20 JUNI 2006
241
De heer AKINCI
Dat ben ik helemaal met u eens, maar het probleem dat ik nu als volksvertegenwoordiger heb - en
volgens mij is dat bij u niet zo heel erg veel anders, tenzij u die planningen uit de periode dat u wet
houder was allemaal nog thuis in de kast hebt liggen - is dat, op het moment dat iemand naar mij
komt en vraagt: wanneer komen wij nou eens een keer aan de beurt, ik geen flauw idee heb hoe het
onderhoudsprogramma voor de herfst van 2007 of voor de lente van 2008 eruit ziet. Misschien staat
het wel bijna op de rol om onderhouden te worden, en kan ik zeggen: maak u geen zorgen, u komt
aan de beurt. Misschien zit er wel tien jaar tussen. Op het moment dat wij dat niet weten, maar tegelij
kertijd weten dat die informatie er wel is, zou ik zeggen: maak die dan inzichtelijk.
De heer ARBOUW
Dat ben ik wel met u eens, maar u dient geen motie in, u dient geen amendement in, u doet een ver
zoek. Pak dan die andere dingen ook even mee, dan zijn we echt goed bezig.
De heer AKINCI
Ik weet niet precies wat u met die andere dingen bedoelt in dit geval, maar
De heer ARBOUW
Dat heb ik in mijn bijdrage duidelijk op papier gezet en zojuist met name genoemd, namelijk dat je de
manier waarop je aan het werk bent in straten, wijken en buurten moet veranderen, dat je dus een
aanspreekpunt voor die mensen hebt waar ze hun verhaal kwijt kunnen en er snel en adequaat op
gereageerd wordt.
De heer AKINCI
Ik kan niet anders dan het daarover met u eens zijn, dus
De heer BOER
Het is toch niet alleen een kwestie van communiceren, het is vooral een kwestie van geld. Als er geen
geld is, dan gebeurt er niks. Straks kunt u met de dorps- en wijkbewoners communiceren: over vijftien
jaar bent u aan de beurt. Nou, daar zijn ze dan ontzettend blij mee.
De heer AKINCI
Vijftien jaar is wel erg lang. Maar de uitkomst kan ook zijn dat men over een jaar aan de beurt is. Ik ga
er verder niet met u over in discussie
De heer BOETR
Maar het gaat dan toch om geld?
De heer AKINCI
Je moet drie dingen hebben. 1inzicht,
De VOORZITTER
Ik stel voor dat de heer Akinci verder gaat.
De heer AKINCI
1. inzicht, 2. geld, 3. prioritering. Maar dat inzicht moet er dan wel zijn. Ik blijf even bij u, mijnheer Ar-
bouw. U zegt dat het weerstandsvermogen van de gemeente ternauwernood voldoende is. Aan wie
hebben we dat te danken, en in welk college zat u in de vorige periode? U zegt dat
De heer ARBOUW
Dat vind ik een mooi punt, mijnheer Akinci, maar over het coalitieakkoord in de vorige periode hebben
wij als VVD, en dat is ook dualisme, destijds toch wel een aantal opmerkingen gemaakt betreffende
het veel te strak reguleren van de centen en dat er, als de economie naar beneden zou gaan, geen
andere keuze gemaakt kon worden. We hebben in die tijd zelfs om een vorm van prioriteitendiscussie
gevraagd. De raad zei hierover dat niet te zullen gaan doen, maar wij hebben er altijd voor gepleit. De
VVD heeft gezegd, ook in de verkiezingscampagne, dat het fout was geweest om het destijds zo
klemvast in een programakkoord te zetten. Dus ook wij zijn voor een programakkoord op hoofdlijnen.
Dat wil zeggen dat wij ervoor pleiten dat we, op het moment dat we dan de gelegenheid hebben om
die keuzes te maken in wat je vast zet en wat niet, vooral nü moeten kijken naar de financiële basis.