22 MAART 2007 92 naast een terras niet zo fris en een lawaaierige glasbak misschien ook onwenselijk is. Wij vinden dat er een gelijkwaardige verdeling mogelijk moet zijn. Zoals u bekend is, klagen de bewoners al een hele tijd over de aantasting van de leefbaarheid van hun straat. Deze mag dan net buiten het plangebied vallen dat hier aan de orde is, maar wij vinden het belang van de Adriaan van Bergenstraat groot ge noeg om daar in dit plan ook rekening mee te houden. Wij vragen dan ook aan het college om het voorstel opnieuw te overwegen en zo mogelijk goed aan te passen. Deregulering en buitenruimtever ordening. Het CDA is een groot voorstander van deregulering. Wij hebben er sterk voor gepleit de aanbevelingen uit het SIRA-rapport te volgen en de implementatie in regionaal verband ter hand te nemen. Het stelt ons dan ook teleur dat het college de terrasvergunningen handhaaft tegen de aanbe velingen in van het ministerie van Economische Zaken, MKB-Nederland en de Koninklijke Horeca. Naar onze informatie is het wel degelijk mogelijk in algemene regels het multifunctioneel gebruik van pleinen te regelen. Ook in algemene regels kun je bepalen dat terrassen op bepaalde momenten op aanwijzingen van B en W plaats moeten maken voor een markt, een braderie en dergelijke. In diverse andere plaatsen is dat ook zo geregeld. Wij moeten vaststellen dat het college wel de mond vol heeft van deregulering, maar daar vervolgens niet aan meewerkt als het om de terrasvergunningen gaat. Onze vraag is dan ook waarom het college op dit punt geen eenduidig beleid wil voeren. Tot zover in eerste instantie. De VOORZITTER De heer Taks, VVD. De heer TAKS Het was in eerste instantie niet onze bedoeling, voorzitter, om over dit onderwerp het woord te voeren. Maar nu blijkt dat de heel bescheiden stap op weg naar deregulering al zoveel commotie oproept bij onze medeliberaal van D66, moet er iets over gezegd worden. De angst voor verloedering Mevrouw OVERBOOM Ik heb al eerder gezegd: er zijn verschillende soorten liberalen. De heer TAKS Ja, maar als het over dit soort zaken gaat, dan wordt u bevangen door een vrees voor verloedering. En zo somber zien wij het niet in, mevrouw Overboom. Bij de vaststelling van Mevrouw OVERBOOM U kunt het nu toch eigenlijk al zien in de binnenstad. De heer TAKS Bij de vaststelling van de buitenruimteverordening hebben we twee jaar geleden er al voor gepleit om de regelgeving voor terrassen en uitstallingen te versoepelen. En nu met deze eerste wijziging wordt een heel bescheiden stap gezet. Maar, zoals de heer Hendrickx al zegt: waarom wordt ook niet de vergunningenplicht voor de terrassen opgeheven? Dat zou een heel logische stap geweest zijn. Het is maar een heel bescheiden stap die hier nu wordt gezet, en die willen we toch wel met beide handen aangrijpen. Wij denken dat hier een goed evenwicht wordt gevonden tussen het belang van de zorg voor de kwaliteit van het aanzien van de historische binnenstad en het belang van de ondernemers. Wij vertrouwen de ondernemers. Wij denken dat zij deze verantwoordelijkheid aankunnen. Mocht het zo zijn dat er in de praktijk toch nog teleurstellende ervaringen worden opgedaan, dan moet het moge lijk zijn om in goed overleg met betrokkenen die zaken op te lossen. Maar vooralsnog pleiten wij er voor, in de geest ook van het CDA, om toch verdere stappen te zetten. Wij vertrouwen het Bredase bedrijfsleven, mijnheer de voorzitter. Mevrouw OVERBOOM Mijnheer Taks, dan is mijn vraag aan u: zou u ook eventueel een oproep willen steunen om bijvoor beeld een evaluatie over twee jaar te houden voor de verdergaande verrommeling? De heer TAKS Daar is uiteraard geen enkel bezwaar tegen. Als dat betekent dat D66 akkoord gaat met deze eerste wijziging, dan is dat mooi meegenomen. Mevrouw OVERBOOM Neen, neen, dat zeggen we niet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2007 | | pagina 11