■niaMHIMHHMH mnmmmbi 21 JUNI 2007 332 zou u toch willen voorhouden om nou niet vooruit te lopen op datgene wat ik in uw richting heb uitge sproken en wat ik beloofd heb te zullen doen. Ik mag toch veronderstellen dat ik het meeste wat ik hier ooit achter deze microfoon heb uitgesproken en toegezegd ook ben nagekomen. Maar dwing nou niet af om nu vooraf al als Breda een eenzijdige positie in te nemen, want ook nu is het zo dat al die ge meentes op hun eigen manier, ondanks die wettelijke verplichting, toch zo hun ideeën hebben over hoe ze die zaak financieren. Dus geef nou de tijd en de ruimte om dat gezamenlijk, eenduidig op te pakken op de wijze zoals ik dat in uw richting heb uitgesproken. Er zijn nu twee moties van gemaakt, maar dat is voor mij namens het college geen reden om van opvatting te veranderen. Met betrekking tot de motie van GroenLinks over de flessenhals bij Teteringen geldt eigenlijk hetzelfde. Er zijn zoveel zaken die daar spelen, die op een rij moeten worden gezet. Een uitvoeringsplan is toch iets anders dan een onderzoeksplan. Dus ook daar zou ik u willen voorhouden dat ik gezegd heb dat we het seri eus oppakken. Ik ga samen met mijn collega Wilbert Willems naar de gemeente Oosterhout om te overleggen, omdat wij toch de twee overheden zijn - laat ik zeggen: wij zijn niet alleen buurgemeen ten, dus aangrenzend - die een behoorlijke problematiek hebben op dat punt. Dus tegen die achter grond blijf ik namens het college bij datgene wat ik over de motie in eerste termijn heb uitgesproken. Voorzitter, ik denk dat ik in een aantal korte bewoordingen voldoende heb geantwoord. De heer GOUKA Voorzitter, even ter verduidelijking naar de wethouder. Het is zo dat de negen gemeentes, die ook meebetalen aan het dierenasiel, dus aan de opvang, de constructie zoals die nu gewenst wordt al hebben. En u gaat ervan uit dat dat nog allemaal overlegd moet worden, maar dat is gewoon niet zo. Alleen Breda blijft achter bij zijn wettelijke verplichting. Wethouder OOMEN Voorzitter, dat heeft de heer Gouka al meer gezegd. Ik blijf bij mijn standpunt dat we in gezamenlijk heid aan tafel gaan en eerst ambtelijk de zaak voorbereiden op basis van bestuurlijke input, en daarna als bestuur waarna ik het aan u overleg. Voorzitter, dat is de strategie en daar wijk ik, wat mij betreft, geen millimeter van af. De heer AKINCI Voorzitter, nog één vraag die ik zojuist nog aan de wethouder had gesteld over de nieuwbouw. Wan neer daarmee begonnen wordt, is feitelijk niet zo heel erg belangrijk, om het zo maar te zeggen, als het maar in maart 2011 is afgerond. Ik vroeg aan de wethouder of hij dat kon garanderen bij wijze van spreken. Wethouder OOMEN U vroeg aan mij garanties. Hierover kan ik heel simpel zijn en zeggen dat ik tegen die tijd, bij leven en gezondheid, aan het golven ben en u mij daarop dus niet kunt aanspreken. Maar zo flauw wil ik niet zijn. Ik zal u heel duidelijk zeggen: ik, persoonlijk noch namens het college, geef nooit een garantie af. De VOORZITTER De heer Arbouw. De heer ARBOUW Voorzitter, op grond van de beantwoording door wethouder Oomen wil de WD motie 3 over de on dergrondse infrastructuur - lees: riool - intrekken. Wij zullen graag uw uitwerking tegemoetzien. Wethouder OOMEN Dank u wel. De VOORZITTER Zijn er, alvorens we overgaan tot een korte schorsing, nog andere wethouders voor een reactie? Wet houder Schoenmakers. Wethouder SCHOENMAKERS Voorzitter, het is altijd mooi als je wat later aan de beurt komt. Dan heb je goed kunnen nadenken. Allereerst de opmerking die de heer Üperler heeft gemaakt naar aanleiding van motie 6. Ik ben van plan bij de uitvoering van deze motie de gedachte die de heer Ügerler heeft ontwikkeld mee te nemen bij de uitvoering. De tweede opmerking is voor de heer Arbouw ten aanzien van wonen boven winkels. Ik ben er in mijn eerste termijn heel erg duidelijk over geweest. Ik heb dat ook van de week bij de be- HflMW

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2007 | | pagina 79