15 MAART 2007
52
De heer AUGENBROE
Mijnheer Vergroesen, misschien kunt u een top drie maken. Laten we dat dan eens vragen. Maakt u
nou eens uw top drie. U hebt een heel lange lijst.
Mevrouw BOELEMA
Dan zou ik die top drie van het CDA ook graag willen weten, mijnheer Augenbroe.
De heer LIPS
Er komt nog
De heer AUGENBROE
Dat mag niet in het debat. Helaas, mevrouw Boelema.
De heer LIPS
een tweede termijn.
De heer BOER
Begin maar bij een top een. Dat is ook goed.
De VOORZITTER
Goed, ik stel vast dat we dit voldoende gewisseld hebben.
De heer VERGROESEN
Ik zou daarop nog even antwoord willen geven, voorzitter.
De VOORZITTER
Een slotantwoord, mijnheer Vergroesen.
De heer VERGROESEN
U vraagt weliswaar om een top drie. Als u de uitnodiging van vanavond had gelezen, is een van de
doelen van deze avond: kijken waar een meerderheid in de raad voor is.
De VOORZITTER
Het woord is aan de heer Akinci, GroenLinks. Sorry, het woord is aan mevrouw Vossenaar, Breda '97.
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Ik had ook graag eerst de heer Akinci gehoord. Daar doen wij helemaal niet moeilijk over.
De heer AKINCI
U heeft 19 stemmen meer, dus u mag eerst.
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Voorzitter, Breda '97 wil vanavond eigenlijk wat schoten voor de boeg geven in de vorm van enkele
thema's. Natuurlijk hebben we wel een verlanglijstje. Daar zal ik ook wel het een en ander over zeg
gen. Misschien is het zelfs wel een top drie. Wij hebben geen lange lijst die volledig gekoppeld is aan
datgene wat we mochten horen tijdens de hoorzitting. Daarmee wil ik niet zeggen, ik kom daar nog op
terug, dat dat iets is wat wij naast ons neerleggen. Integendeel. Voorzitter, dames en heren, de richt
lijn is en blijft voor ons het coalitieakkoord. Daarin is een aantal zaken afgesproken en wij vinden dat
men daarmee door moet. Via Breda, tot op zekere hoogte, hoort daarbij. Ik kom daar ook nog even op
terug. Maar daar komt zeker in te pas de ontwikkeling van het sportcentrum, toch een belangrijke zaak
die de komende jaren ook financieel het nodige van ons zal vergen. De voortgang in de ontwikke-
lingswijken, enzovoorts. We willen een accent leggen op een paar zaken die voor onze stad als ge
heel, naar onze opvatting, nu maar zeker in de toekomst van groot belang zijn. Onze primaire zorg is
de verwachte groei van de stad. Wij verwachten een groei tot ongeveer 185 duizend inwoners. Over
de cijfers wordt natuurlijk nog wel wat gekissebist, we hebben dat gisteravond ook gehoord in de be
spreking van de woonvisie, maar Breda zal ongetwijfeld groeien. Bij de berekening is al rekening ge
houden met de conclusies van het rapport van de Universiteit van Maastricht. De krimp die in Brabant
verwacht wordt, lijkt vooralsnog niet zichtbaar te worden. De gezinsverdunning gaat door enzovoorts.
Kortom, de grenzen van ons gebied zijn bepaald, maar al die mensen zullen in de toekomst moeten
wonen en liefst ook werken in deze stad. Daarom willen we even van twee kernpunten, en nog wat