20 DECEMBER 2007
650
De heer TAKS
Met dit voorstel, mijnheer de voorzitter, wordt het detailhandelsbeleid aangepast aan de eisen van de
tijd. De eisen van de tijd die ook het kader vormen voor het zojuist vastgestelde structuurplan voor de
toekomstige ontwikkeling van onze stad. In het huidige detailhandelsbeleid is in het algemeen erg
weinig ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en wordt vooral de positie van de reeds gevestigde onder
nemers beschermd. Zij hebben belang bij een strakke regulering van de markt, maar dat is niet altijd
in het belang van de consument, en ook niet bevorderlijk voor de ambitie van Breda als bovenregio
nale winkelstad. De gemeentelijke overheid durft slechts bij uitzondering die behoudzucht van het
gevestigde bedrijfsleven te doorbreken. Zo is het indertijd gebeurd vijftien jaar geleden bij de vestiging
van de Woonboulevard, nu alom geprezen als hét symbool bij uitstek van de economische ontwikke
ling van de stad, maar toen bestreden door het gevestigde bedrijfsleven. Toen de huidige detailhan
delsnota werd vastgesteld in 2002, vijf jaar geleden, was het volstrekt niet bespreekbaar om detail-
handel in de periferie van de stad toe te laten. Nu zijn we vijf jaar later. Er dienen zich concrete
initiatieven aan voor detailhandelsontwikkeling in de periferie, als onderdeel van plannen voor de
ontwikkeling van de Stadionlocatie en de Bavelse Berg. De VVD-fractie is het van harte eens met het
college dat deze plannen zo belangrijk zijn voor de stad dat nu het moment is aangebroken om het
detailhandelsbeleid aan te passen en meer ruimte te geven aan de ontwikkelingen in de markt. Op
basis van de uitkomst van het DPO blijkt het mogelijk te zijn om buiten de bestaande detailhandels
structuur nieuwe detailhandel toe te staan, zij het onder een zeer strikte voorwaarde om negatieve
gevolgen voor de binnenstad en de buurt- en wijkwinkelcentra te voorkomen. Het is goed denkbaar,
mijnheer de voorzitter, dat door de ontwikkelaars de opgelegde voorwaarden als knellend worden
ervaren, maar de VVD-fractie verwacht van het college dat men strikt vasthoudt aan de geformuleer
de voorwaarden in het raadsbesluit. Voor beide initiatieven wordt nu een heel goede stap gezet in de
richting van wat meer ruimte in het detailhandelsbeleid, maar het mag niet zo zijn dat we nu een stap
zetten die de verhoudingen in de stad onnodig schade toe zou brengen. Met het besluit dat we nu
nemen, en dat is het grote belang van dit besluit, weten de ontwikkelaars binnen welke grenzen ze
hun plannen zullen mogen uitvoeren. Het is aan het college om binnen deze en andere bestuurlijke
randvoorwaarden te overleggen en te onderhandelen met de ontwikkelaars. Als te zijner tijd de be
sluitvorming over de totale gebiedsontwikkeling van Park Bavelse Berg en Stadionlocatie aan de orde
komt in de gemeenteraad, zal de raad kunnen oordelen of recht is gedaan aan de vandaag geformu
leerde voorwaarden. We hebben een evenwichtig pakket van voorwaarden geformuleerd, waardoor
grote verstoringen voorkomen worden. Ik denk dat het zeker niet nodig is om daaraan vanavond nog
iets toe te voegen, zoals de heer Leenders met zijn motie beoogt. Het aanbod van NAC om garanties
te geven, is bekend. Ik denk dat het goed is als het college in overleg met het NAC-consortium juri
disch en financieel uitwerkt hoe daaraan vorm te geven. Dan kan het resultaat daarvan straks erbij
betrokken worden, als we gaan besluiten over de planontwikkeling voor de Stadionlocatie. Maar de
motie, zoals die nu dreigt een aanvullende voorwaarde te formuleren, lijkt me niet gelukkig, want wat
daar staat, is - en dan geeft de VVD vanavond ook meteen een stemverklaring over de motie, voor
zitter, om tijd te winnen - dat er nominatief wordt vastgelegd, althans in de zin van de indieners, wel
ke wijk- en winkelcentra het zal betreffen die onder die garantie moeten vallen. Het lijkt me niet ver
standig dat zo vast te leggen in een besluit. Dan vallen die ondernemingen meteen om, mijnheer de
voorzitter. Dat is niet tactvol. Bovendien is volgens mij de toezegging van het consortium gericht op
het tegen marktconforme voorwaarden overnemen van onroerend goed, mocht zich het onheil voor
doen, en dan garanderen dat daar een supermarkt komt. Maar het kan ook een supermarkt zijn aan
de onderkant van de markt, mijnheer de voorzitter. Dat is wat anders dan de kwaliteit handhaven,
zoals in de motie wordt gevraagd. Ik denk dat die motie onnodig belemmerend werkt voor een goede
werking van de markt in Breda.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Het woord is aan de heer Vergroesen, SP.
De heer VERGROESEN
Dank u voorzitter. Voorzitter, de SP is er niet uitgekomen. We denken er verdeeld over. Dus ik zal
beginnen, en daarna neemt mijn collega het over. Wij hopen het in vijf minuten rond te krijgen. Met de
plannen voor Achter de Lange Stallen, de Woonboulevard en het Dr. Struyckenplein kan de SP in
stemmen. Onze zorg zit in de twee andere locaties. We hebben er in de commissie al uitgebreid over
gesproken. Bij de Bavelse Berg vrezen wij nog steeds voor verplaatsing van winkels of voor concur
rentie met de binnenstad. Wij hopen dat er goede en waterdichte afspraken met die initiatiefnemers
gemaakt kunnen worden en dat die werken. Bij het NAC-stadion ligt voor ons de zaak nog moeilijker.
Ondanks de verplaatsing van winkels en de supermarkt zal er druk ontstaan op de bestaande