21 JUNI 2007
322
steunen van het CDA met betrekking tot het verzoek om driemaal 75 duizend euro extra ter beschik
king te stellen voor evenementen. Dat is een flinke discussie geweest en uiteindelijk heeft onze fractie,
niet met overgrote meerderheid maar unaniem, gezegd: ja, we vinden het belangrijk. We snappen de
argumenten die de CDA-fractie voor ons op tafel legt en we zullen dan ook dit amendement niet alleen
steunen maar meeondertekenen.
Mevrouw BOELEMA
Mijnheer Haarhuis, toch even ter interruptie. Ik meen dat het üw fractiegenoot was die het evenemen-
tenbeleid op de agenda heeft gezet, dus dat u als fractie daar ook prioriteit aan geeft.
De heer HAARHUIS
Zeker, dat hebben we ook. Maar we hadden natuurlijk ook kunnen zeggen: laten we nog maar eens
een discussie afwachten. Wij hebben gezegd: neen, we snappen de argumenten die de CDA-fractie
op tafel legt, we willen echt een evenementenstad zijn, en we geven een stevig signaal om dat op
deze manier goed weg te zetten.
De heer LIPS
Ik wil hierover toch wel even een interruptie richting mevrouw Boelema plaatsen. Mevrouw Boelema,
wij waren heel erg blij toen de heer Leenders vanuit de Partij van de Arbeid zich ook heel serieus be
zighield met het evenementenbeleid. Maar in het verleden, in de vorige raadsperiode, is het CDA sa
men met de WD ook altijd een partij geweest die zich heel erg bezorgd heeft gemaakt over het eve
nementenbeleid. Dus dat wil ik wel even aan u kwijt.
De heer ARBOUW
Mijnheer de voorzitter, misschien kort een aanvulling. Dank voor de opmerking van de heer Lips. Ik wil
graag daarop aansluiten. Mijnheer Haarhuis, u zegt dat het evenementenbeleid echt nog een stimu
lans nodig heeft. Vindt u dan, als het gaat om de ontwikkeling van de Bavelse Berg, ook niet dat we
het als raad volledig moeten ondersteunen dat daar nog sneller voortgang wordt gemaakt? Want dat
is natuurlijk een van de voorwaarden om een goed evenementenbeleid in de stad te hebben.
De heer HAARHUIS
Er is een aantal projecten in deze stad waaraan wij ons raad en ook als coalitie hebben gecommit
teerd, omdat we die ontwikkelingen belangrijk vinden. Laten we nu even voorzichtig zijn. Er ligt een
distributieplanologisch onderzoek (DPO) op tafel. De stad gaat ons daarover adviseren en informeren.
Het lijkt me verstandig dat we de ontwikkelingen op dat gebied met elkaar vervolgens secuur en zorg
vuldig bespreken. Maar de intentie is duidelijk. Niemand is aan het onhaalbare gehouden, maar voor
lopig zijn dat de intenties en de doelstellingen die we hebben geformuleerd. Voorzitter, net als me
vrouw Boelema hecht ik ook aan onze eigen moties. Onder andere de motie die wij hebben ingediend
over de sportclub Boeimeer. Ik wil nog even kort iets over het FMO zeggen. Het FMO stimuleert de
zelfwerkzaamheid van de bevolking. Tenminste, dat is de bedoeling. Dat hebben we ook gezien bij de
uitreiking van de eerste tranche daarvan en we zien het ook in de projecten om ons heen die inge
diend worden. Er zijn behoorlijk veel projecten die zich aangediend hebben, die, zoals daarstraks al
gezegd werd, ik meen door de heer Akinci, niet tot stand zouden zijn gekomen en waar de prikkel had
ontbroken, als je niet de kans had gehad om een beroep te doen op zo'n fonds. We zien een groot
aantal buitengewoon aardige initiatieven ontstaan die dat stimuleren. Ook, en dat is natuurlijk in het
kader van de WMO ook niet oninteressant, zien we veel instellingen schotten doorbreken om dingen
gezamenlijk te bereiken, projecten, infocentra, allerlei zaken in buurten en wijken waarvan je zegt: dat
zou nooit gebeurd zijn als je niet de stimulans had gehad om te kijken of je misschien een aanvraag
bij het FMO kon doen om dat even een prikkel mee te geven. In die zin moeten wij stellen dat je dat
als raad niet kunt doen. Je kunt niet 10 miljoen wegzetten en dan al die voorstellen op deze manier
gaan beoordelen. In die zin vinden wij het toch heel belangrijk dat je een commissie daarnaar laat
kijken. We hebben een goede set criteria. Het is bedoeld om de bevolking te stimuleren en te prikke
len. En dat werkt ook. Dus in die zin zijn we daar heel tevreden over. In het plan dat we hebben inge
diend met betrekking tot sportclub Boeimeer staat, en dat is dan zo'n regeltje, dat er inmiddels inten
tieovereenkomsten zijn van het bestuur met tal van sport- en ontspanningsverenigingen en scholen.
Mag ik u dan zeggen dat het onder andere gaat om kinderopvang, de ouderenbonden, een zorgcen
trum, basisscholen, het CIOS en een bejaardenhuis? En zo kan ik doorgaan, die lijst is nog een stuk
langer. Wat we zien in de dorpen om ons heen, is, en dat vind ik juist heel erg belangrijk en daar gaan
we prat op en zijn we trots op, dat de sociale capaciteit daar zo groot is, en dat die als voorbeeld kan
fungeren voor de buurten en de wijken. Wat we hier zien, is dat juist in een wijk als de Haagse Beem-