15 NOVEMBER 2007
555
niet dat je nu al het antwoord zou moeten geven. Ik zeg alleen dat we die uitdaging in kaart moeten
brengen, en dat staat in dit verhaal minder verwoord.
De VOORZITTER
De heer Boer als laatste.
De heer BOER
Een paar korte vraagjes. Ik ben ook blij dat u mij steunde met die borden, alleen, hoe zien die borden
eruit? Komen daar straks allemaal vierkantjes op, desnoods met de puntdakjes, of komen er echt
historische dingen op? Ik bedoel, gaat u die hoogbouw overal zetten? De tweede vraag gaat over de
Bredestraat. Men is bezig met een studie over de Bredestraat. Maar als je daar gaat bouwen, hoe zit
het dan met de ontsluiting, waarop door de bewoners van de Haagse Beemden duidelijk is gewezen?
De ontsluiting van de Haagse Beemden is op dit moment al zo slecht, zeiden zij.
De VOORZITTER
De heer Hardorff.
De heer HARDORFF
Ik denk dat het antwoord niet gegeven hoeft te worden door de partij die daar in eerste instantie nog
geen voorstander van was. Dus ik zou het zo meteen maar aan het CDA vragen als ik u was. Het
antwoord op de eerste vraag, hoe de borden eruit mogen zien, is: wat mij betreft, mogen ze best wel
wat spannender dan in Frankrijk. Daar zijn het bruine borden met witte lijntjes. Maar ik ben geen
ontwerper van borden, maar wat spannender zou best mogen van ons.
De heer BOER
Neen, maar de vraag ging natuurlijk over die hoogbouw.
De heer HARDORFF
Rood, ja.
De heer BOER
De relatie tot de hoogbouw. Staan er allemaal vierkante gebouwen op die het zicht aan de stad
ontnemen? Of
De heer HARDORFF
Mijnheer Boer, de Partij van de Arbeid is in ieder geval geen voorstander van alleen leven in het
verleden. Breda is een moderne stad, is een Europese stad, waar het moderne en het historische
hand in hand gaan. En wat ons betreft ook in de toeristische uitstraling. Is dat een antwoord?
De heer BOER
Ja, ik zal het ermee doen.
De VOORZITTER
Goed, mijnheer Hardorff, ik dank u zeer. Dan wil ik graag het woord geven aan de heer Hendrickx,
CDA. Mijnheer Hendrickx, ga uw gang.
De heer HENDRICKX
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Breda is op dit moment een plezierige stad om in te wonen, niet te
klein en niet te groot, met alle voorzieningen bij de hand, en het heeft een gunstige ligging. Kortom:
een prettig woon-, leef- en werkklimaat. Dat wil het CDA graag zo houden, niet alleen nu, maar ook
over twintig jaar. Maar er staan zoveel projecten op stapel, en er komen zoveel ontwikkelingen op ons
af de komende jaren, dat we goed moeten nadenken over waar al die ontwikkelingen later gaan
plaatsvinden. Wij hebben als CDA-fractie de voorliggende structuurvisie uitgebreid besproken met
onze achterban en andere betrokkenen. Hoewel de reacties van elkaar verschilden, was er wel een
rode draad uit te halen. De bewoners zijn in meerderheid tevreden met hun stad en willen dat ook zo
houden. Zij sluiten hun ogen echter niet voor de ontwikkelingen die op de stad afkomen. Dat geldt ook
voor de ontwikkelingen die verband houden met de ambities van het bestuur van Breda en het
bovenregionaal op de kaart zetten. Daar is niets mis mee. Je moet de stad niet op slot gooien. In
algemene zin is tevens opgemerkt, en daar sluiten wij ons als CDA-fractie helemaal bij aan, dat alle
dingen die staan te gebeuren goed gecommuniceerd moeten worden, dat het belangrijk is om de