20 DECEMBER 2007
634
De heer BOER
Mijnheer de voorzitter. Mijnheer Van Yperen, u zegt dat amendement 5 overgenomen is.
De heer VAN YPEREN
Over amendement 5 is door de wethouder gesteld dat hij de verbindingszones voor het groen-blauwe
netwerk op de kaart heeft gezet en dat hij ook de tekst zal aanpassen. Dus dan is dat overgenomen.
De VOORZITTER
De heer Vos.
De heer VOS
Mijnheer Van Yperen, ik heb nog een vraag aan u over die bedrijventerreinen. Zojuist gaf u in uw
tweede termijn aan dat Breda '97 met zorg naar de toekomst kijkt. Voorbij 2020 signaleert u zelfs
krapte, en u doet de aanbeveling om nu te studeren op de toekomst. Ik ga nu even terug naar de
raadsvergadering van november, waar wij ook spraken over dit onderwerp. Toen vroeg ik aan u: is
Breda '97 klaar voor 250 hectare bedrijventerrein? Daar kwam een heel lang, genuanceerd antwoord
op, ik denk dat dat nog wel is bijgebleven, met heel veel komma's, maar uiteindelijk was het heel con
creet: liever niet. En nu zegt u: ik wacht af waar de wethouder mee komt. Nou, die legt zijn visie op
tafel, en dat is 250 hectare bedrijventerrein. Nu gaat u er vanavond zomaar mee akkoord, want mor
gen wordt dit opgestuurd naar de Provincie. Dus ik begrijp er helemaal niks van dat u met uw eigen
kennis en met uw signalering van krapte, niet nog eens even zelf daarnaar zou willen kijken om zelf
tot een visie te komen. Ik begrijp hier helemaal niks van.
De heer LIPS
Bij interruptie. Mijnheer Vos, ik snap van D66 helemaal niks meer. Het ene moment roept u naar het
college: jullie hebben geen visie, jullie doen dit niet goed en jullie doen dat niet goed. Nu ligt er een
structuurvisie tot 2020. U zegt de ene keer wit, de andere keer zwart. Ik vind dat u behoorlijk kleuren
blind aan het worden bent.
De heer VOS
Nou, dan zou ik u toch eens willen vragen om daar een concreet voorbeeld van te noemen, al is het
er maar eentje.
De heer LIPS
Nu?
De heer BOER
Wat voor kleur das draagt u?
De heer LIPS
U zegt dat u tegen die 250 hectare bent, maar dat wordt alleen maar in een visie weergegeven. In
een visie.
De heer VOS
Want dat is niet onze visie.
De VOORZITTER
Goed. Gaat u verder, mijnheer Van Yperen.
De heer VAN YPEREN
Mijnheer Vos, we praten inderdaad over een visie. In mijn eerste betoog heb ik aangegeven wat de
noodzaak is voor bedrijventerreinen, en wat mijn voorkeur is. Dat houdt niet in dat ze er niet moeten
komen als het nodig is. Een visie geeft dus duidelijk aan dat we denken dat het nodig is, maar als we
het niet nodig hebben, zullen we het niet invullen. Hetzelfde geldt voor het revitaliseren. Wanneer we
het kunnen aanpakken en het financieel draagbaar zal zijn, zal dat de voorkeur hebben. De heer
Adank heeft, neem ik aan, op zijn bureau een stuk klaar liggen waarin dat allemaal keurig wordt be
schreven, want dat hebben we aan hem gevraagd. Met alle plezier wachten wij erop om daar een
definitief oordeel over te geven. Maar het houdt tóch in dat we in ieder geval, wanneer we een struc
tuurnota op tafel leggen, wel degelijk moeten denken aan het feit dat we het nodig zouden kunnen