29 JUNI 2006
313
Wethouder OOMEN
Voorzitter, ik moet u zeggen: als dat de interpretatie van de heer Arbouw is, dan weet ik niet of wij op
één lijn zitten.
De VOORZITTER
Het vragenuur is hiermee voldoende behandeld. Aan de orde zijn de notulen van de raad van de ge
meente Breda van 1 juni 2006.
De heer LIPS
Voorzitter, u vergeet de CDA-vragen over stadsverwarming. Sorry, dat is bij punt 6.
De VOORZITTER
Dat is bij de ingekomen stukken, mijnheer Lips. Uw fractie had dat zo helder verwoord, dus dat is bij
de ingekomen stukken.
V. VASTSTELLEN VAN DE NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD VAN DE GEMEEN
TE BREDA DE DATO 1 JUNI 2006.
De VOORZITTER
Aan de orde zijn de notulen. Er zijn geen tekstaanpassingen ontvangen en daarmee zijn de notulen
vastgesteld.
Akkoord met de notulen van de vergadering van de raad van de gemeente Breda van 1 juni 2006.
VI. INGEKOMEN STUKKEN.
Bij de raad ingekomen stukken worden apart vermeld op een bij deze agenda behorende bijlage. Bij
ieder stuk wordt een procedureel voorstel gedaan over de wijze waarop het moet worden afgehan
deld.
De VOORZITTER
Aan de orde zijn de ingekomen stukken. Er zijn aanvullende vragen gesteld naar aanleiding van artikel
41-vragen over de stadsverwarming door de heer Ügerler en de heer Jackson. Het woord is aan de
heer Ügerler van de CDA-fractie.
De heer JACKSON
Mijnheer de voorzitter, wij hebben deze vragen gezamenlijk gesteld en hebben ook gezamenlijk het
verzoek gedaan om aanvullende vragen. De heer Ügerler heeft ervoor gekozen om een korte inleiding
te geven en ik stel de concrete vragen straks.
De VOORZITTER
Ga uw gang, mijnheer Ügerler.
De heer ÜQERLER
Voorzitter, in een krantenartikel in BN/DeStem van 22 april over twee landelijke onderzoeken stond
dat gebruikers van stadsverwarming per jaar honderden euro's duurder uit zijn in vergelijking met ge
bruikers van gas. Naar aanleiding daarvan hebben de fracties van het CDA en de PvdA het college
een zestal vragen gesteld. Op vier vragen heeft het college instemmend antwoord gegeven. Twee
antwoorden hebben bij ons aanvullende vragen opgeroepen en die vragen gaat de heer Jackson zo
dadelijk aan het college stellen. Waar gaat het om? Ook in Breda zijn er woningen met stadsverwar
ming. We wilden helderheid vragen aan het college of het landelijk onderzoek ook voor Breda gold.
Maar daarop hebben wij geen duidelijk antwoord gekregen en daarover gaan de twee aanvullende
vragen van de heer Jackson.
De VOORZITTER
De heer Jackson.
De heer JACKSON
Dank u wel, mijnheer de voorzitter. Wat de heer Ügerler al aangaf, er staat letterlijk in het antwoord
van het college dat het college beweert dat er een goed beeld is van de kostenontwikkeling tussen de