5 JANUARI 2006 4 was absoluut niet voorbereid, ook niet aan de kant van de gemeente. Eigenlijk was het een grote zooi bij de ontruiming. Die had gewoon zo niet gemoeten. In het rapport van de gemeente wordt onder andere ook melding gemaakt van een Ipg-tank van zestig liter die de situatie heel erg gevaarlijk gemaakt zou hebben. De ontruiming is echter om 09.00 uur begonnen en om 17.00 uur 's middags werd melding gemaakt van de gaslek. Als je een zestig liter Ipg-tankje al die tijd open hebt staan, dan is die tegen die tijd echt leeg. Ze hadden het gas om 09.00 uur al moeten ruiken als er inderdaad een lek was geweest, veroorzaakt door de krakers. Dat is ook niet het geval geweest, want je kon het kraantje dichtdraaien en dan was het gestopt. Dus mijn vraag is: in godsnaam, waarom zoveel fuzz over dat tankje gemaakt, alsof dat dan het meest gevaarlijke element in de kerk was? Dat was het natuurlijk absoluut niet. We hebben het interpellatieverzoek gedaan. Daarin hebben we een aantal vragen gesteld. 1Waarom zijn de mensen in de Heilig-Hartkerk niet eerder benaderd? 2. Waarom is het twintig jaar gedoogd? 3. Waarom is de ontruiming twee dagen voor Kerstmis - toch het feest van de vrede - op deze manier uitgevoerd? 4. Waarom zoveel zinloos geweld? 5. Waarom zoveel kunst vernietigd? Gipsen beelden branden niet. 6. Waarom de waterleiding kapotgemaakt? Niet alleen de waterleiding maar ook de brandslang is doorgesneden. Het ging toch tegen brandgevaar? 7. Waarom is de elektriciteitskabel doorgeknipt? Het was gewoon een goed aangelegde kabel die vanuit de pastorie via elektriciteitspijpen naar de kerk toeliep. 8. Hoe moeten de bewoners nu verder? Wij hebben inmiddels met oudjaar een warmtekanon afgeleverd met de nodige apparatuur om dat te kunnen bedienen. Zo had men toch nog enige warmte in een afgesloten ruimte. Het was allemaal toch buitengewoon triest. 9. Wat te doen met de mogelijke schadeclaims? Wij vinden dat deze mensen onnodig schade is berokkend op een manier waar ik eigenlijk geen woorden voor heb. En, nogmaals, we komen er in tweede instantie op terug. De VOORZITTER Dank u wel, mijnheer Boer. Ik geef het woord aan de heer Van Yperen van Breda '97. De heer VAN YPEREN Mijnheer de voorzitter, dames en heren. Wat de positie is van Breda '97 als medeondertekenaar van dit interpellatieverzoek wil ik u duidelijk maken. Deze kan mogelijk afwijken van de andere indieners. Breda '97 vindt dat een ingreep die zo diep ingrijpt in het leven van mensen en die zoveel verschillende meningen oproept, vraagt om een verantwoording in de gemeenteraad, het platform van de lokale democratie. Daar hoort het op de agenda te staan en daaraan dient hier de nodige aandacht te worden besteed. Dat is ons uitgangspunt, en daar dient de toetsing plaats te vinden van het draagvlak voor deze handelingen. Daarom hebben wij mede deze aanvraag ondertekend. Vanaf het begin heeft Breda '97 mede steun verleend om de Heilig-Hartkerk te behouden voor de gemeenschap. Het feit dat de kerk de status van rijksmonument heeft gekregen, hebben wij toegejuicht. Die hield in dat de Stichting Woonzorg Nederland, de eigenaar van de kerk, en onze gemeente een bepaalde verantwoordelijkheid hebben en dat geldt in feite ook voor de bewoners. Als we de fotoreportages bekijken van de situatie in de kerk, dan strookt die niet met de zorg die ook de bewoners voor dit rijksmonument moeten hebben. We moeten constateren dat het handhavingsbeleid van de gemeente in dezen ook tekort is geschoten. Men heeft jaren gedoogd dat de kerk op die manier gebruikt is. Waarom is door de dienst Bouw- en Woningtoezicht niet, of zo laat, een inspectie uitgevoerd binnen de Heilig-Hartkerk? Het is juist zijn taak gevaarlijke situaties te rapporteren, gevraagd of ongevraagd, over alle panden in de stad en in de dorpen. Het niet signaleren van geconstateerde misstanden gedurende vele jaren kan niet, het hoort zo niet. Zowel voor de veiligheid van de krakers als voor de omwonenden, maar ook voor het monument was het absoluut noodzakelijk geweest. Mijnheer de voorzitter, op 21 december jongstleden hebt u de fractievoorzitters ingelicht over de ontruiming van de Heilig-Hartkerk die op dat moment al begonnen was. U hebt toen aangegeven dat de situatie in de kerk dermate gevaarlijk was dat u als hoeder van de openbare orde en de veiligheid geen andere beslissing kon nemen, omdat bij een eventuele calamiteit noch de bewoners noch de hulpverleners enige kans hadden om het er levend af te brengen. Breda '97 heeft toen aangegeven begrip te hebben voor de maatregelen die u aan het nemen was, want u was er al mee bezig. In dat gesprek heeft u aangegeven dat de brandweer in het verleden de toegang tot het kerkgebouw werd geweigerd. Van de bewoners hebben wij vernomen dat een dergelijk verzoek nooit ontvangen is. Hoe zit dat, mijnheer de voorzitter? Het is toch zo dat u bij een weigering om de brandweer toe te laten bestuursdwang had kunnen toepassen? Waarom is dat niet gebeurd? In maart jongstleden hebt u de kerk bezocht. Had u toen de indruk dat de veiligheidssituatie dusdanig was dat er geen maatregelen getroffen hoefden te worden ten aanzien van de veiligheid? Als u nu uit rapportages opmaakt dat de situatie levensbedreigend was, en u wist dat op 12 december al, waarom hebt u dan pas op 21 december, en de heer Boer wees daar ook op, opdracht gegeven tot de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 4