15 FEBRUARI 2007
19
hun boterham te verdienen. In de stukken die wij van de heer Oomen nageleverd hebben gekregen,
staat in het gesprek met Paul Rüpp heel goed verwoord hoe 'frustreren' moet worden uitgelegd. Daar
kunt u van alles van maken, maar ik denk dat het eigenlijk zo moet zijn: voor Prinsenbeek ligt er een
bestemmingsplan en daarin wordt het mogelijk gemaakt om in dat gebied glastuinbouw te vestigen.
Mevrouw Van Hasselt zei net: grootschalige glastuinbouwbedrijven. Ik denk dat mevrouw Van Hasselt
niet goed weet wat een grootschalig glastuinbouwbedrijf is. Een glastuinbouwbedrijf van twee tot vier
hectare is niet grootschalig. Als we over grootschalig praten, dan praten we over bedrijven van tien tot
twintig hectare. Met de provinciale glastuinbouwnota die inmiddels uit is, hebben we ook te maken en
daar moeten we ook naar kijken. Die visie ligt er ook. Die beperkingen of 'frustraties' met de glastuin
bouw zie ik niet zitten. Het kan iets nader omschreven worden, maar het gebied leent er zich voor, het
gebied is bepaald als zijnde vestigingsgebied glastuinbouw. Maar we zouden hier vanavond spreken
over functieverruiming en niet over glastuinbouw. In de commissie was dat niet anders. Toen is er niet
gesproken over de functieverruiming, maar exact alleen over de glastuinbouw. Blijkbaar is de glas
tuinbouw bij veel mensen een doorn in het oog, terwijl ze niet weten wat de glastuinbouw voor Neder
land betekent. Dat wilde ik hier ook maar even meegeven. De agrarische sector levert altijd nog een
derde van ons nationaal exportproduct aan en is daarmee een heel belangrijke economische tak.
Voorzitter, wij kunnen met het voorgestelde functieverruimingsbeleid heel goed leven en we zijn ook
blij dat het nu eindelijk zo ver is gekomen.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Het woord is aan de heer Gouka, SP.
De heer GOUKA
Dank u, voorzitter. Ik zou eigenlijk even willen terugkomen op wat het CDA heeft gezegd over de glas
tuinbouw. Wat ons betreft, hebben wij daar totaal geen moeite mee, maar ik denk dat het probleem
juist andersom zit, namelijk dat degenen die hun bedrijf willen uitbouwen met datgene waar wij nu mee
bezig zijn, er moeite mee hebben als de glastuinbouw dat tegenhoudt. Dat gezegd hebbend, voorzit
ter, kom ik nu bij de functieverruiming van het buitengebied. Het leek er weer op dat het verkeerd zou
uitpakken. In de commissie zijn er indringende vragen naar wethouder Oomen gegaan voor een ver
dere verruiming, zeg maar, een verruiming op een verruiming. Het siert de wethouder dat hij direct
actie heeft ondernomen richting de Provincie. Met de bijstelling - de mooie bijstelling, mag ik wel zeg
gen - als resultaat. Een kleine kanttekening. De Partij van de Arbeid en de WD hebben gevraagd hoe
het nou precies zit met dat frustreren van de glastuinbouw. Dat zou natuurlijk wel duidelijk gemaakt
moeten worden. Voorzitter, waarom vindt de SP de verruiming zo belangrijk? Allereerst voor de on
dernemers die daarvan gebruik kunnen en moeten maken. Zij moeten er op de een of andere manier
hun boterham verdienen. Het kan zelfs gaan over het voortbestaan van het bedrijf. En, laten we eerlijk
zijn, als zo'n bedrijf weggaat, dan is dat een totale verarming, ook voor de stad. Maar die verruiming
biedt ook volop kansen voor de natuur en de landschappelijke kwaliteit. Ja, zelfs meer mogelijkheden
voor woondoeleinden. Ook daar zijn wij toch wel voor. In de commissie noemden we dat: dorps wonen
met stedelijke allure. Voorzitter, wat de SP betreft, is deze uitbreiding meer een beginstand dan een
eindfase. Een verdere uitbreiding lijkt ons welkom, zodat nog meer bedrijven ook daarvoor in aanmer
king zouden kunnen komen. We vragen het college dan ook of er binnen afzienbare tijd nog een ver
dere uitbreiding van de functieverruiming in het buitengebied te verwachten is, en zo ja, wanneer, en
zo neen, waarom niet? In de commissie heeft de SP de voordelen genoemd en stilgestaan bij de na
delen. We gaan dat uiteraard niet herhalen. Dat zou dubbel zijn. Waar wij wel op willen wijzen, is: hoe
ga je er in de praktijk mee om? Een voorbeeld hoe het niet moet, is, de naam is al meer genoemd, de
familie Mathijssen. De mentaliteit zou zo moeten zijn dat nieuwe ontwikkelingen alle kansen moeten
en kunnen krijgen. Voorzitter, ik wacht met belangstelling op het antwoord op onze vraag of er nog
een verdere uitbreiding in de functieverruimingsgebieden rondom Breda te verwachten is.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Het woord is aan de heer Van Yperen, Breda '97.
De heer VAN YPEREN
Mijnheer de voorzitter, Breda, maar ook de voormalige randgemeentes zijn buitengewoon zorgvuldig
omgegaan met het buitengebied. Veranderingen werden haast niet toegestaan. Alleen wanneer het
ten dienste was van de agrariër, dan was er wat mogelijk, maar daarmee was het ook afgelopen. Het
was ook de agrariër die de beheerstaak op zich nam. De heer Hendrickx heeft daar in de commissie
vergadering ook nog eens op gewezen. Dat het buitengebied vandaag de dag zo goed is, hebben we
te danken aan het beheer van de agrariër. Ook nu wees hij er weer op. Het buitengebied is ook dank-