14 DECEMBER 2006 520 men vertellen, is dat wij u komen informeren. Wij komen u informeren hoe wij tegen de problematiek aankijken, dat wij de problematiek serieus nemen. Wij komen u vertellen hoe wij denken de verkeers problematiek op te lossen, zowel op de Oosterhoutseweg als op de A27. Wij komen u vertellen in welke volgorde wij de bestemmingsplannen willen aanpakken, met het tempo en de daarbijbehorende plannen op de Oosterhoutseweg. Maar wat u uiteindelijk met deze informatie doet, dat is aan u. Ik heb letterlijk gezegd: ik kan u de waarheid vertellen, maar het geloof kan ik u niet geven. Dat kan, zo mag u het interpreteren, ook weieens een pluspunt zijn in heel moeilijke dossiers. Voorzitter, waar het om gaat bij dat wat daar is uitgesproken, is dat je dat vertrouwen ook moet vasthouden. Daar zullen we hard aan moeten werken. Ik heb ook begrip voor de mensen uit Teteringen die zien gebeuren dat in het dorp Teteringen, de voormalige randgemeente, ruim 2700 woningen worden gebouwd en dat de sociale infrastructuur verandert. Alles verandert. Natuurlijk heb ik daar begrip voor. Maar de gemeen telijke herindeling van 1 januari 1997 vond ook plaats om Breda ruimte te geven om te bouwen. Dat is het uitgangspunt dat ik al een aantal keren hier naar voren heb gebracht. Een aantal leden van uw raad zegt inzicht te willen hebben in de financiën en het op het juiste moment uitvoeren van de plan nen die betrekking hebben op het verkeer. Daarover wil ik een paar opmerkingen maken. Ten eerste is het zo dat in de MER-notitie duidelijk is aangegeven dat de verkeersproblematiek moet worden opgelost. Met andere woorden: daar hebben we met zijn allen mee ingestemd. Dat betekent dat die tunnel er hoe dan ook komt. Het tweede gedeelte van de Oosterhoutseweg gaan we natuurlijk ook reconstrueren. Dinsdag spreekt het college over de projectdefinitie, die al aangeeft hoe wij denken met de tunnel om te gaan, hoe we die in de markt willen zetten, en noem maar op. Wij geven daaraan de hoogste prioriteit. Waarom? Om, en dat is precies waar u naar vraagt, op het moment dat de wo ningen worden opgeleverd daarop te kunnen aansluiten met de verkeersproblematiek. Wat ik hier namens het college verkondig, is natuurlijk een stevig standpunt, maar het is wel datgene wat wij aan de mensen in Teteringen hebben beloofd. Dat hebben we beloofd en dat gaan we ook doen. Over de financiën die ermee gemoeid zijn, zal in het college, ook met de wethouder Financiën, een verder gesprek worden gevoerd, maar zoals ik dat zie, hoeft het niet in één jaar opgelost te worden. We kun nen daar een aantal jaren over doen, want wat de problematiek van de aanleg van het tweede gedeel te en van de tunnel betreft, gaat er nog een aantal jaren overheen. Bovendien De heer BOER Mijnheer de voorzitter, als ik toch even mag? Heel kort. De belofte aan de bewoners was dat dit zou worden opgelost vóórdat er gebouwd werd, en niet tien jaar nadat ze er wonen. Wethouder OOMEN Mijnheer Boer, u kijkt graag tien jaar terug en dan verschil ik met u twintig jaar, want ik kijk tien jaar vooruit. Dat is het enige wat ik moet constateren. De heer BOER Bent u dan ouder of jonger? Wethouder OOMEN Het is maar net welk teken je ervoor zet en waar je begint te tellen. Mijnheer de voorzitter, wat betreft datgene wat ik gezegd heb over de financiën is het ook nog zo dat die problematiek elk jaar weer bij de kadernota en de begroting aan de orde komt. U heeft als raad ook zelf in de hand hoe u daarmee omgaat. Alleen, wij als college zullen moeten laten zien en ervoor moeten zorgen dat we de plannen op tijd klaar hebben, en die garantie spreken we hier uit. Door mevrouw Van Hasselt is gevraagd of we nog een keer in Teteringen kunnen gaan praten met andere groeperingen dan de dorpsraad. Ik moet u heel eerlijk zeggen dat ik nu het gevoel heb dat we tot het einde zijn gegaan - tot het einde. Alle groeperingen waren aanwezig. Ze hebben allemaal dezelfde informatie gekregen, dezelfde infor matie als de dorpsraad. Er komt een moment dat je moet zeggen: eens houdt het op. En, dames en heren, ik heb het gevoel, ook namens het college, dat we dat punt hebben bereikt. Ik heb namens het college niets nieuws meer te bieden. Ook al ga ik elke dag naar Teteringen, ik heb geen nieuwe in formatie meer. Ik kan niets meer bieden dan datgene wat we toen op die bewuste avond hebben uit gelegd en besproken over hoe we heel de problematiek zullen aanpakken. Wat dat betreft, zie ik dat niet meer als een mogelijkheid om mensen nog op andere ideeën te brengen. Ik betreur het namens het college dat het kennelijk toch nog onvoldoende is geweest. Als je voor jezelf de overtuiging hebt dat je al het mogelijke hebt gedaan, dat je een goed plan neerlegt dat ook juridisch en planologisch goed in elkaar zit, dan kunnen de mensen naar de rechter stappen, maar dan mag je ook enig ver trouwen hebben in datgene watje zelf daar hebt neergelegd. Voorzitter, ik kan het wat dat betreft niet leuker maken. Mevrouw Schokker heeft opmerkingen gemaakt met betrekking tot de plannen daar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2006 | | pagina 18