23 5 JANUARI 2006 stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt: De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen op 5 januari 2006 in verband met een interpellatie over de ontruiming van de Heilig-Hartkerk op 21 december 2005; overwegende: dat er door de grondige ontruiming een ongewenste situatie is ontstaan; besluit: de eigenaar van de Heilig-Hartkerk op te roepen en zo nodig aan te schrijven om middelen beschikbaar te stellen voor de aanschaf van brandveilige (bouw)materialen en hoognodige voorzieningen; en gaat over tot de orde van de vergadering. De VOORZITTER Het woord is nu aan de heer Haarhuis van de Partij van de Arbeid. De heer HAARHUIS Voorzitter, wanneer dit soort ingrijpen aan de orde is, dan brengt dat natuurlijk veel emoties met zich mee. Niet in de minste mate ook bij degenen die het pand bewonen. Aan de andere kant is, zoals wethouder Van Blerck zegt, veiligheid niet onderhandelbaar. Als je met elkaar gaat debatteren over welke dingen wel en welke dingen niet veilig zijn, dan kom je daar, denken wij, niet uit en in die zin vinden wij ook dat de keuze van het college om in te grijpen onafwendbaar was. Zoals de burgemeester heeft aangegeven, maakte de veiligheid voor de bewoners, de hulpverleners en de omwonenden een ingreep noodzakelijk en voor ons is die ook aanvaardbaar. De twintig jaar geschiedenis, en ik verwijs naar de legionella-activiteit - het lijkt wel of we moeten beginnen en eindigen met zo'n vervelende situatie - kan geen reden zijn om niet te handelen. Ook bij de legionellasituatie heeft het college besloten onmiddellijk in te grijpen. Ik denk dat dat in deze situatie ook onafwendbaar was. Als je kennis hebt van de zaak De heer BOER Even een vraagje, mijnheer Haarhuis. Was de PvdA van deze actie al eerder op de hoogte dan de rest van de partijen? De heer HAARHUIS Neen, absoluut niet. Ik ben om 08.45 uur op mijn werk weggeroepen om om 09.30 uur net als u kennis te nemen van de informatie die aan de orde was. Voorzitter, het kan ook anders. Ik ben er zelf niet geweest, maar naar wij vernomen hebben, zijn in de pastorie door de krakers in overleg wél maatregelen getroffen die bewoning aanvaardbaar en verantwoord maakten. De situatie daar voldoet wel aan de normen, dus het kan ook op een andere manier in goed overleg, maar dan praat je over situaties die al bestaan. In de kerk was die niet meer te handhaven. Voorzitter, wij vinden het goed te vernemen dat het college om de veiligheid te verbeteren in elk geval de blusmaterialen zal laten herstellen. Dat is natuurlijk heel verstandig. Ook is het prima om te horen dat er inmiddels overleg plaatsvindt tussen partijen. Dat is uitstekend. Nogmaals, wanneer dit soort ingrijpen aan de orde is, brengt dat veel emoties met zich mee, zowel bij bewoners maar ook bij degenen die dat ingrijpen moeten laten plaatsvinden. Ik verklap geen geheim als ik zeg dat ook de burgemeester bepaald niet met genoegen deze actie heeft ondernomen, maar dat hij het zeer betreurde dat die noodzakelijk was. In die zin is het ook unfair om te stellen dat het een soort opzettelijke actie van het college zou zijn. Het was een zeer ongewenste, maar wel noodzakelijke activiteit. De heer AKINCI Bij interruptie, voorzitter, als u mij toestaat. Is de heer Haarhuis het dan ook met mij eens, want dat proef ik toch een beetje uit zijn woorden, dat het op de 12e al mogelijk was geweest om de bewoners van de kerk enkele aanwijzingen en tips te geven over hoe zij zelf hun situatie al konden verbeteren? Daar liep immers een controleur rond. En ten tweede, was het dan ook niet mogelijk geweest om op de dag van de ontruiming zelf tussentijds met de bewoners te overleggen, of misschien zelfs een van de bewoners mee te laten lopen, om, ik noem maar wat, wat spullen te labelen met: 'Dit is waardevol,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 23