2 NOVEMBER 2006 488 van woningen van 130 duizend euro. Ik stel voor dat ik in ieder geval kennis zal nemen van de prijs vraag van de gemeente Utrecht. Ik moet u zeggen dat ik de motie op dit ogenblik ontraad, omdat wij bij de woonvisie een aantal zaken aan de orde zullen stellen die verband houden met het kopen van bereikbare woningen, en wij inmiddels al in ons coalitieakkoord voldoende maatregelen hebben ge troffen om dat te doen. Ik waardeer de manier waarop D66 deze motie naar voren heeft gebracht, maar ik wil toch namens het college voorstellen deze motie te ontraden. De heer AUGENBROE Voorzitter, bij interruptie. Over het element prijsvraag heeft u niets gezegd. Wethouder SCHOENMAKERS Jawel, ik heb gezegd dat ik zal uitzoeken op welke gronden en onder welke voorwaarden deze prijs vraag is gehouden. De commissie of de raad zal ik daarvan kennis laten nemen. Dan kunnen we altijd nog kijken of dat een methode is om te gebruiken. De VOORZITTER De indiener van de motie, mevrouw Boelema. Mevrouw BOELEMA Dank u. Zoals u ziet onder beslispunt 2 willen wij als criterium bij de beoordeling van de voorstellen de kwaliteitsverhouding betrekken, want natuurlijk vinden wij ook dat de kwaliteit van die woningen goed moet zijn. We handhaven de motie, want wij denken dat het ook gewoon een schot voor de boeg kan zijn voor de woonvisie. Wethouder SCHOENMAKERS Ik begrijp best dat u deze stellingname inneemt. Ik heb al een aantal studies verricht naar betaalbare woningbouw, en ik ben daar op dit moment nog mee bezig. Ik heb zelfs woningen gezien van 122 duizend euro. Je kunt je daarbij vragen stellen over de kwaliteitsverhouding. In deze raad is ook meerdere malen aangedragen, en ik dacht ook door uw fractie toen we spraken over betaalbare wo ningen in Daalakker, dat de kwaliteit heel erg bepalend is. Wij vragen ons af op welke manier we daarmee moeten omgaan. In de woonvisie komen we erop terug. De VOORZITTER Waarvan akte. Dan is aan de orde motie 10 van Leefbaar-Breda over de vergaderduur. Uw voorzitter kan u daarover geen raad geven. U weet het, Willem van Oranje heeft ooit gezegd: 'Goede raad is niet te koop.' U gaat daar als raad zelf over. Dan kom ik bij het waterverbruik, motie 11. Wethouder Snier. Wethouder SNIER Dank u wel, voorzitter. Het college ontraadt de motie, omdat de motie er ten onrechte van uitgaat dat de variabele kosten het belangrijkste deel van het tarief voor het rioolrecht bepalen. Dat zijn de vaste kosten. Het zijn met name de kosten van aanleg en onderhoud van de riolering die de kosten bepalen, niet de variabele kosten, namelijk het aantal kubieke meters water dat er afgevoerd wordt. Vandaar dat we een vrij ongedifferentieerd tarief hebben en weinig verschil maken tussen de verbruikers. Dat is op basis van die vastelasten-redenering ook terecht. Als we meer differentiatie zouden moeten aan brengen, zou dat overigens wel betekenen dat de administratieve lasten die wij hebben natuurlijk zou den gaan stijgen. De totale kosten zouden dus hoger worden. De VOORZITTER Aan De heer AKINCI Voorzitter, een aanvullende vraag. Is er enige inschatting te geven over de hoeveelheid kostenstijging waarmee je dan te maken zou hebben? Ik bedoel: is dat ettelijke procenten, of loopt dat heel hoog op? De VOORZITTER Even de heer Boer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 72