16 FEBRUARI 2006
77
schappelijk gebonden eigendom of aan verkoop onder voorwaarden. Dit om de functie van starters-
woningen te kunnen handhaven, dus die blijven opnieuw als starterswoning beschikbaar als de bewo
ners eruit gaan. Hoe kijkt het college tegen een dergelijke constructie aan voor het bouwen van star-
terswoningen? Ulvenhout is aangewezen op inbreiding, want planologisch gezien is uitbreiding niet
mogelijk. Voor starterswoningen komen twee gebieden in aanmerking: het plan Kraayenberg en het
voormalige terrein van Openbare Werken aan de Slotlaan. Het college antwoordt daarop: ja, luister
eens eventjes, dat is wel jammer, maar wij zijn geen eigenaar van de grond. Onze vraag is: bent u
bereid met de eigenaars in contact te treden en te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor deze
terreinen? Een garage in het centrum van Ulvenhout heeft reeds in 2001 aangegeven dat men graag
wil verhuizen en het bedrijf wil verkassen naar de Chaamseweg in de onmiddellijke omgeving van de
plek waar de nieuwe brandweerkazerne komt. Sinds 2001 is men daaraan bezig geweest, en nu lees
ik in het antwoord op mijn vragen dat het nog steeds in de intakefase zit, of dat het mogelijkerwijs
opnieuw in de intakefase zit. Mijnheer de voorzitter, wij begrijpen dat niet goed. De ondernemer wil
graag naar de Chaamseweg verhuizen, dat is een win-winsituatie voor allen die erbij betrokken zijn,
zowel voor het milieu als voor de verkeerssituatie, want in- en uitritten veroorzaken nogal eens ge
vaarlijke situaties, en ook vanwege het feit dat wij vinden dat in het centrum van het dorp geen garage
thuis hoort. Bij de verplaatsing naar de Chaamseweg wil deze ondernemer bovendien naast een mo
torbrandstofverkooppunt ook een vulpuntconcept ontwikkelen voor alternatieve en milieuvriendelijke
brandstoffen en daarmee een opmaat geven voor een fundamentele bijdrage aan een schoner milieu.
Mijn vier volgende vragen zijn: 1. Is het mogelijk om op korte termijn groen licht te geven voor een
verplaatsing? 2. Als het college het verzoek voor verplaatsing naar de Chaamseweg wil honoreren,
wat of wie staat de uitvoering dan in de weg? Wie zijn mogelijke derde partijen die iets blokkeren? 3.
Kunt u een tijdpad aangeven wanneer de besluitvorming kan plaatsvinden? 4. En als dat niet mogelijk
is, welke oplossingen ziet u dan? Ik hoop, voorzitter, dat ik binnen mijn tijd ben gebleven.
De VOORZITTER
Het woord is aan de wethouder.
Wethouder ARBOUW
Voorzitter, twee locaties, Kraayenberg en Van Hooydonk. Bij Kraayenberg is het knelpunt dat er twee
private partijen zijn die er financieel niet helemaal uit komen. Naar mij verteld is, zijn er zelfs ook juridi
sche stappen ondernomen, dus het wordt voor een gemeente wel een beetje lastig om daarin dan een
rol te spelen. Overigens deelt het college natuurlijk volkomen uw analyse ten aanzien van de behoefte
die er in Ulvenhout is, zowel als het gaat om senioren als om starters. U weet dat Ulvenhout bij de
gemeente als het gaat om de vergrijzing een topprioriteit is voor een seniorenbeleid en het Geschikt
wonen voor iedereen. Als het gaat om starters is dat in heel Breda op een aantal locaties zo, en zeker
ook in Ulvenhout is er de behoefte om de jonge mensen ook weer een plek te geven om te kunnen
wonen in hun eigen dorp. Dus over de behoefte en wat er moet gebeuren, zijn we het helemaal eens,
alleen is het de vraag of je op die paar plaatsen die zich in Ulvenhout aandienen meer beweging erin
kunt krijgen. Voor Kraayenberg wordt het, dat heb ik u net verteld, wat lastig. Bij de locatie van Van
Hooydonk is het mogelijk nog wat complexer. Natuurlijk wil ook de gemeente graag aan de verplaat
sing van die garage meewerken. Overigens is de waarde van de huidige locatie wel wat veranderd ten
opzichte van de originele aanvraag, dus er zit daar ook een financieel knelpunt. Maar feitelijk zit het
probleem aan de Chaamseweg. Bij de brandweerkazerne moet ook nog een uitvalsbasis voor ambu
lances komen, zoals u weet. Dat is met name voor Baarle-Nassau van belang, gezien de aanrijdtijden.
Maar het grootste knelpunt zit in de medewerking van de Provincie. We zitten daar namelijk voor een
deel op of tegen de Groene Hoofdstructuur en de Provincie heeft tot nu toe een neen aangegeven ten
aanzien van het mogelijk gebruik van deze locatie. Dat is iets wat nog nader besproken kan worden
met de Provincie, maar of dat snel tot besluitvorming leidt, dat vraag ik mij af. Tot zover, voorzitter.
De VOORZITTER
Ik dank u. Daarmee hebben we de ingekomen stukken en de vragen behandeld.
VII. 1. VERZAMELDE PUNTEN:
A. TOEKENNEN PLANSCHADEVERGOEDING AAN DE HEER A.J. VAN MEER, LIESBOSLAAN 125
TE BREDA.
B. AFWIJZEN PLANSCHADEVERZOEK INGEDIEND NAMENS DE HEER F.J.A. HOEDELMANS,
DIESTSTRAAT 3-3A TE BREDA.