20 JUNI 2006 217 de jeugdwerkloosheid, schooluitval en andere zaken. De gemeenten kunnen vanuit het Rijk een forse impuls krijgen, als ze er zelf ook geld bij leggen. Met deze impuls zouden we zomaar het budget kun nen verdubbelen, als we met een goed plan naar het Rijk toe gaan. Voor ons als gemeente Breda zou dat in concreto betekenen dat we daarvoor gelden van het fonds Wonen of het fonds Maatschappelij ke Ontwikkeling kunnen gebruiken. D66 hoopt hierbij ook steun te vinden van PvdA en VVD, want beide Kamerfracties waren laaiend enthousiast over dit plan. Wij zijn blij met het feit dat het college in gesprek is met het Stedelijk Woonconsumenten Overleg. We zullen de voortgang hiervan op de voet volgen, want juist nu er veel staat te gebeuren op het gebied van woningbouw in de stad, is een der gelijk overleg volgens ons onontbeerlijk. D66 vindt de herstructurering van bedrijventerreinen een goed punt. Wij kijken uit naar de discussie waarin we als raad praten over het actieplan economische impulsnota. D66 zal deze discussie in ieder geval ambitieus ingaan. Voor wat betreft de wijkregis- seurs. Een goede stap voorwaarts is dat er twee wijkregisseurs komen. Maar waarom reikt de ambitie niet verder? D66 wil graag meer wijkregisseurs. De evaluatie van de veiligheidsregisseur is positief en bovendien hebben we hier te maken met een lokaal beleid en niet met een landelijk. Met wijkgericht werken is in het verleden ook al positieve ervaring opgedaan in deze stad. En, tot slot, wil D66 dat we als raad werk maken van de door ons allen geconstateerde gebrekkige communicatie. Gelukkig heb ben andere fracties dat ook al geconstateerd en hiervoor moeten we dus niet alleen naar het college kijken, want wij roepen tenslotte geen ambtenaren ter verantwoording, maar we moeten onszelf diep in de ogen kijken en het heft in eigen hand nemen, D66 stelt ook voor om de nota communicatie De regels van het spel, die nog stamt van vóór het dualistische tijdperk, te herzien. We moeten ons hier als raad sterk voor maken. Uiteraard zijn wij tot slot van mening dat de Nieuwe Mark een stromende rivier moet worden. De VOORZITTER Dank u zeer. Het woord is aan de heer Boer, fractievoorzitter Leefbaar-Breda. Ga uw gang. De heer BOER Dank u, mijnheer de voorzitter. Beste aanwezigen en beste kijkers. Eerst wat algemene opmerkingen vooraf. Bij dezen herhalen wij onze opmerking bij de Kadernota 2006, dat wij het niet eens zijn met de schriftelijke afhandeling en de spreektijd in de eerste termijn. De behandeling van de kadernota is immers hét jaarlijkse politieke hoogtepunt van de gemeenteraad en dat zou ook door de burgers en de kiezers dus uitgebreid gevolgd moeten kunnen worden. Zeker de eerste kadernota na de verkiezingen is een belangrijk iets. Nu krijgen de burgers hooguit een verkorte versie van de eerstetermijnreacties en reacties op onbekende bijdragen van de partijen, en daarna de beantwoording van het college daarop. Dat is dus veel meer gericht op de gemeenteraad zelf dan op de burgers. Voor de rest zou den wij erg graag willen dat de bijdragen van de partijen op de website worden gezet. Dan kunnen in ieder geval degenen die een computer hebben, en dat is al gauw zeventig procent van de bevolking, dat nalezen. Ik weet niet of dat nog kan en wanneer dat zou kunnen. Nu een paar opmerkingen over de kadernota zelf. Ten eerste. Voor de komende vier jaar is 35 miljoen euro eenmalig geld ter be schikking gesteld voor allerlei investeringen. Daarvan is door de collegepartijen al 27,5 miljoen vastge legd in het programakkoord. Er blijft dus nog 7,5 miljoen eenmalig geld over. Daarbij is men echter vergeten om 3 miljoen euro vast te leggen voor de verbetering van de dienstverlening, waarover alle partijen het vanavond hebben gehad. Het wordt nog wel uitgewerkt, maar het had in de kadernota moeten worden vastgelegd. Dat moet dus alsnog gebeuren. We weten allemaal hoe op de hoorzitting erop is gereageerd. De naam is al genoemd, de heer Gelens verwoordde dat verreweg het beste. De burger ergert zich het meest aan de slechte bejegening en de dienstverlening. Dat trekt hij zich het meeste aan. Dus wij vinden dat dat geld per se nog moet komen. Ten tweede was er voor 2007 6,5 miljoen euro ter beschikking voor exploitaties en structurele uitgaven. Daarvan is al 6 miljoen door de collegepartijen vastgelegd, dus blijft er nog maar een half miljoen over. Maar ook hier is een belangrijk onderdeel vergeten. Ook de SP heeft dat al in een eerdere commissievergadering gezegd. Als je in vesteert, dan moet je ook meteen vastleggen wat het kost om iets te onderhouden, want anders is het in no time ter ziele en de investering ook, en dat is natuurlijk niet de bedoeling. Ook daar hebben wij straks een motie over. Ten derde, het overschot op de begroting. Elke jaar opnieuw blijkt dat er tiental len miljoenen euro's blijven liggen. In 2004 20 miljoen en in 2005 21 miljoen. Geld dat uitgegeven had moet worden, maar door allerlei omstandigheden op de plank is blijven liggen. Bij de begrotingsbe handeling van 2005 is gezegd dat die 21 miljoen in de kadernota besproken zal worden. Nu blijkt dat het college dat geld laat terugvloeien naar de reserves van de diensten. Het college heeft er amper twee A4'tjes aan besteed om dat vast te leggen. Dat is geen uitleggen, dat is monistisch bepalen. Alsof 21 miljoen euro een vogelpoepje is dat zo verwijderd kan worden. Vroeger was het zo dat het niet bestede geld terugvloeide naar de algemene middelen om opnieuw bepaald te worden door de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 11