20 MAART 2008
95
nieuw- en verbouw van scholen in het basisonderwijs. Want daar gaat het hier over. Waar het gaat om
het verkorten van de doorlooptijd is natuurlijk wel, en dat wil ik toch nog even herhalen, een belangrij
ke factor dat waar het gaat om het realiseren van nieuwbouw van scholen en verbouw van scholen we
sowieso altijd te maken hebben met inspraakprocedures, wettelijke termijnen, de mogelijkheid om
bezwaar en beroep aan te tekenen, zienswijzen, enzovoort. Dus dat is iets waar we gewoon door het
wettelijk kader aan gehouden zijn. Als het om die procedures gaat, is een verkorting eigenlijk niet mo
gelijk, omdat je anders daartoe niet voldoende gelegenheid zou bieden. Wat wel een belangrijk punt
van aandacht is, en dan beschouw ik dat nu even specifiek vanuit de onderwijshuisvesting, en dan
heb ik het over dat deel van ons eigen accommodatiebedrijf, is dat je vanuit die invalshoek kunt kijken
hoe je mogelijkerwijs je interne procedures wat meer kunt stroomlijnen en daarin verbetering kunt
aanbrengen. Daar zijn we mee bezig. Ik weet niet of ik u daar al iets van terug zou kunnen geven tij
dens de eerstvolgende commissievergadering, maar ik kan u wel toezeggen dat ik er dan in ieder
geval even op terugkom. En indien niet inhoudelijk, dan zal ik in ieder geval proberen erop terug te
komen op het moment dat ik u daar wat meer inzicht in kan geven. Wethouder Adank zal de andere
twee vragen beantwoorden.
De VOORZITTER
Het woord is aan wethouder Adank.
Wethouder ADANK
Dank u wel, voorzitter. Ik ga in de richting van de vragenstelster kort antwoorden. Vraag twee is: ja,
serieus, waarbij we net als bij het kerkboek proberen u een volledige inventarisatie te geven van de
gebouwen. De kwalificatie daarbij gaat niet alleen over de bouwkundige situatie, maar ook over de
stedenbouwkundige architectuur, zodat u een oordeel kunt geven of het wel of niet van belang is dat
die school voor verbouw of vernieuwing in aanmerking komt en of er sprake is van een monument of
een beschermenswaardig pand. Ik denk dat wij daar toch wel even tijd voor nodig hebben. Bij het
kerkboek hebben we dat ook, laat ik zeggen, kwalitatief goed gedaan. Meteen na de zomervakantie
zal die nota voor u beschikbaar zijn waarin alle scholen, en misschien dat we iets verder moeten gaan
dan alleen de basisscholen, beschreven zijn en van, laat ik zeggen, het kwaliteitscriterium waar u om
vraagt voorzien zijn. Dus ik ga iets specifieker op uw vraag in. Het antwoord op de derde vraag is:
neen. Wat de wethouder Onderwijs heeft toegezegd voor de volgende commissievergadering, is, denk
ik, natuurlijk valide. Voor bouw- en woningtoezicht heeft u het bouwbeleidsplan in de laatste commis
sie besproken. Mocht het zo zijn dat u de welstandsnota van 2004 waarin de criteria beschreven
staan, aangescherpt wilt zien, dan moeten we een wat diepere discussie voeren. Ik wil wel aan bouw
en woningtoezicht op uw verzoek vragen of in de procedure, laat ik zeggen, de eerste schetsen ge
woon sneller naar welstand kunnen. Dus niet op het moment dat er een oordeel geveld hoeft te wor
den, maar proberen om die procedure wat naar voren te trekken, dat oriënterend ook de eerste schet
sen van de bouwkundige al voor een eerste toetsing op tafel kunnen liggen. Ik zal u terugmelden in
hoeverre wij dan tijd kunnen besparen, winst kunnen boeken.
De VOORZITTER
Mevrouw Van Maanen.
Mevrouw VAN MAANEN
Ja, een nadere vraag. Goed, dit is al iets. Waar ik blij mee ben, is de toezegging over wanneer we er
dan wel over kunnen praten. Dat is prima. Wat mij wel dwars zit, is dat de wethouder weer begint over
de bezwaar- en beroepprocedures. Maar veel scholen zitten nog niet eens in die fase. Ze zitten pas in
de fase dat het gaat tussen gemeente en welstand. En ik weet ook dat scholen vaak langzaam zijn
met het inleveren van tekeningen en dat soort dingen, maar feitelijk vind ik dat allemaal niet belangrijk,
want het gaat mij erom dat het voor die leerlingen en die ouders gewoon te langzaam gaat. En dan
kan je komen met bezwaren waarom het niet opgelost kan worden, maar ik zou wel eens willen dat er
op een andere manier naar gekeken wordt, een beetje out of the box, en dat we kijken naar: hoe kun
nen we het nou wel oplossen?
De VOORZITTER
Wethouder.
Wethouder SNIER
Wat ik geprobeerd heb aan te geven, is dat als je de wens hebt om die doorlooptijd te verkorten er
zaken zijn die je niet kunt verkorten, dat er bepaalde termijnen zijn waar je je aan moet houden. En ik