZ daar het
platform voor is, over die discrepantie die er wel of niet is, want anders gaat er, denk ik, een beeld
ontstaan waarvan ik vanuit mijn verantwoordelijkheid zeg: dat herken ik niet. Ik zou ook goed het ge
voel willen hebben dat ik het beleid, de APV, adequaat kan borgen met de gebeurtenissen. Nogmaals,
ik herken niet datgene waar u op terugkomt, zeker niet als ik kennisneem van datgene wat in het afge
lopen jaar vanuit de samenleving, groeperingen tot ons is gekomen over waar mogelijk dissonanten
zijn. Dat is in mijn beleving absoluut meer dan beheersbaar te noemen. In de richting van de heer
Taks over democratische controle en legitimatie. Daar gaat het op dit moment om. Ik ben er een groot
voorstander van dat de verantwoordelijkheid voor het politiebestel, gezag en beheer, bij de burge
meesters blijft. Ik denk dat er in het veiligheidsbeleid grote stappen voorwaarts worden gemaakt.
Wanneer je dat verandert, dan zie ik dat als een aantasting. In zijn algemeenheid is het democratisch
legitimeren en borgen van ontwikkelingen op allerlei niveau die naar grotere schalen gaan, een niet
eenvoudige uitdaging. Ik heb van de week al gezegd dat ik zeker ook met u als raad verder wil spre
ken over hoe we dat kunnen borgen. Tot slot over de rol van Breda in het regionaal denken. Wij ko
men daar volgende week over te spreken, maar ik hecht er wel aan dat Breda op dit moment tracht
nadrukkelijk op basis van gelijkwaardigheid zijn positie en rol mee te spelen. Het is met name me
vrouw Bakker, voorzitter van de ontwikkelingsplanologie, geweest die heeft aangegeven dat juist de
rol van Breda op dit moment buitengewoon stimulerend is voor de hele regio. Nogmaals, twee benen
op de grond en met alle gemeenten daar samen aan werken. Dan komen we verder. Maar ik nodig u
en de andere leden van de raad uit om daarin ook een actieve rol te spelen, want, wat ik van de week
al zei, een informatiebijeenkomst met slechts drie raadsleden uit Breda, dat is redelijk schraal, daar
waar het dagelijks bestuur probeert een hoger tempo te ontwikkelen. Het woord is aan wethouder
Oomen.
Wethouder OOMEN
Dank u wel, voorzitter. Ik zou graag in tweede termijn willen beginnen met in te gaan op de opmerkin
gen van de heer Kwisthout. Mijnheer Kwisthout, ik vind het bijzonder plezierig dat u deze keer zoveel
aandacht besteedt aan het riool. Ik heb u al eens meer gezegd: het riool in Breda is zo geweldig, het
is een kunstwerk. Ik zou het het liefst boven de grond aanleggen.
De heerSCHELTENS
Volgens mij zijn we daar al volop mee bezig.