15 NOVEMBER 2007
567
dan voor kiezen, buurtcentra op loop- of fietsafstand, of kiezen we voor megasupers waar we alleen
maar met een auto kunnen komen? De SP pleit ervoor om veel meer dan nu in te zetten op goed
openbaar vervoer. De dagelijkse boodschappen op redelijke afstand van de woningen. Laten we nu
ook eens, eindelijk misschien, en niet twee keer per jaar, meer gebruik gaan maken van park en
pendel, want dan blijft de binnenstad ook nog bereikbaar. Bij goed toeven, daar hoort ook groen bij.
En met het steeds verder verstenen van Breda wordt dat ook steeds moeilijker. Nog even afgezien
van waar de kinderen moeten spelen, is het zo dat wij zelf ook nog weieens willen bewegen. Gelukkig
blijft De Rith nu groen. Maar als we ons groen beperken tot de ecologische hoofdzones en de randen,
dan is dat echt te weinig. Als toeristen op het Stadserf mij vertellen dat Breda adembenemend is, dan
hoop ik dat ze de mooie gebouwen, de parken en de pleinen bedoelen, en niet de luchtkwaliteit. De
SP wil dat er meer aandacht komt voor de groene longen in en rond de stad. Dat betekent niet dat er
geen bedrijventerreinen meer bij mogen komen. Overigens is landelijk de behoefte al naar beneden
bijgesteld. Die bedrijventerreinen zijn nodig voor onze economie. Als mensen in de buurt van hun huis
werk hebben, hebben ze een inkomen en het is goed voor het milieu. Zet veel meer in op revitalisatie
en reconstructie, en minder op nieuw. Laat de bedrijventerreinen niet ten koste gaan van de
leefbaarheid.
De VOORZITTER
Mijnheer Vergroesen, wilt u langzamerhand uw betoog afronden?
De heer VERGROESEN
Voorzitter, u krijgt nog vijfenhalve regel. De regionale en Europese stad. Natuurlijk, Breda is de
grootste stad van West-Brabant. Dat betekent, en dat moeten we koesteren, dat we voor vele mensen
uit de omgeving een functie hebben. Dat is niet alleen winkelen, dat is ook onderwijs, zorg,
enzovoorts. Zet daar op in. Maar wel graag met het behoud van ons Bredase karakter. Wij zijn een
vriendelijke, een gemoedelijke stad. Dat wil de SP graag zo houden. Het is ook een van onze sterke
punten. Wij hoeven niet zonodig een wereldstad te worden, nog afgezien van de nadelen die daaraan
kleven.
De VOORZITTER
Ik dank u zeer. De heer Hardorff, Partij van de Arbeid.
De heer HARDORFF
Op een of andere manier verbaas ik me er telkens toch weer over dat de SP zo'n ontiegelijk
behoudend clubje is, terwijl we toch allebei aan de linkerkant van het spectrum zitten. Maar één ding
vond ik nog wel heel erg apart. Aan de ene kant pleit u voor vooral rondkijken waar er gebouwd moet
worden, en dan het liefst ook nog met laagbouw. En aan de andere kant houdt u een enorm sterk
pleidooi voor al het groen wat we in de stad hebben. Hoe verhoudt zich dat tot elkaar en, wat
concreter, kunt u dan ook aangeven waar u wél wilt bouwen? Of komt u weer met die Vuchtpolder
aan?
De heer VERGROESEN
Een structuurvisie is een richting. Zij is niet uitgewerkt op punten en komma's. Als u de agenda had
gelezen, ziet u dat we die elke vier jaar gaan actualiseren. Er is aan ons gevraagd om een richting aan
te geven welke kant Breda uit moet. Als u aan mij vraagt welke richting we uit moeten, zeg ik: zet dan
eens een vraagteken bij die groei van het aantal inwoners. Ik zeg niet dat we naar 185 duizend
moeten groeien, ik zeg wel als er mensen zijn, dat ze recht hebben op een fatsoenlijke woning.
De heer HARDORFF
Maar ik hoor u tegelijkertijd ook zeggen dat we moeten rondkijken naar andere locaties, niet alleen in
Prinsenbeek. Ik denk dat u ook aan uw achterban verplicht bent om eens uit te spreken waar u dan
naar kijkt. Waar kijkt u naar, naar welke gebieden kijkt u om wel vol te bouwen?
De heer VERGROESEN
Wij hebben geen specifieke locatie op het oog. Wij zijn indertijd begonnen over de Bredestraat, omdat
daar 50 hectare lag. Dat is keurig door het CDA geadopteerd. Wij hebben daar helemaal geen
probleem mee, maar wij zijn niet aan die twee locaties gebonden. Wij zeggen: ga gewoon rondkijken.
Wij gaan niet op voorhand zeggen: je moet hier kijken, je moet hier kijken, je moet hier kijken. Ik zei u
al dat het over een richting gaat. Het gaat niet over de exacte invulling.