492
10 NOVEMBER 2005
dit museum te zijn geweest en zelfs misschien wel een voortrekker hiervan, om die kwalificatie te ge
bruiken, maar wij hebben er altijd achter gestaan. Wat dat betreft hadden wij in de coalitie een rechte
rug en hebben we die in de oppositie ook. Wij blijven er dus voor staan. Er is een tweede reden waar
om wij zeggen dat het in het huidige pand ook een gewenste ontwikkeling is, want dat is een monu
ment en het draagt bij aan het behoud van het monument. Er wordt heel vaak anders geroepen, maar
de Rijksdienst voor de Monumentenzorg heeft twee keer positief geadviseerd over het onderbrengen
van het museum in dit pand met de constatering, en dat staat expliciet in de uitspraak, dat het een
bijdrage levert aan het behoud van dit monument. Dus je kunt het ook op een totaal andere manier
bekijken. De rechter van de Raad van State heeft in zijn uitspraak ook aangegeven dat hij van mening
is dat de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, toch geen kleine club in het behoud van monumenten,
de gemeente twee keer positief heeft geadviseerd over het bouwplan.
De heer BOER
En de bijzinnen?
Mevrouw OVERBOOM
Wat zegt u? Ik versta het niet.
De heer BOER
De bijzinnen?
Mevrouw OVERBOOM
De bijzinnen. Maar ze zeggen: op het moment dat het een bijdrage levert aan het behoud van het
monument adviseren wij positief over het bouwplan. De Raad van State heeft ook aangegeven dat er
een zeer zorgvuldige afweging is geweest van alle adviezen die er zijn, dus ik plaats een kanttekening
bij uw opmerking dat het ten koste van het monument zou gaan. Je kunt ook zien dat het onderbren
gen van deze functie in dit monument een bijdrage levert aan het behoud van dit monument, want we
hadden sowieso onderhoudskosten aan dit monument gehad, omdat het op dit moment, en misschien
is dat geen diplomatiek woord, behoorlijk aftands is. Dus er had sowieso wat moeten gebeuren.
De heer BOER
Dat had u de directie moeten verwijten. Die heeft het geld verkeerd ingezet, maar
De VOORZITTER
Goed, ik stel voor dat mevrouw Overboom
De heer BOER
ik verbaas me over de houding van D66.
De VOORZITTER
Mevrouw Overboom heeft het woord.
Mevrouw OVERBOOM
Ik wil nog een opmerking maken over de procedures die gevoerd zijn. Er zijn heel negatieve uitlatin
gen daarover gedaan, maar wat mij betreft is het ieders recht om te procederen zolang men denkt het
recht daartoe te hebben en men die weg wil bewandelen. Ik ben het daarom ook niet eens met de
opmerkingen die de wethouder daarover maakte bij het afscheid van Frank Tiesing, de voormalige
directeur van het museum, dat het een soort ongewenste restant is uit de jaren '60. Daarin kan ik mij
volstrekt niet vinden en ik vind het niet positief naar de mensen die zich zo inzetten voor wat in hun
optiek goed is, om zo neerbuigend daarover te doen. Dus daar plaats ik kanttekeningen bij. Ik wil nog
wel een opmerking maken over het binnenplein. Het is iets wat de Rijksdienst voor de Monumenten
zorg ook zegt en het gaat mij eigenlijk ook wel aan het hart. Ik vind het best jammer dat juist dat bin
nenplein verloren gaat, want ik vind het altijd heel aardig dat je dat binnenplein ziet als je langs het
gebouw loopt en door die centrale deur kijkt. Er is gevraagd om te kijken of het alsnog aangepast zou
kunnen worden. In de hele procedure is aangegeven dat het niet kan, maar ik zou toch nog een op
roep aan de wethouder willen doen om als het enigszins mogelijk is nog eens te kijken wat er van dat
huidige binnenplein te handhaven is. Voor het overige
De heer AKINCI
Een korte vraag, burgemeester, als dat mag