De heer BOER Mijnheer de voorzitter, ook nog 1 JUNI 2006 171 Wethouder OOMEN Dus wat dat betreft heeft u gelijk, mijnheer Boer. Ik heb me nu wat zorgvuldiger uitgedrukt. De heer BOER Maar ik heb die vraag niet gesteld. Ik wil nu een vraag stellen, want u bent niet ingegaan op ons ver haal over initiatieven. Wij denken dat zich bij de gemeente wel degelijk initiatieven hebben aangediend en dat op basis daarvan dit plan is ontwikkeld, omdat het zo specifiek is aangegeven. Wethouder OOMEN U maakt ook al langer deel uit van deze raad van Breda en u weet dat dit gebied al sinds 1997 is ont wikkeld. Toen zijn hier al plannen gemaakt en is er gesproken met mensen in de omgeving, ook met mensen die daar iets wilden ontplooien. Dus dat loopt al heel lang. Het is een plan dat in de vorige eeuw in discussie kwam. Zo is het, mijnheer Boer, dat kunt u niet ontkennen. Het wordt nu ter vaststel ling aangeboden. Ik denk, zoals het plan er nu uit ziet, met alle waarborgen, dat hier een goed even wicht is gevonden tussen de belangen van de natuur en de mogelijkheden om enige lintbebouwing toe te staan. En, waar u als raad ook terecht enige zorgen bij heeft, mocht het komen tot een wijzigings bevoegdheid, dan bespreken we dat samen. Dan heeft u, denk ik, toch wel de optimale garantie. Al thans, ik kan u niet meer bieden. De VOORZITTER De tweede termijn. Wie van u heeft behoefte aan een tweede termijn? Het woord is aan mevrouw Haagh, Partij van de Arbeid. TWEEDE TERMIJN Mevrouw HAAGH-REIJNE Dank u wel, voorzitter. Ik kan heel kort zijn. We zijn erg tevreden met de antwoorden die wij net heb ben gekregen van wethouder Oomen. De revitalisering die in volle gang is, was voor ons ook nieuw. Met de toezegging dat er wat strikter gekeken wordt naar de handhaving van het bedrijventerrein kun nen wij instemmen. De motie lijkt ons niet meer van toepassing. Ook de toezegging van het bespreken in de commissie Bouwen en Wonen van eventuele bouwplannen is voor de PvdA voldoende op dit moment. De VOORZITTER Dank u zeer, mevrouw. Het woord is aan de heer Hendrickx namens het CDA. Ga uw gang. De heer HENDRICKX Voorzitter, ik wil me hierbij aansluiten. Ook wij zijn gecharmeerd van het antwoord van wethouder Oomen en wij verklaren dan ook dat wij de motie en het amendement niet zullen steunen. De VOORZITTER Ik dank u zeer. Het woord is aan mevrouw Van Hasselt, VVD. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Voorzitter, ik wil de wethouder danken voor de beantwoording, maar ook voor de toezegging dat de wijzigingsbevoegdheid wordt besproken in de commissie Bouwen en Wonen. Dat is prima. Iets is mij toch een beetje onduidelijk. Ik dacht in eerste instant,e dat de wethouder de motie ging overnemen, maar dat blijkt toch niet helemaal zo te zijn. In ieder geval steunen wij de motie, ook al omdat wij graag een onderzoekje willen, zoals ik dat hier uit de motie begrijp, naar de mogelijkheid om het hele bedrij venterrein te revitaliseren, en niet alleen het gedeelte wat de gemeente betreft. Er zijn meerdere be drijven aanwezig op dat terrein. Dus voor de zekerheid steunen wij in ieder geval de motie. Met be trekking tot het amendement wil ik opmerken dat u in eerste termijn heeft kunnen opmerken dat wij er voorstander van zijn om een beperkte bebouwing toe te staan in het gebied en daarom lijkt het ons beter om dit meteen op te nemen in het bestemmingsplan. Dat is niet alleen duidelijk maar ook minder omslachtig, omdat je dan later geen artikel 19-procedure hoeft te voeren, zoals D66 voorstelt in het amendement. De wethouder heeft ook al aangegeven een beetje vaart te willen zetten achter even tuele bouwplannen. Dus vandaar dat wij het amendement niet zullen steunen. Mevrouw HAAGH-REIJNE

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 17