497
2 NOVEMBER 2006
naar. Zij kon niet helder aangeven wat exact dat dan is. Sterker nog, ze liet ook zelfs nog de mogelijk
heid open dat het geen sportfaciliteit was. Onze fractie vindt het erg belangrijk dat we eerst een goede
discussie hebben over wat het dan is, en dat we dan pas het geld ervoor uittrekken.
De VOORZITTER
Mevrouw Boelema, D66.
Mevrouw BOELEMA
Dank u. Ik sluit me volledig aan bij de woorden van de heer Arbouw. Misschien hebben wij nog wel
een andere financiële dekking: het fonds Maatschappelijke Ontwikkeling.
De VOORZITTER
Goed. Op zich is dat nu natuurlijk niet aan de orde. We gaan over tot stemming. Wie is voor het
amendement? Wie is tegen het amendement? De vertegenwoordigers van de VVD en D66. Het
amendement is aangenomen.
Het amendement (6) wordt aangenomen. Tegengestemd hebben de fracties van VVD en D66.
5.3 BESLUITVORMING OVER VERORDENINGEN:
A. VASTSTELLEN VERORDENING AFVALSTOFFENHEFFING EN REINIGINGSRECHTEN BREDA
2007
B. VASTSTELLEN VERORDENING RIOOLRECHTEN BREDA 2007
C. VASTSTELLEN LEGESVERORDENING BREDA 2007
D. VASTSTELLEN VERORDENING PRECARIOBELASTING BREDA 2007
E. VASTSTELLEN VERORDENING HONDENBELASTING BREDA 2007
F. VASTSTELLEN VERORDENING HAVENGELDEN BREDA 2007
G. VASTSTELLEN VERORDENING MARKTGELDEN BREDA 2007
H. VASTSTELLEN VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING PARKEERBELAS
TINGEN BREDA 2000
I. VASTSTELLEN VERORDENING LIJKBEZORGINGSRECHTEN BREDA 2007
J. VASTSTELLEN VERORDENING STAANGELD BREDA 2007.
De VOORZITTER
Wij komen nu bij de besluitvorming over de verordeningen. Ik wil dat doen door u eerst te vragen wie
tegen is. Dat moet als eerste komen, omdat dat mogelijk toch ook een zekere betekenis heeft.
A. VASTSTELLEN VERORDENING AFVALSTOFFENHEFFING EN REINIGINGSRECHTEN BRE
DA 2007
De VOORZITTER
Aan de orde is: vaststellen Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Breda 2007. Is er
behoefte aan het afleggen van een stemverklaring? De heer Vergroesen, de heer Arbouw en de heer
Boer. Ik begin bij de heer Vergroesen.
De heer VERGROESEN
Dank u, voorzitter. Het gaat over de punten A. tot en met J. Ik zal met punt A. beginnen. In ons eerste
betoog hebben wij gesteld hoe de SP vindt dat