19 JUNI 2008 245 controleerbaar. En dit systeem niet. Ik ben het wel met u eens dat je een consistent beleid moet voe ren, maar als je er zo goed voor staat als stad, dan bent u het toch wel met mij eens dat het erg moei lijk te verkopen is om dan ook nog eens de belasting te verhogen. Dat doen wij niet alleen hier in Bre da, dat doet het kabinet ook. De heer AKINCI Ik vind het wel heel vreemd, als ik daarop nog heel even kort mag ingaan, dat u, nu het percentage inderdaad eenmalig vrij hoog is, nü ineens zegt dat die systematiek ondoorzichtig is, terwijl ik u nog nooit eerder heb horen zeggen dat u dit een ondoorzichtige systematiek vond. Ik heb u alleen Mevrouw VAN MAANEN Dan heeft u niet goed geluisterd, want dat hebben wij al heel vaak gezegd. De heer AKINCI nog altijd niet jaarlijks horen zeggen dat u het een hoog percentage vindt. Mevrouw VAN MAANEN Dat is een non-discussie. De VOORZITTER Mevrouw Haagh en dan de heer Vuyk. Mevrouw Haagh, een interruptie. Mevrouw HAAGH-REIJNE Mevrouw Van Maanen, u zegt nu dat u niet begrijpt hoe dat percentage is opgebouwd. Het is u inmid dels drie keer uitgelegd, geloof ik. Jarenlang heeft u ook meegedaan. Dat wordt al door de heer Akinci gezegd. Waar ligt het nou aan? Waarom begrijpt u dit nou niet? Ligt het Mevrouw VAN MAANEN Wie zegt mij Mevrouw HAAGH-REIJNE aan uw financiële kennis? Mevrouw VAN MAANEN dat dit de looncompensatie is? In de eerste termijn heb ik ook al gezegd, dat het aan de ene kant wél zo is dat de gemeente Mevrouw HAAGH-REIJNE Neemt u dan eens Mevrouw VAN MAANEN Wilt u mij even uit laten praten, alstublieft? Mevrouw HAAGH-REIJNE Ja, maar u zegt: wie zegt mij, wie zegt mij. Ik kan daar antwoord op geven. Mevrouw VAN MAANEN Ik wil even het antwoord afmaken, en dan bent u weer aan de beurt. Wij hebben De VOORZITTER Ik stel voor dat mevrouw Van Maanen nu het woord heeft, en daarna mevrouw Haagh. Ga uw gang. Mevrouw VAN MAANEN De gemeente voert daarin ook nog een inconsequent beleid, want aan de ene kant hanteert zij een prijs- en looncompensatie, wat neerkomt op 5,8 procent, maar als we het hebben over gemeenschap pelijke regelingen, dan accepteert de gemeente niet meer dan 3,5 procent. Dus wat is juist? Is het die 3,5 procent of is het die 5,8 procent? Ik weet het niet en ik kan het ook niet controleren. Weet u het? De VOORZITTER Mevrouw Haagh.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2008 | | pagina 79