20 JUNI 2006
240
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
niet op deze plaats.
De heer BOER
De verwarring was groot nadat u wat gezegd had. De ene dacht dat u dit en de ander dat u dat ge
zegd had, maar nu is het uiteindelijk een beetje duidelijker geworden.
De VOORZITTER
Gaat u verder, mevrouw.
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Ik neem aan dat u het verhaal nu snapt, en
De VOORZITTER
Gaat u verder.
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
...ik wilde even verder gaan met mijn opmerkingen. In het totaal van de kadernota moge het duidelijk
zijn dat ook Breda '97 het accent in déze periode legt op het armoedebeleid en dat wij daarin een
evenwicht vinden ten aanzien van datgene wat in de vorige periodes in gang is gezet. Uiteraard stoelt
het armoedebeleid, zoals ook velen van u stellen, op een economische basis. De indruk die de kader
nota maakt, is bepaald niet dat de economische basis weg zal vallen onder datgene wat we de ko
mende jaren zullen doen. We zijn zeer ingenomen met de motie van de Partij van de Arbeid, die ruim
te wil geven aan de invulling van het fonds Maatschappelijke Ontwikkeling, want ook daar zijn
mogelijkheden om allerlei vormen van economische ontwikkelingen mee te nemen, en we zien uit
naar die discussie daarover. Daar wilde ik het bij laten, voorzitter.
De VOORZITTER
Dank u zeer, mevrouw. Het woord is aan de heer Akinci namens GroenLinks.
De heer AKINCI
Voorzitter, over de moties en de reacties daarop spreken we donderdag, dus ik zal daar niet al te lang
op ingaan, alhoewel ik me misschien een enkele keer niet helemaal zal kunnen inhouden. Het is voor-
ai de bedoeling om even op elkaar te reageren. Dat is politiek. De eerste termijn, tweede termijn, en
daar horen allemaal bepaalde dansjes bij van wanneer je wat tegen wie zegt. Laat ik voor de verande
ring, want dat hebben we als GroenLinks al een aantal jaren achter elkaar niet meer gedaan, weer
eens een keer beginnen met de grootste partij, de PvdA. U heeft een opmerking gemaakt over onder
houd stadsbeheer, met name wanneer komt wat aan de beurt. Ook wij hebben deze opmerking in
onze schriftelijke eerste termijn gemaakt. Bij dezen zouden wij met klem aan de wethouder willen vra
gen, niet in de vorm van een motie maar in de vorm van een verzoek, om ons binnen zo kort mogelijke
termijn inzage te geven in een print-out. Al die zaken zoals afschrijving van lantaarnpalen, de verslij-
tingstermijn van stoeptegels en dat soort dingen, zitten allemaal in een computermodel. Volgens mij is
het een kwestie van één keer op print screen drukken en je hebt een antwoord. Dat maakt het voor
ons namelijk zo makkelijk, want dan kunnen wij de dorps- en wijkraden die terecht vragen wanneer zij
nou eens een keer aan de beurt komen, een antwoord geven: 'O, ja, officieel zijn die stoeptegels in
2011 versleten.' Het kan weieens zijn dat ze eigenlijk al versleten zijn, maar dan weten we dat ze bij
voorbeeld twee jaar eerder vervangen moeten worden. Dan kunnen we als raad ook een politieke
prioritering daaraan geven. We kunnen desnoods zelf ter plekke naar die stoeptegels gaan kijken.
Dan hoeft niemand het tijdens de kadernotabehandeling over stoeptegels te hebben, want daar heb ik
geen zin in. Dus
De heer ARBOUW
Maar, mijnheer Akinci, het gaat toch niet alleen maar om planning? Ik bedoel, als je de signalen hoort
van de wijk- en dorpsraden, dan gaat het toch om veel meer dan dat? Het gaat ook om een geluid
kwijt te kunnen omdat er iets niet deugt, zodat dat ook snel wordt opgepakt. Het gaat om een aan
spreekpunt in de wijk. Het gaat om het efficiënt en effectief inzetten van de mensen die daarmee aan
het werk zijn. Daar kan best een aantal slagen gemaakt worden. Het gaat toch niet alleen maar om de
planning?
