21 JUNI 2007 258 binnen het proces ven beleidsvoorbereiding tot de beleidsverentwoording. De Rekenkemer Breda biedt ter vergadering aan de gemeenteraad het eindrapport van dit onderzoek aan. De VOORZITTER Aan de orde is de aanbieding door de Rekenkamer Breda van het rapport Hoe evalueert de gemeen te Breda?' Voordat we overgaan tot de behandeling van de beleidscyclische producten wil ik graag de voorzitter van de Rekenkamer Breda, de heer Roebroek, de gelegenheid geven het rapport kort te introduceren. Het woord is aan de heer Roebroek. Ik vind het fijn dat hij in ons midden is, want hij heeft last van een zeer opkomende griep. De heer ROEBROEK, VOORZITTER REKENKAMER BREDA Als ik straks de vergadering verlaat, is dat zeker niet uit desinteresse, maar gewoon omdat ik, denk ik, nog maar een beperkte tijd heb althans om hier vandaag aanwezig te zijn, bedoelde ik. Geachte raadsleden, college en andere toehoorders. Het verheugt mij zeer om vandaag ons tweede rapport te kunnen aanbieden. Het rapport gaat over het evaluatiebeleid van de gemeente Breda. Ik zou hierover kort, want in september zullen we daarover, hoop ik, uitvoerig met de raad spreken, drie opmerkingen willen maken. Op de eerste plaats is het heel belangrijk om in te zien dat dit onderzoek in een reeks van onderzoeken staat. We hebben eerst het begrotingsonderzoek gedaan. Je zou kunnen zeggen dat wij in het begrotingsonderzoek zijn nagegaan op welke manier de gemeente Breda haar beleids doelstellingen formuleert en hoe ze die voorziet van indicatoren om ook na te gaan of er op een zeker tijdpad resultaten van het beleid zijn. Wil je dat doen, dan moetje het beleid vervolgens ook evalue ren. Met dit evaluatierapport proberen we als het ware de tweede stap te zetten. Later dit jaar, in no vember, hopen we ons derde rapport, over de communicatie, te presenteren. Ook dat heeft een duide lijke relatie met dit onderzoek. Daarover zal ik het nu niet hebben, dat hoort u van mij in november wel. Dat is de eerste opmerking. De tweede opmerking. Misschien toch even iets over evaluatie, wat eva luatie eigenlijk is en waarom evaluatie belangrijk is. Als je over evaluatie spreekt, is het vaak zo, merk ik, dat mensen denken dat dat te maken heeft met het achteraf vaststellen van de resultaten van het beleid. Dat is niet onze insteek en dat is ook niet de insteek, denk ik, die past bij een evaluatiecyclus. Evaluatie behoort eigenlijk bij alle momenten van de beleidscyclus. Laten we de beleidscyclus ge makshalve even in vier delen onderverdelen. 1. het op een bepaald moment definiëren van het pro bleem, of de definitie van de uitdaging die je wilt gaan aanpakken, 2. het bedenken van oplossingen, 3. het uitvoeren van het beleid, en 4. het kijken naar de resultaten van het beleid. Op alle vier die ele menten in de beleidscyclus zijn specifieke elementen van evaluatie aan de orde. Ik denk dat dat heel belangrijk is. Ook al in de planperiode, bijvoorbeeld de vraag: hoe definieer je het probleem? Als je goed beleid voert en goede evaluaties doet, dan doe je zoals dat in de literatuur heet. ex-ante- onderzoek. Dat wil zeggen dat je je ook de vraag stelt hoe andere stakeholders in het veld - belang hebbenden, partijen, burgers - het probleem eventueel definiëren en of je daarvan kunt leren. Dat zelfde geldt natuurlijk ook voor de oplossingen. Je kunt als gemeente natuurlijk wel zelfstandig oplos singen bedenken, maar het is ook heel interessant en belangrijk om je tijdens het proces van het bedenken van oplossingen de vraag te stellen: hoe denken stakeholders daarover, met wat voor op lossingen komen zij aan? Dat is niet alleen belangrijk om je inzichten te verbreden, denk ik. Het is vaak ook al een belangrijk aspect van draagvlakverbreding. Als je goed communiceert over probleem definitie en oplossingen, dan kan datje later in de cyclus best veel voordeel opleveren. Dus met ande re woorden: ook al in die twee fasen is het heel belangrijk om te evalueren. Als je beleid uitvoert, dan zje je een Vorm van evaluatie die men doorgaans monitoren noemt. Ook dat gebeurt natuurlijk en dat gebeurt ook binnen de gemeente Breda. Ten slotte ga je op het einde van de beleidscyclus kijken naar wat de maatschappelijke effecten zijn. Niet alleen de resultaten van beleid, maar ook de maat schappelijke effecten van beleid. Daar zit nog weieens verschil tussen. En je probeert natuurlijk ook te kijken wat het oordeel van de burgers, van de stakeholders, van maatschappelijke instellingen in de stad is over dat beleid. Ik denk dat beleidsevaluatie om een aantal redenen heel belangrijk is. Op de eerste plaats natuurlijk voor je controlerende en kaderstellende rol. Ik denk dat een raad eigenlijk niet zonder goede evaluaties kan, ook al bij de kaderstelling, bijvoorbeeld rond het punt: wat zijn nou per spectieven die door andere stakeholders naar voren worden gebracht? Maar zeker ook als het gaat om resultaten van beleid. Uiteindelijk leidt een goede evaluatiecyclus tot, denk ik, flink wat kritische zelfreflectie binnen de gemeente. Dat is altijd goed voor het beleid. Het stimuleert het lerend vermo gen van de organisatie. Ik denk dat het op termijn ook zal leiden tot beter beleid en misschien wel, schuine streep, ook nog wel dat je je publieke middelen beter kunt inzetten dan je voorheen deed. Met andere woorden: goede beleidsevaluaties kosten geld, maar ze kunnen in mijn ogen op langere ter mijn zeker ook wel geld opleveren, en wellicht meer geld opleveren dan wanneer je die middelen niet zou inzetten. Dat als tweede opmerking. De derde opmerking. Iets over de inhoud. Ik ga hier uiteraard

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2007 | | pagina 5