10 MEI 2007
171
De heer POSTHUMA
Voorzitter, de Partij van de Arbeidfractie heeft in de commissievergadering nog geen standpunt inge
nomen, vooral omdat wij samen met een hoop andere fracties van mening waren dat het raadsvoor
stel dat er lag niet voor honderd procent duidelijk was geformuleerd, en daardoor ook heel moeilijk
amendeerbaar was. Om die reden en vanwege de toezegging van de kant van het college dat er aan
vullende informatie zou komen, hebben we toen geen standpunt ingenomen. Inmiddels ligt er een
brief van de kant van het college waarin heel duidelijk is ingegaan op voorstellen die vanuit verschil
lende fracties zijn gedaan om aanvullingen te plegen. Overigens, mij is het misschien ontgaan, de
heer Ernst had het over voorstellen over aanvullingen die inderdaad zijn gehonoreerd. Volgens mij is
dat niet het geval, maar u bent wel op al die voorgestelde aanvullingen heel duidelijk ingegaan. Wat
ons betreft in ieder geval duidelijk genoeg. Er ligt nu ook een veel duidelijker raadsvoorstel. Er is voor
wat betreft de Partij van de Arbeidfractie geen enkele reden om niet voor dit voorstel te stemmen.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Mevrouw Vossenaar, Breda '97.
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Voorzitter, nu zowel het advies voor de richtlijnen van de MER-commissie als de startnotitie deel uit
maakt van het besluit dat we nemen, is gegarandeerd dat de effecten van alle te verwachten ontwik
kelingen met hun uitstraling op Bavel en op de verdere omgeving zullen worden beschreven. Zoals wij
in de commissie al nadrukkelijk hebben verwoord, hechten wij eraan dat juist die cumulatie van effec
ten ten gevolge van deze ontwikkeling én ten gevolge van de autonome ontwikkelingen in Bavel-Oost,
goed in beeld komen. De MER-commissie wijst daar ook op, met name op de gevolgen voor het
groen-blauwe raamwerk in het structuurplan. Ook de cumulatieve ontwikkelingen als gevolg van de
grootschalige woningbouw in Teteringen zullen aandacht krijgen in het MER-advies. Dat stemt ons
tevreden. Wat zojuist opgemerkt is - ik zou bijna zeggen: mede namens ons - over het te verwachten
DPO, dat geldt ook hier. Ook hier is een relatie tussen de activiteiten die zullen plaatsvinden op het
gedeelte dat bedrijventerrein wordt, en op datgene wat zich in de stad bevindt. Wij verwachten ook
daar een contact.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Mevrouw Schokker, GroenLinks.
Mevrouw SCHOKKER
Voorzitter, GroenLinks is voorstander van een zuinig en meervoudig ruimtegebruik. Daarom staat de
fractie ook volledig achter het benutten van de voormalige vuilstort voor een evenementencomplex.
Hierdoor kan er elders groene ruimte voor landbouw en natuur in het buitengebied bespaard blijven.
Voorwaarde om zo'n grootschalige recreatieve ontwikkeling op deze locatie verantwoord te kunnen
ontwikkelen, is een goede milieueffectrapportage waarin alle milieugevolgen integraal in beeld ge
bracht zijn. Dit milieuonderzoek moet ervoor gaan zorgen dat het ruimtelijke plan ook met glans door
de juridische procedures gaat komen. Daarom heeft onze fractie er zowel bij de raadsbehandeling van
de startnotitie als bij de commissievergadering voor de richtlijnen ervoor gepleit om ook als gemeente
raad de mogelijkheid te hebben een aantal aanvullingen aan de richtlijnen te kunnen toevoegen. Net
als bij het vorige agendapunt kunnen we vaststellen dat het goed is dat op verzoek van een aantal
raadsfracties het besluit van het raadsvoorstel naar aanleiding van de commissiebehandeling is bijge
steld. Ook vindt onze fractie dat het goed is dat het college een reactie geschreven heeft op de door
ons ingediende aanvullingen op de richtlijnen. Wij zien deze procedure als een tussenstap naar inte
grale richtlijnen die door de raad te amenderen zijn. Wij hopen dan ook dat bij de volgende milieuef
fectrapportage er wel integrale richtlijnen zullen komen. Misschien is het dan mogelijk dat de raad nog
vóór het opstellen van de startnotitie al bij het proces betrokken wordt. Want het blijft een merkwaardi
ge zaak dat iedereen bij de startnotitie zienswijzen kan indienen, die vervolgens door de MER-
commissie worden meegewogen, maar dat dat voor de raad niet mogelijk is. Daarom willen wij ook
duidelijkheid over de status van de notitie van 27 april, waarin het college op de aanvullingen van de
raadsfracties van D66 en GroenLinks gereageerd heeft. Daarnaast verzoeken wij het college deze
notitie als bijlage bij de richtlijnen naar de toetsingscommissie voor de milieueffectrapportages en naar
de indieners van de zienswijzen mee te zenden. Tot zover.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Andere leden nog van uw raad? Mevrouw Overboom, D66.