12 JANUARI 2006
54
werkers is er vooral in de ontwikkeling van de volksvertegenwoordigende taak van de gemeenteraad
heel veel ondernomen, zoals bijvoorbeeld door middel van de wijk- en werkbezoeken van de raads
commissies. Het raadswerk is als gevolg van de dualisering wel duidelijk in gewicht toegenomen, zo
wel wat betreft het belang van de functie als ook wat betreft het tijdsbeslag. De komende tijd zal zeker
nog veel meer van de raadsleden worden gevraagd. Ik doel dan niet op de komende verkiezingsperi
ode, maar op de tijd daarna, op de volgende raadsperiode. Het duale stelsel mag dan inmiddels ge-
implementeerd heten, de ontwikkeling is nog lang niet ten einde. Ik wijs in dit verband op het plan van
aanpak voor de verdere ontwikkeling van de Bredase gemeenteraad in het duale stelsel, zoals dat
onlangs besproken is in de commissie Algemene Zaken, ik meen op 1 november vorig jaar. Er wacht
de nieuwe raad na 7 maart nog een hele opgave. Het is voor politici, die naast het raadlidmaatschap
in veel gevallen ook nog een reguliere baan hebben, een zeer zware belasting. Daarom zal de raad
de ondersteuning door de eigen ambtelijke organisatie van de griffie in de toekomst ook niet kunnen
missen. Te meer omdat uit onderzoeken is gebleken, en ik wijs daarbij met name op het onderzoek
van de Universiteit van Tilburg van vorig jaar, dat de rol van de griffie een wezenlijke succesfactor is
bij het realiseren van het dualisme en het leggen van betere contacten met de burgers. Bovendien is
ook gebleken, de burgemeester sprak daar ook uitgebreid over, dat de griffier en de griffie een rol
spelen bij het voorkómen van conflicten tussen raad en college. Dat is een belangrijke brugfunctie. Ze
maken politieke conflicten soms beheersbaar. Dat is, denk ik, ook de taak van een apparaat dat de
gemeenteraad ondersteunt. Dames en heren, de eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat de raad zeker
geen gemakkelijke werkgever is geweest voor de nu terugtredende griffier. De raad - ik mag dit wel zo
zeggen, lijkt mij - is een veelkoppig monster. Negenendertig raadsleden met ieder een eigen mening
over wat van de griffier mag worden verlangd. Of anders gezegd, met een beeldspraak die de heer
Dubbelman in een ander verband heeft gebruikt, de raad bestaat louter uit generaals en kolonels. Zij
zouden de griffier moeten aansturen en dan ook nog op een eensgezinde wijze. Dat is vragen om
problemen, lijkt mij. Minder generaals en kolonels in dit verband is geen oplossing, dat is hier geen
optie. Het blijven er uiteraard negenendertig. Voorzitter, ik denk dat we naar een echt structurele op
lossing moeten in de vorm van een raadspresidium. Daarmee bedoel ik, voor de duidelijkheid, ui
teraard een raadspresidium als politiek neutraal instituut. Toen ik hierover in de commissievergadering
Algemene Zaken van 1 november al sprak, wees de heer Schoenmakers naar mijn mening terecht op
de gemiste kans met de in het begin van deze raadsperiode door het fractievoorzittersoverleg inge
stelde begeleidingsgroep griffie. Die was de voorloper, althans die had de voorloper kunnen zijn van
een raadspresidium, en die werd eigenlijk bij onvoldoende vertrouwen bij een aantal fracties toch geen
blijvertje. Helaas, een gemiste kans. Ik kom bij een ander onderwerp. Natuurlijk mag op dit moment
ook niet onvermeld blijven dat zich in de relatie tussen de griffier en individuele raadsleden weieens
spanningen hebben voorgedaan. Lichte spanningen doorgaans, soms wat zwaardere aanvaringen.
Ja, het lijkt mij dat dit nou eenmaal onvermijdelijk is in het politieke bedrijf. Politici dienen ook over een
goed incasseringsvermogen te beschikken, zeker als ze zelf hun mening ook niet onder stoelen of
banken steken. De griffier van haar kant heeft haar vrijheid van meningsuiting soms erg vrijmoedig
gebruikt. Ik zeg niet: liberaal, maar vrijmoedig. Dat is haar niet altijd in dank afgenomen. Er was bij de
griffier zeker geen sprake van risicomijdend gedrag. Dat moet ook heel positief worden gewaardeerd.
Naar mijn mening moet de raad echter ook veel kunnen verdragen, en zeker moet hij kunnen verdra
gen dat zijn hoofdadviseur de raad in voorkomende gevallen als het nodig is ook een spiegel voor
houdt. Dat is wat er gebeurd is in een aantal gevallen. Daar heeft de raad overigens naar mijn mening
ook zelf om gevraagd. De raad wenste in 2002 uitdrukkelijk een griffier die ook ongevraagd advies zou
geven. In de eerste vergadering van deze raad op 14 maart 2002 zei de heer Haarhuis, die een be
langrijke rol heeft gespeeld bij de bemensing van de griffie, heel treffend, ik citeer zijn woorden: 'De
mensen die wij in de griffie moeten benoemen, moeten eigenwijs genoeg zijn om ons actief te bena
deren waar ze dat willen.' Einde citaat. De heer Haarhuis heeft zijn zin gekregen. In het verlengde van
deze opmerking wil ik dan ook stellen dat een goede griffier ook een kritische griffier moet zijn. En,
dames en heren, we hadden in dat opzicht een heel goede griffier. Een griffier die ook buitengewoon
betrokken was bij de stad en bij haar inwoners. Dat de griffier gewaardeerd werd in de stad is wel
gebleken uit de vele reacties van bewoners die, naar ik heb vernomen, de griffie mocht ontvangen na
het bekend worden van haar vertrek als griffier. Ik denk dat de leden van de gemeenteraad die na 7
maart niet terugkeren, mogen hopen dat ze ook zoveel blijken van sympathie mogen ontvangen. Een
gevaarlijke opmerking, mijnheer de voorzitter, maar die moet ook gemaakt kunnen worden, lijkt mij.
Mevrouw de griffier, Annelies. Je hebt heel veel tijd en energie in deze raad gestoken. Die energie
was, zo lazen we in de krant, op een mooie zomerdag halverwege augustus plotseling op. Voor jou en
je medewerkers zijn de afgelopen vier jaar zonder twijfel bijzonder zwaar geweest. Maar het waren
ook vruchtbare jaren. Er is met jullie hulp heel veel bereikt. Het was pionierswerk. Dat betekent zoveel
als tropenjaren. Er is nog een lange weg te gaan tot de raad werkelijk duaal zal werken en de stad de