22 MAART 2007
129
je kiezen dat heel direct mensen raakt, de bewoners van de stad en de dorpen. Vandaag staat er zo'n
onderwerp op de agenda, en toch ben ik er niet blij mee, ik word er ook niet vrolijk van. Want, zoals
gezegd, dit verhaal kent alleen verliezers. Ik heb ook al in de commissie gezegd dat eigenlijk nu van
de raad verwacht wordt dat wij een salomonsoordeel vellen, de rijdende rechter spelen, zeg maar. En
dat is gemakkelijk als er a good and a bad guy is, maar niet als de zaken veel gecompliceerder liggen,
en daarom ben ik het ook niet helemaal eens met de heer Gouka. Eén ding is wel duidelijk, de familie
Van der Maas heeft steeds bezwaar aangetekend en is daarvoor bij de hoogste instantie in het gelijk
gesteld. Het is dan ook eigenlijk volslagen belachelijk dat met een soort U-bochtconstructie alsnog het
bouwwerk van de buren gelegitimeerd wordt. Namelijk de hele machinerie die bestemmingsplanpro
cedure heet, wordt in werking gesteld voor één postzegel op het totaal dat Breda heet, en dat terwijl er
veel grotere bestemmingsplannen ernstig aan vernieuwing toe zijn. Dat is niet alleen bestuurlijk amper
uit te leggen, maar voelt daarnaast ook bijzonder unfair. Maar wat ook duidelijk wordt na bestudering
van dit dossier, is dat de verantwoordelijkheid voor de nu ontstane situatie ook niet volledig bij de bu
ren gelegd kan worden. Ook de gemeente heeft hierin een zeer twijfelachtige rol gespeeld in het ver
leden. En moet je dan nu zeggen: pech voor u, maar we gaan niet akkoord met het voorgestelde be
stemmingsplan en breek de boel maar af? Wikkende en wegende in dit hoofdpijndossier meent de
Partij van de Arbeid dan toch nu maar in te moeten stemmen met het bestemmingsplan. Niet omdat
we het ermee eens zijn, laat dat duidelijk zijn, maar omdat bij het kiezen tussen twee kwaden we sim
pelweg niet willen zeggen: breek je huis maar af. Zeker niet, als niet vaststaat dat die bewoners voor
de volle honderd procent verantwoordelijk te stellen zijn voor de situatie zoals die nu ontstaan is.
De heer BOER
Even een kort vraagje, als dat mag, mijnheer de voorzitter. Heel belangrijk. Ze zijn toch gaan bouwen
voor eigen risico? Ze wisten wat voor risico ze namen.
De heer HARDORFF
Dat ligt, volgens mij, iets genuanceerder, en eigenlijk is dat ook door de wethouder tijdens de commis
siebehandeling al gezegd. Er zijn ook door de gemeente op rare manieren toezeggingen en beloftes
gedaan, die de situatie iets genuanceerder maken dan alleen: u wist dat er nog bezwaar aangetekend
kon worden en het is op eigen risico. Om even mijn verhaal af te maken. Nog twee regels. De Partij
van de Arbeid wil wel het college opdragen om naar de toekomst toe nog zorgvuldiger te zijn, want het
mag gewoon niet zo zijn dat missers in het gemeentelijk handelen, verworden tot bronnen van jaren
lange frustratie, onzekerheid, woede en teleurstelling.
De heer GOUKA
Voorzitter, ik wil toch nog een reactie uitlokken bij de PvdA en dan gaat het over wat de familie Van
der Maas aangegeven heeft aan die nieuwe buren: plaats nou aan een andere kant van het gebouw
de ramen, dan hebben wij geen problemen. En doe het nou niet zo hoog. Het is ook toegezegd, geen
drie meter, maar anderhalve meter. U gaat daar nu aan voorbij. Ik vind dat nogal wat.
De heer HARDORFF
Neen, ik ga daar niet aan voorbij. Ik denk alleen niet dat wij uitspraken moeten doen over een discus
sie die tussen twee buren is ontstaan, en ik heb daar ook wel mijn eigen ideeën over, maar dat we de
situatie nu moeten bekijken zoals die nu is. Kijkend naar de ontstane situatie, waarin niet voor hon
derd procent vaststaat wie er schuld heeft, om dan te zeggen: breek uw huis maar af, dat gaat ons te
ver. Wij nemen nu deze beslissing, maar dat was geen gemakkelijke.
De VOORZITTER
Dank u zeer.
De heer GOUKA
Het is nog steeds niet het huis afbreken, het is het aanpassen aan de nieuwe situatie. Bovendien de
bestuursrechter en de Raad van State
De heer HARDORFF
Mijnheer Gouka, ik weet niet of u daar geweest bent. Heeft u het huis gezien, of niet?
De heer GOUKA
Ik heb zelfs de foto's bij me, als u die wilt zien.