15 NOVEMBER 2007
574
De VOORZITTER
Ik dank u wel. Mevrouw Schokker, GroenLinks, mag ik u uitnodigen? Mevrouw Schokker, aan u het
woord.
Mevrouw SCHOKKER
Voorzitter, als GroenLinks waren we verrast om gisteravond op de bijeenkomst over de nieuwe Wet
op de ruimtelijke ordening te horen dat Breda vooroploopt als het gaat om het vaststellen van een
structuurvisie. Ook vinden wij het als GroenLinks goed dat alle ruimteontwikkelingen nu
samengebracht zijn in één document. Wel vinden wij dat het een opsomming is geworden van
projecten en plannen, in plaats van een visie wat voor stad Breda in 2020 zou willen zijn. GroenLinks
heeft net als D66 een visie en kiest voor een duurzame stad waarin het ecologische, sociale en
economische welzijn met elkaar in evenwicht zijn. De consequentie kan dan zijn dat niet alles wat van
buiten op de stad af komt, gehonoreerd kan worden. Een duurzame stad betekent gezonde lucht,
schoon water en alleen economische ontwikkelingen waarvan de gevolgen niet op toekomstige
generaties afgewenteld kunnen worden. In 2020 zou Breda dan een groene stad zijn waarin alle
bewoners elkaar aanvullen en verrijken. Een stad die klimaatneutraal is, waarin de auto een
ondergeschikte rol speelt doordat de mobiliteit afgewikkeld wordt via een frequent, schoon openbaar
vervoer en via fietsnetwerken. En een stad waar de Nieuwe Mark als een natuurlijke rivier doorheen
stroomt. Vanuit dit toekomstbeeld willen we een aantal zaken onder de aandacht brengen. De
programmadoelen groei naar 185 duizend inwoners en 110 duizend arbeidsplaatsen, liggen boven het
landelijk groeiscenario en zijn gebaseerd op een wensscenario. Wij vinden dat de ambitie voor
woningbouw en bedrijventerreinen gebaseerd moet zijn op reële bevolkingsprognoses en dat nut en
noodzaak moeten zijn aangetoond. Ook de VROM-raad stelt naar aanleiding van een geactualiseerde
bevolkingsprognose in haar advies aan de minister dat de herstructureringsopgave urgenter wordt
omdat de maatschappelijke baten van nieuwe terreinen niet meer opwegen tegen het risico van
toekomstige leegstand en verpaupering. Dat zou voor Breda kunnen betekenen eerst regionale
afstemming, inzetten op zuinig ruimtegebruik, herstructureren en nu geen zoeklocatie opnemen voor
50 hectare aan de westkant van Breda, en het aantal hectare bij Bavel verminderen. Wij zijn blij dat in
de visie De Rith gespaard wordt en dat ook de groene verbindingszones rondom de stad opgenomen
zijn. Om zeker te stellen dat de groene ontwikkelingen ook werkelijk uitgevoerd worden, willen we dat
de groene verbindingszones net als de woningbouw en de bedrijventerreinen in het planningskader
opgenomen worden, en als twaalfde plan op de VIP-kaart ingetekend worden. Door de oostelijke
uitloper van het bedrijventerrein Bavel-Zuid vindt er een botsing plaats tussen rood en groen.
Daardoor komt de groene verbindingszone op het grondgebied van de gemeente Gilze-Rijen te
liggen, en kan de verbinding met de Chaamse bossen niet tot stand komen. Wij maken ons zorgen
over het stadslandschap, omdat daar ook stedelijke functies mogelijk worden gemaakt waardoor er
zowel in De Rith als in delen van de ecologische hoofdstructuur stedelijke ontwikkelingen zouden
kunnen gaan plaatsvinden. Wij vinden dat niet wenselijk en het is strijdig met het provinciale en
Rijksbeleid. Ook hebben wij moeite met het toevoegen van nieuwe ontsluitingswegen in het
buitengebied. GroenLinks is voorstander van compact bouwen voor woningbouw en wil daarom de
hoogbouw niet uitsluiten. Wel zullen we in onze fractie naar mate de bebouwing hoger wordt kritisch
kijken naar nut en noodzaak, landschapsvervuiling, beeldkwaliteit en verkeerseffecten. Er wordt in de
structuurvisie melding gemaakt van een milieustudie uit 2005. Wij denken dat door de nieuwe
ontwikkelingen na deze datum een actuelere strategische milieubeoordeling volgens de richtlijn van
de Provincie alsnog had moeten plaatsvinden. De ambitie voor een duurzame mobiliteit vinden wij
teleurstellend. Er is sprake van carpoolplaatsen als voorloper van transferia. Het is hier vanavond al in
de discussie volop aanwezig geweest. Hierin loopt Breda achter op Brabantse steden. Voor de
verbetering van de luchtkwaliteit is het nü al nodig dat er transferia ingericht worden. En deze moeten
naar onze mening daarom ook op de kaart aangegeven worden. Wij vinden ook dat Breda zich
maximaal zou moeten inzetten voor een station Bavel-Dorst, en gekoppeld daaraan het doortrekken
van de HOV-verbinding richting Bavel. Wij hechten eraan dat in het uitvoeringsprogramma een
onderzoek naar de mogelijkheid voor een station Bavel-Dorst opgenomen wordt. Tot zover, voorzitter.
De VOORZITTER
Dat is heel keurig binnen de tijd. Ik dank u hartelijk. De heer Hardorff, Partij van de Arbeid.
De heer HARDORFF
Ik hoor u iets zeggen over de bovengemiddelde groeiscenario s als het gaat om de
bevolkingsopbouw. U zegt dat dat veel te optimistisch is en dat wij er niet zoveel nodig hebben. Ik
moet zeggen dat ik zeer meega met het verhaal van de heer Van Yperen, want wil men niet juist in die