15 MAART 2007
53
andere zaken, spreken: wonen en werken. Het eerste punt, wonen. Vooralsnog hopen we dat Teterin-
gen en Bavel echt als woningbouwlocatie ontwikkeld zullen kunnen worden. Via Breda staat ook op de
rol, maar daar is wonen niet primair. We weten allemaal dat er nog de nodige kinken in de kabel kun
nen komen die een ernstige vertraging kunnen opleveren, met name bij die beide grote locaties, en
zeker bij de tweede die ik noemde. Daarom lijkt het ons nuttig om verder vooruit te denken voor de
periode die daarna komt. Dat lijkt verschrikkelijk ver weg, maar u hebt allemaal de ervaring dat het
ontwikkelen van een woningbouwlocatie soms vijftien tot twintig jaar kost. Breda '97 is niet bij voorbaat
tegenstander van bouwen boven de Bredestraat. Vóór onze aanwezigheid in deze raad zijn daar
weliswaar uitspraken over gedaan en wij begrijpen heel goed dat dat een gevoelig punt is voor een
aantal fracties. We zeggen ook niet zomaar: dat moet maar. Wij zijn wel van mening dat een gedegen
onderzoek naar de mogelijkheden in het licht van de actuele gegevens en de actuele kennis van de
demografische ontwikkelingen een goede zaak zou zijn. Dat kan helderheid bieden. Dat onderzoek
zou ook antwoord moeten geven op de vraag of er eventueel alternatieven zijn. Dan denken wij ui
teraard niet aan de Vuchtpolder, maar ook niet aan het Mastbos of de Grote Markt.
De heer GOUKA
Waar denkt u dan wel aan?
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Ik zeg net, misschien hoort u dat wel, dat er onderzoek zou moeten komen naar alternatieven. Ik denk
nergens aan. Ik wacht het onderzoek af. Ik ben daar zelf ontzettend benieuwd naar. Misschien zijn er
wel geen alternatieven. Ik weet dat niet, ik vul dat niet in op dit moment. We hebben ons bij de kader
nota 2007 ook al in deze zin uitgelaten, al was toen de aanleiding wat anders. We vragen het college
zich in deze richting uit te spreken, en dan heb ik het echt over onderzoek. We sluiten niet uit, dat dan
even ter zijde, dat de gemeentelijke capaciteit op dit moment volledig bezet is en dat er zo mogelijk
geld gevoteerd zal moeten worden voor externe bijstand. Wij denken dat dit tóch belangrijk is en wij
willen graag horen hoe de collega's daar tegenover staan. Werken is een tweede punt. Juist omdat we
zo zuinig zullen moeten zijn met die ruimte - ook het milieu en groenvoorzieningen die ons de recrea
tiemogelijkheden bieden, zullen een rol daarin moeten spelen - lijkt het ons noodzakelijk om nog eens
heel goed te kijken naar de bestaande leegstand op bedrijventerreinen. We weten ook wel dat het
heel kostbaar en ingewikkeld is om bestaande terreinen te herinrichten en nieuwe bedrijven te verlei
den om zich juist daar te vestigen, want het betreft vaak particulier eigendom. Toch vinden we dat het
de moeite waard is om daar nadrukkelijker op in te zetten. Het is ook zo moeilijk uit te leggen aan
inwoners dat nieuwe terreinen worden aangelegd, terwijl oude percelen vaak staan te verloederen.
Die liggen dikwijls bij de kern van de stad en het is, afgezien van het nare beeld, ook een heel onge
wenste situatie. Een ongebruikt bedrijventerrein hoeft overigens niet per se bedrijventerrein te blijven.
Daaraan kan ook een andere invulling worden gegeven. Ik denk bijvoorbeeld aan de ontwikkeling
rondom de brouwerij en rondom de Hero. Daarmee komt dit thema toch al aardig in de buurt van wat
ik onder mijn eerste thema aan de orde stelde. Op andere niveaus is bedrijvenvestiging ook aan de
orde. Wij zien graag een onderzoek naar de reële mogelijkheden tot herhuisvesting naast datgene wat
we al weten over de behoefte, en wat we graag nog helder zouden hebben over de toekomstige nog
te ontwikkelen bedrijventerreinen. We willen het college graag een creatief plan laten maken, want
bedrijven horen ook in onze regio thuis en de werkgelegenheid en de economische spin-off daarvan
kunnen we niet missen. In dat kader past natuurlijk ook datgene wat er gezegd is over de Bavelse
Berg. Ook ons baart het zorgen als we moeten lezen in de krant dat het erop lijkt, ik zeg het voorzich
tig, dat daar toch even heel wat passen op de plaats gemaakt moeten worden. We willen onze eve
nementen niet kwijt, en dat sluit aan bij datgene wat het CDA zei, maar wij zullen daar niet alleen een
goede locatie voor moeten hebben. Ik ben benieuwd of die in 2008 klaar zal zijn. Wij hebben al in een
eerder stadium gevraagd om een overkoepelende evenementennota. Het derde punt, mijnheer de
voorzitter, lijkt meer op het heden dan op de toekomst gericht. In die hoorzitting, waarover u het alle
maal heeft gehad, hebben heel veel wijk- en dorpsraden hun wensen en verwachtingen op tafel ge
legd. Dat zijn een heleboel wensen op fysiek gebied en daarnaast wensen met betrekking tot de
communicatie. Dat laatste kost geen geld, dat is een kwestie van willen en doen. Dat eerste kost wel
geld. We weten nog niet precies hoeveel geld we hebben. Ik hoor allerlei geluiden en ik lees van alles
en nog wat. Een duidelijk beeld over de beschikbare financiële middelen is ons op dit moment nog niet
gegeven. Daarom vraag ik me toch af of het nou niet verstandig zou zijn om, op het moment dat we
dat beeld krijgen, de lijstjes van de verschillende wijk- en dorpsraden nog maar eens naast elkaar te
leggen en dan serieus te kijken: wat is er nu noodzakelijk in de ogen van de raad en welke prioriteiten
stellen we dan? Ik kan me voorstellen dat u zegt: ja, maar wat wil Breda '97 nou, want dit zijn alleen
maar praatjes voor de vaak. Dat zijn het niet, denk ik. Natuurlijk hebben wij dingen waarvan wij zeg-