16 FEBRUARI 2006 104 Wethouder ARBOUW In het stuk staat: gelet op het vorenstaande is het dan ook de bedoeling dat aan het verzoek mede werking wordt verleend via een toepassing van artikel 19. Ik had zelf de informatie dat die nog niet gestart was. Maar goed, als dat wel zo is, dan is dat raar, want dan hadden de bewoners op de hoog te moeten zijn en dan is het een punt wat ik meeneem. Als het gaat om de inhoud is er een afweging gemaakt. U heeft na de commissievergadering, omdat u een vraag daarover had gesteld, in een brief van het college nog een toelichting gekregen op wat de afwegingen zijn geweest. Het is de afweging: ga je nou naar die drukke Tramsingel, of ga je voor spreiding van het verkeer? Die afweging is door het college toegelicht. Voorzitter, wat dat betreft kan ik er verder mee akkoord zijn. Als de raad in meerderheid aangeeft dat bij het verder uitwerken van dit plan moet worden gekeken naar de ver- keersoplossing die de heer Stubenitsky voorstelt, dan zal het college dat uiteraard doen. De VOORZITTER Is er nog behoefte aan een tweede termijn? U handhaaft de motie, mijnheer Stubenitsky? De heer STUBENITSKY Ik handhaaf de motie, maar ik wil er wel bij zeggen dat, als de wethouder met een beter plan komt - ik zou niet weten hoe - hij daarmee altijd welkom is in de commissie. De VOORZITTER Mevrouw Van Hasselt, VVD. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Voorzitter, in deze motie wordt één andere optie aangekaart, en dat vind ik een beetje moeilijk. Ik vind het wel goed, als de bewoners toch veel problemen hebben met deze ontsluiting, dat we de wethou der vragen naar een andere ontsluiting te kijken of in ieder geval samen met de bewoners te kijken of er een betere ontsluiting mogelijk is. Maar deze motie beperkt zich maar tot één andere optie en dat vind ik dus een beetje moeilijk. BESLUITVORMING OVER DE MOTIE (4), ingediend door de fracties van Leefbaar-Breda/De Parel van het Zuiden, CDA, PvdA en D66, waarin het college wordt verzocht de ontsluiting van de woningen op het binnenterrein van locatie Tramsingel 88 te laten lopen via de Kastanjestraat. De VOORZITTER Goed, andere leden nog? Dan is aan de orde de motie. Wie is voor de motie? De motie is unaniem aangenomen. De motie (4) wordt aangenomen. BESLUITVORMING OVER HET VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. De VOORZITTER Er is een interpellatie aangevraagd door LeefbaarAan de orde is eerst het voorstel. Uiteraard bent u voor het voorstel. Akkoord met het voorstel van burgemeester en wethouders. 4. INTERPELLATIE OP VERZOEK VAN DE FRACTIE VAN LEEFBAAR-BREDA/DE PAREL VAN HET ZUIDEN BETREFFENDE ARCHEOLOGISCHE VONDSTEN OP HET BEYERD-TERREIN. De VOORZITTER Aan de orde is de interpellatie, aangevraagd door de heer Boer namens Leefbaar-Breda. De procedu re is als volgt. Eerst de heer Boer, daarna, zo nodig, wanneer er behoefte aan is, aanvullende vragen van andere raadsleden. Vervolgens antwoordt het college, en ten slotte mogelijk nog de interpellant. Ga uw gang. De heer BOER Sorry, mijnheer de voorzitter, ik had een paar moties bij dit onderwerp, maar die heb ik pas nadat ik toestemming kreeg om het interpellatiedebat te houden, laten vermenigvuldigen. Anders zou het niet nodig zijn geweest. Ik zal het ook erg kort maken, want het is erg laat. Bij mijn aanvraag voor het in-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 46