14 JUNI 2007 209 De heer GOUKA Deze partijen zijn in de Tweede Kamer duidelijk aanwezig. Ik denk, als daar druk op gezet wordt dat dan alles goed kan komen, zonder dat deze mensen zelf actie hoeven te ondernemen. De VOORZITTER De heer Van Overveld, WD. De heer VAN OVERVELD Dank u wel. De WD is erg tevreden met de wijze waarop de wethouder de gevraagde natuurlijke verbintenis van de WD heeft uitgevoerd, sterker nog, wij zijn ervan overtuigd dat zijn aanpak en de wettelijke aanpak veel effectiever zal zijn op dat gebied, en de enige mogelijkheid om zelfs met terug werkende kracht geld terug te krijgen. Dus wij staan in dezen helemaal achter de wethouder. Daarom is ons inziens de motie overbodig. De VOORZITTER Dank u zeer. De heer Akinci, GroenLinks. De heer AKINCI Voorzitter, kortheidshalve kan ik me aansluiten bij datgene wat al gezegd is. Mocht daar belangstelling voor zijn, dan kan ik vrijkaartjes regelen voor woensdag. De VOORZITTER Mevrouw Vossenaar. Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK Voorzitter, ook zonder vrijkaartjes De heer SPAPENS Dit was niet te verstaan, aan deze kant. De VOORZITTER Ik ga het niet herhalen. Mevrouw Vossenaar. Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK Voorzitter, ik zou me bij de voor-vorige spreker willen aansluiten. Om duidelijk te zijn, zodat de over kant ook weet waar we het over hebben, wij staan helemaal achter het antwoord van de wethouder. De VOORZITTER De heer Leunisse. De heer LEUNISSE Dank u wel, voorzitter. Leefbaar is voor een zo breed mogelijke aanpak, en voor ons heeft de wethou der dat het beste verwoord. Dus wij gaan achter de motivering van de wethouder staan. De VOORZITTER Verder geen stemverklaringen? Heeft het CDA behoefte de motie te handhaven? De heer ÜQERLER Wij handhaven de motie, voorzitter. De VOORZITTER De motie wordt in stemming gebracht. Wie is voor de motie? De leden van het CDA. Wie is tegen de motie? De motie wordt geacht te zijn verworpen. Besluitvorming met betrekking tot motie 1, ingediend door de fractie van het CDA, inhoudende dat aan het college wordt verzocht samen met NV Essent een commissie van advies in te stellen als be doeld in artikel 8, derde lid, van de samenwerkingsovereenkomst van 17 april 1986 die omtrent het gerezen geschil zal adviseren. Motie 1 wordt verworpen. Voorgestemd heeft de fractie van het CDA.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2007 | | pagina 10