20 MAART 2008
86
college. Dan stel ik aan de orde de agenda. Kunt u daarmee instemmen minus punt 5? De heer Ver-
groesen, SP. Ga uw gang.
De heer VERGROESEN
Mijnheer de voorzitter, gelet op de behandeling in de commissie maar ook gezien de punten zelf stel ik
voor dat we de punten 10, 11 en 12 gezamenlijk behandelen. Ze gaan over drie, zeg maar, bijna iden
tieke onderwerpen. En dan kunnen we eventueel nog apart stemmen.
De VOORZITTER
Ik vind het een nuttige suggestie. De overige leden van de raad kunnen daarmee instemmen? Dan
doen we dat zo. En dan stemmen we per voorstel.
Akkoord met de agenda, met dien verstande dat agendapunt 5: voorbereidingsbesluit voor de locatie
Kluisstraat 2a te Breda, van de agenda wordt afgevoerd.
IV. VRAGENUUR.
leder raadslid kan vragen stellen aan het college of aan de burgemeester. Een raadslid dat vragen wil
stellen, moet dit minimaal 24 uur voor de vergadering melden bij de voorzitter. Ongeacht het aantal
vragen is voor dit agendapunt maximaal één uur beschikbaar.
De VOORZITTER
Dan kom ik aan het vragenuur. Er zijn vragen gesteld door de SP, de fractie D66 en de fractie VVD.
Aan de orde zijn de vragen van de SP, nadere inlichting naar aanleiding van de beantwoording vragen
ex artikel 41 inzake de woningbouwproductie 2008. Het woord is aan de heer Gouka van de SP. Ga
uw gang.
Onderwerp: Woningcorporaties. Fractie SP.
De heer GOUKA
Voorzitter, onze fractie heeft schriftelijke vragen gesteld over wat de plannen voor 2008 van de corpo
raties zijn. Het betreft dan het bouwen, het slopen en al die andere plannen die corporaties plegen te
doen. Onze fractie vindt dit, en vond dit ook, belangrijk, omdat je dan in een vroeg stadium nog bij
kunt sturen als dit noodzakelijk mocht blijken. We waren dan ook zeer teleurgesteld dat twee van de
drie corporaties niet aan hun verplichtingen hebben voldaan, en we zijn eigenlijk nog meer teleurge
steld in het college, omdat dat niet heeft gehandeld zoals voorgeschreven in het BBSH, Besluit Be
heer Sociale Huursector. Zeker ook, omdat vorig jaar de corporaties in meerderheid ook in gebreke
waren. Waar gaat het om? De corporaties moeten per 1 december voorafgaand aan een nieuw jaar
hun plannen voor het komende jaar kenbaar maken. Als zij in gebreke zijn, dan stelt onze minister op
een daartoe strekkende aanvraag van het college onverwijld een termijn van ten hoogste vier weken
binnen welke de ontbrekende bescheiden moeten worden verstrekt. Indien de corporatie weer niet
aan haar verplichtingen voldoet, dan kan de minister de rechtshandelingen van de corporatie beper
ken dan wel uitsluiten totdat de bescheiden zijn verstrekt. Voorzitter, dat brengt ons tot de volgende
vragen. Vraag 1Zijn de bescheiden zoals voornoemd alsnog verstrekt, en zo ja, kunnen wij die dan
ontvangen? Zo neen, gaat u alsnog de minister informeren? Vraag 2. Als de bescheiden zoals voor
noemd nog niet verstrekt zijn, kunt u dan aangeven wanneer zij te verwachten zijn? Vraag 3. Kan het
college aangeven als de bescheiden niet binnen zijn hoe het tijdig kan controleren of de corporaties
hun prestatieafspraken kunnen nakomen? Dank u wel.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Het woord is aan wethouder Van Yperen.
Wethouder VAN YPEREN
Mijnheer de voorzitter, zoals het college u vorige maand heeft geantwoord op artikel 41-vragen, heeft
het college alleen van WonenBreburg de informatie ontvangen. Het college heeft de minister via zijn
accountmanager geïnformeerd over het ontbreken van de stukken van de twee andere corporaties.
Dus die andere stukken zijn niet ontvangen. Ondertussen heeft Laurentius wel laten weten dat de
stukken ons binnenkort tegemoetkomen. Maar ze zijn nog steeds niet ontvangen. Het college gaat er
ook niet achteraan. Dat is onze taak niet. Zeker niet. De minister zal wel degelijk op een gegeven
moment hierop wijzen, en alsnog zal het wel in orde komen. Maar het is niet de taak van het college
