1 NOVEMBER 2007
462
De heer ERNST
Een paar jaar geleden hadden we een operatie Pluk Ze. Die was vroeger volgens mij bedoeld voor
criminelen, maar ik heb nu het idee dat die bij u voor de werkenden gaat gelden.
De heer VERGROESEN
Kunt u dat nog één keer herhalen. Ik heb de helft niet verstaan.
De heer ERNST
Vroeger hadden we een operatie Pluk Ze. Die was bedoeld voor criminelen, maar zoals ik het bij u
uitleg, is die voor de werkenden bedoeld.
De heer VERGROESEN
Het probleem is niet de criminelen of iets anders. Het probleem waarmee wij nu geconfronteerd wor
den, is dat we een goed armoedebeleid hebben - daar doe ik geen woord aan af, we hebben een
goed armoedebeleid - maar dat wij constateren dat de groep die daarboven zit misschien niet de du
pe is maar wel een gedeelte van de rekening daarvan krijgt. Dat betekent in feite dat we op een glij
dende schaal zitten, dat er mensen zijn die een baan hebben maar met dat bescheiden inkomen de
grootste moeite hebben om hun rekeningen te betalen.
De VOORZITTER
Goed, ik stel vast dat we de eerste termijn van de SP hiermee hebben gehad. Ik geef graag het woord
aan mevrouw Vossenaar, fractievoorzitter Breda '97. Dank u wel, mijnheer Vergroesen.
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Mijnheer de voorzitter, dames en heren. De trits prekadernota-kadernota-begroting is een prima drie
luik gebleken. Als we eens even teruglezen wat er in februari en in juni aan de orde is geweest en
vervolgens vaststellen wat het college daarmee gedaan heeft, dan mogen we content zijn. Breda '97
is daarmee ook content. De raad heeft in zijn totaliteit een aantal prioriteiten op tafel gelegd en die
zien we terug in onze begrotingsvoorstellen 2008. Veel vragen zijn beantwoord, aan veel wensen is
voldaan. Je zou kunnen zeggen dat daarmee de kous af is. De begrotingsbehandeling zou dus niet
meer dan vijf minuten hoeven te vragen. Gelukkig maar dat er nog wat te doen overblijft, zoals we
vanavond merken. Mijnheer de voorzitter, ik wil twee onderwerpen aan de orde stellen en ik sluit af
met een amendement. De communicatie, toch even. Bij de begrotingsbehandeling van 2007 en bij de
kadernota daarvoor, hebben we uitvoerig over dit onderwerp gesproken en daarom wil ik er toch ook
vandaag niet aan voorbijgaan, alhoewel we natuurlijk volgende week met elkaar diep op de materie
zullen ingaan. We hebben kunnen ervaren dat een goede relatie met onze burgers een heel broos
gegeven is. Het gevoel dat de overheid, welke dan ook, niet betrouwbaar is, ligt voortdurend op de
loer f°als overal worden teleurstellingen breed uitgemeten en dat versterkt het idee dat de burqer
machteloos is. En in sommige gevallen is dat ook zo. Toch zijn we van mening dat er dit jaar stappen
vo.°rait ,zljn gemaakt. De situatie in Teteringen geeft aan dat een eerlijke, open informatie en de be
reidheid iets te doen aan de opmerkingen van de burgers, die we zo graag ervaringsdeskundigen
noemen - aan eretitel overigens - de pijn van moeilijke besluiten kunnen verzachten. We hebben veel
te doen De Spoorzone komt eraan. Daar ging het faliekant fout met de contacten met de burgers. En
dat betekent nu: eerst vertrouwen herstellen en dan stapje voor stapje verder. Bavel, nog zo'n klus.
Luisteren, meedenken, argumenteren, en doen wat je afspreekt. Daar gaat het om. Voorzitter, het
ijken obligate teksten, maar ze zijn wel wezenlijk als we willen bereiken wat we ons ook dit jaar voor
nemen. Het tweede onderwerp, financiën. Hoewel we als raad zelf gevraagd hebben om een pro
grammabegroting blijft het lastig op de beslissende momenten een helder beeld te geven van de fi-
nancéle ruimte waarover we kunnen beschikken. En dat zijn twee dingen: het juiste moment en een
helder beeld. Wat het eerste betreft, ministeriële circulaires trekken zich niets aan van de Bredase
begrotingcycli, evenmin de landelijke besluitvorming, met soms flinke financiële gevolgen. We hebben
het afgelopen dinsdag weer kunnen ervaren uit de nagekomen aanpassingen. We weten dus dat er in
de loop van de jaren grote verschuivingen optreden, met name in de risicosfeer. Dat heeft dan ui
teraard gevolgen voor reserveringen en voorzieningen. We hebben het idee dat het dit jaar wel bij
zonder hard gaat met die ontwikkelingen. Ik breng de discussie rond de kadernota in herinnerinq toen
uiteindelijk bleek dat er heel veel meer geld was in de vrije ruimte dan werd verondersteld, en dat qaf
een hoop commotie. Het is voor ons als raad natuurlijk wel noodzakelijk op het juiste moment precies
te weten waar we staan en wat ons boven het hoofd hangt. En daarmee ben ik bij het tweede item
een helder beeld. Niet alleen zicht op de actuele situatie, hoe moeilijk ook, draagt daaraan bij, maar
ook goed inzicht in de stand van reserves en voorzieningen. Die discussie spitst zich daarop telkens