15 MEI 2008 163 De heer BOER Dank u, mijnheer de voorzitter. Het is moeilijk om in allerlei subcommissies te zitten en alles te volgen wat er in deze raad gebeurt. We moeten het maar op een andere manier doen. Een van de punten is inderdaad de verbazing over het aantal reserves en voorzieningen. Er is 153 miljoen euro aan reser ves en 67 miljoen aan voorzieningen. Bij elkaar is dat 220 miljoen euro, wat natuurlijk een onvoorstel bare hoop geld is, die ergens op de plank moet liggen. Het moet een heel zware en stevige plank zijn. Van die 220 miljoen worden er 67 miljoen - voorzieningen die ergens voor bestemd zijn - niet beke ken. Dan blijft er 153 miljoen aan reserves over. Daarvan was er 99 miljoen blijkbaar ergens voor be stemd. Over 53 miljoen kon dan echt gescreend worden, en uiteindelijk bleef er dan 5,5 miljoen over, waarvan er al 5 miljoen wordt vastgelegd. Dus bleef er maar 0,5 miljoen over. Zo slinkt een gigantisch bedrag natuurlijk helemaal tot niets. Ik hoorde de heer Lips zojuist een aantal vragen aan u stellen over hoe de zaken nou zitten. Toen bekroop mij een gevoel van: als een lid van de coalitie daar niet achter kan komen, dan krijg ik, als ik dat als oppositielid ga vragen, natuurlijk helemaal geen ant woord. En zeker niet met het gevoel van communicatie dat De heer LIPS Dan komt u het maar bij mij vragen, dan krijgt u altijd antwoord, mijnheer Boer. De heer BOER Maar u weet het zelf niet. De heer LIPS U krijgt antwoord op datgene wat ik weet. De heer BOER Dat was het punt. Het staat wel beschreven. Er staat aangegeven wat met wat gebeurt, maar het waarom staat er niet bij. Waarom moet op een gegeven moment op bepaalde posten wel een hele boel geld blijven staan en op andere niet? Dat wordt dan eventueel besproken in de subcommissie cyclische producten, waar ik graag bij zou willen zijn, maar waar ik gewoon niet bij kan zijn omdat ik me niet in 36 delen kan splitsen. Daarom zou ik de wethouder willen vragen of dit nog wat verder kan worden uitgewerkt, of misschien is er nog iets waar dit verder uitgewerkt is. Om het op een rijtje te krijgen, ben ik een paar dagen met die zeven blaadjes bezig geweest. Wat er staat, is mij wel duidelijk, maar waarom het er staat, is mij niet helemaal duidelijk. De VOORZITTER Goed. Andere leden van uw raad? Het woord is aan wethouder Snier. Wethouder SNIER Dank u wel, voorzitter. Ik wil even beginnen met één punt echt te benadrukken, namelijk daar waar er gesproken wordt over de potjes en de planken waar het geld op ligt. In die beeldvorming moet u het zeker niet zien, want deze gelden en zeker ook de rente van deze gelden zijn voor ons natuurlijk ook een financieringsmiddel, waardoor we bijvoorbeeld minder hoeven te lenen bij de bank voor bepaalde dingen. Het is natuurlijk ook gewoon een deel van ons eigen financiële systeem. U moet dat zeker niet zien als iets wat ergens in een hoek op een plankje ligt. Maar dat ter zijde. Ik zou in ieder geval graag in de richting van de heer Van Overveld willen zeggen dat ik zijn opmerking in die zin goed begrijp dat hij met een voorbeeld komt, en dat hij eigenlijk zegt dat hij graag op bepaalde punten wel meer toe lichting zou willen. Als je kijkt naar het specifieke voorbeeld, waarin u praat over de egalisatiereserve van de BSW, dan is dat een reserve die eerst wél als bestemmingsreserve geoormerkt was en dat nu niet meer is. Ik kan u sowieso al zeggen, waar het om het specifieke voorbeeld gaat - ik heb daarover met mevrouw Heerkens al eens overlegd - dat in relatie tot de BSW in zijn totaliteit in ieder geval in het najaar gekeken zal worden naar: hoe moet je die reservepositie van de BSW nou nader invullen? Dus als ik naar het voorbeeld ga, dan krijgt u in ieder geval uw zin, maar u heeft het breder bedoeld waar het gaat om de onderbouwing. We gaan deze screening als een vast item jaarlijks doen. Ik heb de uitgangspunten van deze screening van tevoren bij de commissie onder de aandacht gebracht. Misschien zullen we aan de bespreking van de uitgangspunten die we vooraf hanteren meer tijd moe ten besteden en zullen we ook meer tijd moeten stoppen in welke informatie u dan precies wilt heb ben. Ik kan me dat heel goed voorstellen en ik wil dat positief oppakken. Ik stel voor dat we bij de vol gende screening op die manier met elkaar proberen in te steken. Hiermee heb ik eigenlijk ook meteen antwoord gegeven op de SP. Was er, als die taakstelling er niet was, iets anders uitgekomen dan die 5,5 miljoen? Neen, want wij hebben gekeken naar het toepassen van deze normen en die zijn ook

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2008 | | pagina 45