80 16 FEBRUARI 2006 zorg uitgesproken over de kwaliteit van de lucht in Breda. Wij hebben toen een aantal suggesties ge daan die we tot onze vreugde overgenomen zien in het milieuprogramma. Zo lezen we dat er door stromingsmaatregelen voor het verkeer komen, zoals een groene golf. Verder lezen we dat er een schoon gemeentelijk wagenpark komt en zijn wij ook blij met de voorgestelde fietsmaatregelen. Ook het weren van vervuilende vrachtauto's uit de binnenstad is een maatregel waar wij al eerder voor gepleit hebben. Naast deze belangrijke maatregelen zijn er nog twee zaken die genoemd moeten worden als we praten over de luchtkwaliteit. Veel vervuiling komt van zaken waar Breda zelf weinig zeggenschap over heeft, zoals de luchtvervuiling afkomstig uit Antwerpen. In het milieuprogramma lezen we dat er een overleg met Antwerpen gaat komen over dit onderwerp. Wij steunen dat voorne men. Door maatregelen op Europees niveau is een grote slag te slaan. Denk in dit verband aan de verplichting van roetfilters en 'schone' brandstoffen. Een groot deel van de vervuiling in Breda is af komstig van het autoverkeer op de snelwegen. De heer De Craen had het er net ook over. Tijdens de laatste commissievergadering hebben wij daarom ook gepleit om er bij de minister van Verkeer en Waterstaat op aan te dringen de snelheid op de snelwegen rondom Breda te verlagen naar 80 kilome ter per uur. Als we kijken naar de luchtkwaliteit van de woningen dicht op de snelwegen, dan is die verontrustend. In het kader van de volksgezondheid is het een duidelijke zaak dat hier zorg op zijn plaats is. Niet voor niets waarschuwen de deskundigen dat door luchtverontreiniging van onder ande re fijnstof, veroorzaakt onder andere door het autoverkeer, vele duizenden mensen vroegtijdig zullen overlijden. Daarnaast is er door hardrijdend autoverkeer een grote geluidsoverlast en is er meer kans op ernstige ongevallen. Mijnheer de voorzitter, in 2002 is er op de A13 bij Overschie al een maatregel genomen om de maximumsnelheid van 100 naar 80 kilometer terug te brengen. Dit werd bewaakt door trajectcontrole. Uitgebreide monitoring leerde Rijkswaterstaat dat de gevolgen voor de volksge zondheid positief waren. Er waren minder files, er waren minder ongevallen. De doorstroming van het verkeer werd dus beter. Maar belangrijker, ook de luchtkwaliteit was beter geworden. Het fileprobleem nam overigens de eerste maanden wel toe, maar nam na gewenning door het autoverkeer duidelijk af. Deze cijfers waren voor het kabinet de reden om per 1 november 2005 rond de vier grote steden de maximumsnelheid terug te brengen. Mijnheer de voorzitter, begin februari stond in diverse dagbladen het bericht dat uit onderzoek van de Verkeersinformatiedienst (VID) bleek dat het aantal files op vier nieuwe trajecten was toegenomen. Over dit bericht werden vorige week in de Tweede Kamer door de heer Hermans vragen gesteld aan de minister en haar antwoord was helder. Ik citeer: "De door de VID gemeten periode van zes weken acht ik te kort om conclusies te trekken over de effecten op de lucht kwaliteit en de doorstroming. Het weer, de gewenning van de weggebruiker alsook het nog niet volle dig in werking zijn van trajectcontrolesystemen zijn factoren geweest die van invloed zijn geweest op de doorstroming in die periode." Uit de nadere bestudering van die periode bleek overigens ook nog eens dat er op het gehele Nederlandse wegennet een toename van files was te zien van 61 procent. Dit in verband met slechte weersomstandigheden en ongevallen die hiermee verband hielden. Op de 80-kilometerwegen was dat cijfer vergelijkbaar: slechts 67 procent. Uit een nadere bestudering van de filecijfers kan men constateren dat er met name rondom Den Haag problemen zijn. Die zouden ver oorzaakt kunnen worden door het gegeven dat het verkeer minder snel de stad uit kan komen. De cijfers van Utrecht en Rotterdam waren bijvoorbeeld weer veel gunstiger. Voorzitter, ook uit onderzoek van TNO blijkt dat 80 kilometer per uur in combinatie met trajectcontroles niet ten koste hoeft te gaan van de capaciteit van de weg. Er kan bij 80 kilometer per uur evenveel verkeer over een stuk weg als bij 100 of 120 kilometer per uur. Sterker nog: door het gebruik van trajectcontrole gaan bestuurders zich vaak rustiger gedragen in het verkeer. Men rijdt met een vrij constante snelheid en er wordt min der van rijstrook gewisseld. Dat is goed voor de doorstroming, voor de veiligheid en het kan files doen afnemen. Dan hebben we het nog niet gehad over de winst voor de omwonenden, die minder vervuil de lucht hoeven te ademen, en de afname van het verkeerslawaai. Dit alles op een rijtje gezet heb bende, concluderen wij dat het een goede zaak zou zijn als ook op de snelwegen rondom Breda de maximumsnelheid naar 80 kilometer per uur zou gaan. Wij beseffen echter dat niet het college hier over gaat, maar de minister van Verkeer en Waterstaat. In de commissie hebben we hier ook over gesproken. De wethouder gaf aan weinig succes te verwachten van het verzoek, maar zei, na een vraag van mij of een meerderheid in de gemeenteraad niet een steun in de rug zou kunnen zijn voor een dergelijk verzoek, en ik citeer uit het verslag: "Ze hoopt dat de ondersteuning van de raad een positief effect zal hebben op de besluitvorming van de minister, maar acht de kans op succes niet groot." Mijnheer de voorzitter, wij denken daar anders over. Een aangenomen motie zal een duidelijk signaal zijn richting minister en kan de missie van de wethouder in Den Haag ondersteunen. De VOORZITTER Het dictum luidt: "Verzoekt het college om van de minister van Verkeer en Waterstaat te verlangen het nodige te doen om de maximumsnelheid op de snelwegen rondom Breda (de ruit) te verlagen naar 80

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 22