10 5 JANUARI 2006 De heer VAN OVERVELD De ruwe wijze. Er wordt ook gesuggereerd dat het bedrijf dat de ontruiming heeft uitgevoerd doelbewust het idee had om daarbij zoveel mogelijk te beschadigen. Dat vermag ik niet in te zien. Vervolgens is voor mij de absolute knaller dat bij dit soort gevallen, als ik de oppositie hoor, de eigenaar eigenlijk de schuld krijgt. Dat is altijd stap zes bij dit soort dingen. Iemand die er niks mee te maken heeft, die krijgt de schuld. De eigenaar wordt het natuurlijk bijna onmogelijk gemaakt om hier iets aan te doen als er krakers in zitten. Ik zou als eigenaar in ieder geval mijn pand niet opknappen als er krakers in zaten en ik vermoed dat er meer mensen zijn die er net zo over denken. Ik kan me best wel voorstellen dat er wat vragen zijn. Komen deze situaties niet vaker voor? Dat vraag ik me nu ook af. Een vraag aan het college is: moeten we dit soort dingen niet gaan inventariseren? Tot nu toe is steeds de gang van zaken geweest, als ik het goed begrepen heb, dat we alleen op klachten afgaan. We gaan natuurlijk niet zomaar overal binnenvallen om te kijken of er een Ipg-tankje ligt, want daar is geen reden toe. Kortom, concluderend, ik vind dat de actie tijdig was, in de juiste verhouding is toegepast en dat de wethouder en de burgemeester niet anders konden. De VOORZITTER Ook de heer Haarhuis wacht tot de tweede termijn? Mevrouw Bos, maakt u gebruik van de eerste termijn? Ga uw gang. Mevrouw BOS Hier zitten we dan vijftien dagen later tijdens een spoedvergadering bijeen. Het woord 'spoed' kunnen we eigenlijk wel vergeten, want dan had de vergadering volgens mij binnen 48 uur moeten plaatsvinden. In de maand november 2005 komen er schriftelijke klachten binnen bij het college van burgemeester en wethouders. Daarin komt duidelijk naar voren dat er problemen zijn wat betreft de huisvesting in de Heilig-Hartkerk. De zaak dreigt te escaleren. Er wordt door omwonenden duidelijk gemaakt dat de situatie, het leven en woongedrag van deze groep krakers niet toelaatbaar is. Het is een tweede groep krakers die dan woont in de kerk. Letterlijk staat er in de tekst: enige zorg voor het behoud van de kerk is totaal verdwenen, zodat het inmiddels voor de deur een soort openbare vuilstort is geworden. De bestrating wordt eruit gesloopt en vele ramen van de kerk, glas-in- loodramen, zijn inmiddels door deze krakersgroep, deze bewoners verwijderd. Deze groep houdt er duidelijk een ander levensritme op na. Gezien de houseparty's en de geluidoverlast, het bevuilen van de tuinen van omwonenden is er kennelijk geen sprake van respect voor andermans eigendommen. Op 16 december komt er van de Vereniging Behoud Heilig-Hartkerk een schriftelijke melding binnen bij het college. Zij wil graag op zeer korte termijn een gesprek met de eigenaar van de kerk, Stichting Woonzorg Nederland, en de gemeente Breda om duidelijk te maken dat er iets moet gebeuren. Zij geeft aan dat de huidige krakersgroep bijdraagt aan het snelle verval van de kerk. Er wordt bij het college gepleit voor een snel uit te voeren grote schoonmaakactie van het sterk vervuilde omliggende terrein. Naar aanleiding van deze luidende noodklok besluit men vanuit het Stadskantoor om polshoogte te nemen. Men komt tot de schrijnende ontdekking dat er een grote puinhoop van gemaakt is. De situatie is gevaarlijk. Levensgevaarlijk voor de krakers zelf, maar ook voor de omgeving. Neem daarbij het rapport gericht aan Bouw- en Woningtoezicht en ingrijpen is mijns inziens onvermijdelijk. Maar wat nu te doen, want goede raad is duur. Het college is mijns inziens gedwongen om tot actie over te gaan. De ontruiming is hiermee een vaststaand feit. De krakers krijgen volgens mijn informatie één uur de tijd om hun spullen te pakken. Zij worden niet eerder op de hoogte gesteld om te voorkomen dat zij de kerk van binnenuit kunnen gaan barricaderen. De rapportage die bij de raadsleden in de bus viel, loog er niet om. Middels foto's werd duidelijk waar het over ging. Vuilnis, niet veilige constructies van zelf gemaakte slaapgelegenheden, de in slechte staat verkerende Ipg- tank, et cetera. Als er brand zou uitbreken, zaten de krakers als ratten in de val. En wie zou er dan aangewezen worden als verantwoordelijke voor deze gang van zaken? De naam van burgemeester Van der Velden was zeker de eerste die genoemd zou worden. Wel stond de burgemeester vanaf het begin bij de Heilig-Hartkerk. Wethouder Van Blerck was even afwezig. De afwezigheid van de wethouder verdient mijns inziens geen schoonheidsprijs. Ook de wethouder had naast de burgemeester moeten staan. De krakers hebben in mijn ogen zeker de verplichting gehad om op een goede manier om te gaan en als een goed vader gebruik te maken van dit monument. Hier hebben de krakers ook zeker diverse steken zélf laten vallen, want hun verblijf werd al geruime tijd casu quo enkele jaren gedoogd. Er wordt gesproken over de kunststukken die verdwenen zijn. Die hebben voor de eigenaren een grote emotionele waarde. Deze emotionele waarde is niet door ons als raadsleden in te schatten en ik vertrouw erop dat er een goede oplossing voor komt. Dit was mijn bijdrage.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 10