mm.
15 MEI 2008 150
leiden, hebben we afgelopen dinsdag gehoord, dus ik zou u met klem willen vragen: geef alstublieft
aan wat u daaronder verstaat, want anders zijn we de komende jaren avonden zoet om dat allemaal
op één lijn te krijgen. Ten slotte het verkeer. Wij zijn er nog niet zo van overtuigd dat ook in de toe
komst Lijndonk-Tervoort in het geval van evenementen geen doorvoerhaven zal worden voor het ver
keer van en naar de Bavelse Berg. Van meet af aan moet het bezoekend publiek dan ook vertrouwd
gemaakt worden met alternatieve vervoerswijzen. Het college zal er bij de Provincie op moeten aan
dringen het openbaar vervoer in deze hoek aanzienlijk te verbeteren. Er zal al bij het allereerste eve
nement te zijner tijd een mogelijkheid moeten zijn voor parkeer en pendel of een gecombineerde
kaart, of weet ik veel wat. Al bestaat Lijndonk-Tervoort dan nog maar alleen op papier. Want als we
dat niet meteen doen, dan zitten we later met de brokken. De wethouder zal waarschijnlijk wel wijzen
op de aangekondigde mitigerende maatregelen. We mogen dan ook van dit college verwachten dat
het bij de volgende stappen en bij de ontwikkelingen van alle bestemmingsplannen uiterst serieus met
deze maatregelen zal omgaan. En dat zal voor ons dan ook een primaire toets blijven.
De VOORZITTER
Het woord is aan de heer Vergroesen, SP.
De heer VERGROESEN
Dank u, voorzitter. De SP heeft twee bedenkingen tegen de aanvaardbaarheidstoets MER Park Ba
velse Berg. Die zijn al genoemd, namelijk de helihaven en het bedrijventerrein. Ook na overleg, na het
praten met andere mensen, zijn wij ervan overtuigd dat het nut of de noodzaak van de helihaven er
nog lang niet is. Waar wij beducht voor zijn, is dat op het moment dat dat er wel is, ongetwijfeld ie
mand ons wel zal komen vertellen dat er eigenlijk meer vluchten nodig zijn dan de nu genoemde
3000. De SP was helemaal niet zo'n voorstander van dat grote bedrijventerrein in Bavel-Zuid, maar nu
dat er toch komt, zouden wij er voor willen pleiten om dat bedrijventerrein van 6 hectare, dat nu bij die
Bavelse Berg moet komen, in combinatie te doen met dat bedrijventerrein in Bavel-Zuid. Wij denken
dat dit beter voor het milieu en voor het groen-blauwe raamwerk is. Wij zouden het liefst gekozen
hebben voor het meest milieuvriendelijke alternatief met de voorgestelde mitigerende maatregelen die
we uiteraard kunnen onderschrijven. Nu ligt er echter ook een voorkeursalternatief plus die 6 hectare
plus die helihaven, en daar zijn wij niet echt gelukkig mee.
De VOORZITTER
Mevrouw Schokker, GroenLinks.
Mevrouw SCHOKKER
Voorzitter, met het gereedkomen van het milieueffectrapport is een belangrijke stap gezet en is dit
grote project een stuk concreter geworden. Uit het rapport blijkt dat de duurzaamheidsambities hoog
zijn. Daar is onze fractie zeer tevreden over, met name de ambities van de ontwikkelaar waar het gaat
om duurzame energie. Wij hopen dan ook dat met een extra toevoeging van duurzame energieop
wekking en de al aanwezige hoeveelheid stortgas het project energieneutraal kan worden gereali
seerd. Als dat zou lukken, dan zou de Bavelse Berg ook een uniek voorbeeld kunnen worden van hoe
duurzaamheid en economie kunnen samengaan. Wij vragen het college deze ambitie in het vervolg
traject extra aandacht te geven. De milieueffectrapportage geeft voor onze fractie aanleiding om op
drie belangrijke punten nog wat dieper in te gaan. Te beginnen met het groen-blauwe raamwerk.
Daarna willen we ingaan op de luchtkwaliteit en het verkeer, en ten slotte op de helihaven. Ik begin nu
met het groen-blauwe raamwerk en het bedrijventerrein in de oksel. Wij denken dat hier een probleem
ligt, want in de beantwoording van onze vragen is het college niet echt daarop ingegaan. Wij zijn met
het Waterschap van mening dat de ruimte die al gereserveerd is in al vastgesteld beleid, zoals de
reconstructieplannen en de kaderrichtlijn water, niet gebruikt mag worden voor compensatie van de
toename van de verharding. Op dit probleem is dus in de beantwoording van de vragen niet ingegaan.
Voor het groen-blauwe raamwerk in relatie tot het bedrijventerrein geldt dat dus ook. Wij vragen ons
ook af hoe het verlagen van de ambitie voor het groen-blauwe raamwerk zich verhoudt tot al eerder
vastgesteld beleid van hogere overheden, wat ik zonet genoemd heb. Wij denken dan ook dat dit de
reden is geweest dat de Commissie voor de milieueffectrapportage heeft gevraagd om een locatieal
ternatief voor het bedrijventerrein uit te werken, dat het groen-blauwe raamwerk niet aantast. Toch
waren wij blij met het antwoord op onze vraag, waarin het college het realiseren van het bedrijventer
rein buiten het plangebied als alternatief beschouwt. Wij hopen dat de MER-commissie dit overneemt
en dat het realiseren van het bedrijventerrein buiten het plangebied als volwaardig alternatief in het
vervolgtraject meegenomen kan worden. Dit bleek dus niet uit de milieueffectrapportage zelf, maar uit
de beantwoording van onze vragen aan het college, waarin het college zegt dat in het meest milieu-